verwezen naar de fabeltjeswereld. Wat ze zien is hoe
het is: solide, puur en glad. Oh, wat zijn ze volwassen
geworden. Er is geen plaats meer voor geesten in hun
leven. Moet je opletten als het licht uitgaat. Ze worden
allemaal kinderen in het donker. Dan beginnen ze te
twijfelen en beginnen ze dingen te zien. Alles wordt
wezensvreemd voor ze. Terecht want in alle gebouwen
dwalen geesten.
Is dat het aantrekkelijke van het deconstructivisme,
een kinderlijke angst en wantrouwen?
Inderdaad. Het vreemde is het aantrekkelijkste in het
deconstructivisme. We snappen er geen jota van waar
om al die wolkenkrabbers overeind blijven staan en
hebben een diepgewortelde angst dat ze om zullen
vallen en ons verpletteren. Dat soort architectuur
moet verklaard en uitgelegd worden om ons ervan te
overtuigen dat zij staat. In Amerika worden architec
ten alleen geraadpleegd wanneer er zich een traumati
sche gebeurtenis voordoet.
Zoals bij g-u?
Exactly! Onder normale omstandigheden worden bin
nenhuisarchitecten veel meer gerespecteerd dan
architecten. In het geval van 9-11 stonden we opeens
voor een filosofisch probleem dat ons ontgaat. Dit is
iets waar we over moeten praten. Dit gaat niet over
esthetiek. Nee, hier is een therapeut, een kunstenaar
nodig. Iemand die tegen ons praat. Iemand die ons in
staat stelt het trauma te accepteren, het onverantwoor
delijke onder ogen laat zien.
Veel architecten hebben het over filosofen als Benjamin
en Deleuze, maar heefi dat daadwerkelijk invloed op
het bouwen zelf? Is het geen intellectuele vermom
ming?
Filosofie oefent zeker aantrekkingskracht uit. De tra
ditionele architectuur definieert zichzelf als vast,
streng, solide en duurzaam. Hij biedt stabiliteit, ver
trouwen en veiligheid. Deconstructivisme stelt daar
wantrouwen en verandering tegenover. Zowel het
publiek als de architecten zitten vol twijfels en we
gebruiken de filosoof om ons gerust te stellen. De
meeste architecten maken op een verkeerde manier
gebruik van de filosofie omdat ze wanhopig op zoek
zijn naar steunpilaren. Filosofie wordt dikwijls
beschouwd als een liefhebbende vader die ons
beschermd en aardig voor ons is. Slechts zelden is die
vader kwaad. Dan voelen we ons ongerust en het is
precies die ongerustheid die we nodig hebben om ons
in architectuur te kunnen vinden. Daarom denk ik
niet dat het een kwestie van vermomming is. Zo zijn
de kleren die we dragen meer onszelf dan we zelf
zijn. We moeten proberen te ontdekken wat in onszelf
zit. Kleren maken duidelijk hoe we gezien willen wor
den. Wanneer een winkelbediende tegen ons zegt dat
de kleren die we passen ons goed staan, groeien we
en voelen ons zelfverzekerd: ja, dit ben ik! Winkelen
is de meest geruststellende bezigheid die er is. Ik win
kel dus ik ben.
Veel van de bezigheden van de architect worden over
genomen door ingenieurs, ontwerpers en technici. De
architect lijkt zijn grip op het bouwproces te verliezen.
Al wat van de architect over blijft, is zijn imago.
Denkt u dat filosofen in staat zijn onze oorspronkelij
ke positie terug te geven?
Als we het over de uitgangspunten van architectuur
als een beroep willen hebben dan verwijzen we dik
wijls naar de Romein Vitruvius die de basis legde voor
de manier waarop we heden ten dage tegen architec
tuur aankijken. Vitruvius, die eigenlijk geen architect
was maar een luie soldaat en mopperige journalist,
schreef een boek en gaf dat aan Augustus Ceasar.
Vitruvius belangrijkste stelling was dat Augustus via
architectuur zijn macht kon affirmeren. Augustus liet
het boek publiceren maar het was geen bestseller.
Integendeel, het lezerspubliek ging er stilzwijgend
aan voorbij. Het boek van Vitruvius gaat over de basis
van de architectuur: geometrie, rioleringssystemen,
structuur en bouwstijl. Volgens Vitruvius zou archi
tectuur een bouwstijl laten zien die de macht van
Augustus zou uitbeelden als een imago of icoon. Zelfs
toen Vitruvius door Renaissance heersers herontdekt
werd, begrepen ze zijn bedoelingen niet. Zijn metho
den hadden wel invloed op de architectuur in de
34 Zeeuws Tijdschrift 2003/4-5