afstand van de schutter. De leeftijd van de 410 wip schieters die aangesloten zijn bij de Nederlandse Bond van Wipschieters varieert van 8 tot 96 jaar. Slechts 60 van hen mogen zich jeugdlid noemen. 'We hebben bij de Vrije Schutters maar twee jeugd leden', vertelt Oosthoek. 'Bij de Zuid-Bevelandse bond zijn een stuk of dertig jeugdschutters aangesloten. Maar je merkt wel dat het uitbloeit. De meeste wip schieters zijn toch aardig wat ouder. Daarom schiet ik ook vaak bij de senioren mee. Er zijn wel jeugdwed strijden zoals het jeugd-EK en NK. Het jeugd-NK voor viertallen heb ik al eens gewonnen, hierbij schoten we met een team van vier schutters van het Zuid-Bevelandse district tegen het team van Zeeuws-Vlaanderen. In de zomer doe ik vaak aan zo'n twee wedstrijden per week mee en dan moet je het wel vaak tegen oudere schut ters opnemen, maar er zijn ook altijd wel mensen van mijn eigen leeftijd te vinden.' 'De wip staat bij ons zo'n beetje in de achtertuin, dus ik ben min of meer vanzelf in de sport terecht gekomen. Daarnaast doen mijn broer en mijn vader ook aan wipschieten. In de zomer schieten we bijna iedere dag. Gewoon met een man of vijf, voor de gezelligheid en natuurlijk om onszelf te verbeteren.' Ringrijden Tijdverdrijf voor oude van dagen. Dat is toch wel een beetje het beeld dat bestaat van traditionele sporten. Als we Dennis Willeboordse mogen geloven gaat dit vooroordeel bij het ringrijden niet op. 'Er is animo genoeg onder jongeren', vertelt de 25-jarige rijder uit Gapinge, die met het eerste team van de ringrijders- vereniging in zijn woonplaats op het hoogste niveau acteert. 'Die belangstelling bij de jeugd is denk ik te danken aan het feit dat er in veel dorpen op Walcheren behoorlijk wat ringlijders zijn. fonge mensen zien dat en raken erin geïnteresseerd. Zo is het bij mijzelf ook gegaan. Ik was altijd al betrokken bij de wedstrijden in ons dorp. Als jongetje ging ik daar vaak kijken en deed de rijders na door te voet ringen te steken. Zo'n tien jaar geleden reed ik voor het eerst een paar wed strijden mee en sindsdien ben ik eraan verknocht.' Bij ringrijden, dat vooral op Walcheren wordt gedaan, is het de bedoeling om een lans al galopperend op een paard door een op 2.20 meter hoogte hangende ring van achtendertig millimeter doorsnede te steken. De rijders krijgen ieder dertig beurten om zo veel moge lijk voltreffers te maken. Het ringrijdseizoen loopt van begin april tot begin september. Hierbij komen équipes van steeds drie ringlijders uit op verschillende niveaus, die oplopen van de vierde naar de ereklasse. Aan het eind van ieder seizoen promoveren en degraderen er teams. Deelnemers aan het wedstrijdseizoen zijn er genoeg. De Zeeuwse Ringrijders Vereniging zag haar leden aantal in twintig jaar stijgen van 560 naar 815 leden. Het jongste lid is 12 jaar, het oudste 76. In tegenstel ling tot de meeste traditionele sporten heeft het ring rijden niet te klagen over vergrijzing. De gemiddelde leeftijd van de bij de bond aangesloten rijders ligt rond de 25 jaar. 'Toch is de drempel om te gaan ringrijden voor jongeren best hoog', weet Willeboordse. 'Als je een jaar of vijftien bent en je hebt alleen een krantenwijk je, is het best een dure sport. Rijders die geen eigen paard hebben, moeten er een huren en dat kost al gauw honderd gulden per dag. Daarnaast betaal je voor een wedstrijd nog eens hetzelfde bedrag aan inschrijfgeld en ben je verplicht in tenue te rijden. Ik kan zelf gelukkig vaak een paard lenen voor een trai ning of wedstrijd.' 'Het hoogtepunt van het seizoen is voor mij de wedstrijd om de Koninklijke Beker, die ieder jaar in augustus in Middelburg wordt gehouden. Ik vind het een hele eer als je zo'n prijs wint, want die is door het Koningshuis beschikbaar gesteld. Daarnaast zijn er vaak zo'n drie- a vierhonderd toeschouwers. Dat heeft iets speciaals.' 15 Zeeuws Tijdschrift 2001/5 Het bijhouden van de stand bij een wedstrijd wipschieten

Tijdschriftenbank Zeeland

Zeeuws Tijdschrift | 2001 | | pagina 17