Hengstenkeuringen trokken altijd veel publiek. Foto: Pharos.
Amazones nemen de teugels in handen
Piet Huige kan de ontwikkeling van zijn sport mooi
illustreren aan de hand van het ledenbestand van zijn
vereniging. 'Het ledental van de Weelruiters schommel
de heel lang zo rond de dertig a veertig. Opeens steeg
dat enorm. Veel jonge mensen meldden zich als lid aan.
Vooral veel jonge meisjes die zeiden: dat wil ik ook
gaan doen, dressuur.' Persoonlijk heeft hij daar welis
waar zo zijn gedachten bij - zelf is hij een fervent spring
ruiter - maar begrijpen doet hij het wel. En er is ook
niets mis mee. 'Dressuur is de basis van alle paarden
sport, dus zowel van springen, aangespannen rijden
of van samengestelde wedstrijden. Je moet bij alles je
paard onder controle hebben en dat leer je bij dressuur.
Voor elke ruiter of amazone is het dus veel beter om
van alle disciplines iets af te weten. Maar, springen gaat
een stap verder: dat is óók voor de ruiter moeilijker en
dus een grotere uitdaging. Bij springen moet het paard
vertrouwen hebben in de ruiter en andersom. En: als
je jouw paard onder controle hebt kun je iedere hin
dernis springen.' Een buitenrit hoort er voor Piet Huige
ook absoluut bij, minstens één keer per week, als het
even kan. 'Het is gewoon mooi. Je merkt ook dat een
paard buiten heel anders reageert dan in het vertrouw
de 'bakje' waarin ze iedere dag rondjes lopen. De kunst
is om ook dan de zaak onder controle te houden. Het
is een beetje vergelijkbaar met de situatie op een con
cours, daar is het ook elke keer anders.'
Prestatiegericht
Buiten rijden hoort er voor Huige bij. Als het aan hem
lag zou het ook in verenigingsverband vaker moeten
gebeuren. 'Maar', zegt hij 'de mensen zijn sterk pres
tatiegericht. Ze willen getraind worden voor een wed
strijd en dat gebeurt in een bak, dat is praktischer dan
een rit langs 's heren wegen.' Bij zijn eigen kinderen
(drie dochters) stimuleert hij het wel, want het is goed
voor paard én ruiter. 'Ze worden er allround-ruiter van.'
23 Zeeuws Tijdschrift 2001/5