Theo Verschueren onklopbaar achter Noppie Koch
Hij woonde net over de grens aan de Paal waar hij
een café dreef. Cesar kreeg het bij Baziel voor elkaar
dat Theo maar één melkronde moest doen. Dus van
zes tot een uur deed Theo die en daarna een paar uur
koersen in de omstreken van St. Jansteen. Daar waren
toen nog veel modderige kasseienwegen. Terug thuis
gekomen poetste Theo nog een klein uur nauwgezet
zijn fiets. 'Uw fiets moet uw lief zijn' had Bogaert
tegen hem gezegd en Theo volgde nauwgezet de aan
wijzingen van Cesar op die geen tegenspraak duldde.
In 1959 behaalde Theo zijn eerste overwinning en wel
in zijn geboortedorp. Het was de eerste en tevens de
zoetste. In de vijf jaar daarna won hij nog vele kermis-
koersen en begon zich ook te wagen op de piste (tot
i960 was er een in Kapellebrug) waar hij later zijn
grote triomfen zou vieren. Toen hij in 1965 kampioen
derny van België werd, stond heel het dorp op zijn
kop. Hij werd rondgereden in een grote Amerikaanse
slee en iedereen liep uit om de 'vereremerking' van de
Steense Joris Driepinter op het bordes van het
gemeentehuis mee te maken. Het was het begin van
een profcarrière die tot 1977 zou duren.
Sporter van de eeuw van Hulst
Hoewel hij later als dernykampioen bekend zou worden,
lag zijn eerste ambitie bij het wielrennen op de weg.
In de Ronde Elité in Frankrijk het hij zijn visitekaartje
achter want hij verbeterde in een tijdrit het record van
Jacques Anquetil. Die vijfvoudig Tourkampioen was
bepaald onder de indruk van de souplesse en kracht
van Verschueren en zag hem als een toekomstige
Tourwinnaar. Het Franse publiek was laaiend enthou
siast over deze Jean Paul Belmondo uit de Lage Landen.
Bijna won hij de hellerit Parijs Roubaix in 1966 maar
werd uiteindelijk dertiende. Niet slecht voor een
beginnende prof, maar het noodlot sloeg toe toen hij
aan het trainen was voor Parijs Tours (1967).
Hij reed knal tegen een tractor aan waarbij zijn
lever beschadigd raakte. Toch nam hij deel aan de
moordende klassieker en kreeg daar tijdens een val
partij nog eens tien man over zich heen en een pedaal
vol in zijn rug. Huilend en gebroken keerde Theo
terug naar huis. De krachten ontvloden hem en hij
kon geen kilometer meer fietsen. Iedereen dacht dat
het met zijn wielercarrière afgelopen was. Hij wilde
35 Zeeuws Tijdschrift 2001/5