'Wervelen en vibreren'
Voor dat eerste echte Zeeuwse Boekenfeest op 30 maart
1962 kregen de Middelburgse kunstenaars Antoine
Mes en Piet Rijken de opdracht de grote zaal van het
voormalige hotel Britannia aan te kleden. Het thema
was de zee en dus grepen de kunstenaars naar visnet
ten en andere vissersattributen. En natuurlijk naar
boeken, veel boeken, een zee van boeken. De foto's uit
het Zeeuwse fotoboek Ontworsteld land werden uitge
knipt en aan draadjes aan het hoge plafond gehangen,
met op de achterkant een kleurig kartonnetje. Door de
warme lucht die de bezoekers produceerden zou het
plafond zo wervelen en vibreren. Om het werkelijk een
Zééuws Boekenfeest te maken, werd Zeeuws-Vlamingen
beloofd dat er een extra boot zou varen bij vijftig of meer
belangstellenden. Naar Goes en Middelburg reden
speciale bussen. Want men was niet van plan voor
drie uur 's nachts te stoppen met feesten.
Die eerste avond hield de onvolprezen Pierre Janssen
- de man die met zijn handen, fladderend als vogels
zo licht, tot tranen toe kon ontroeren en altijd een
glimlach toverde - een 'causerie'. Hij was toentertijd
'de merkwaardigste man die ooit in Nederland op het
televisiescherm verscheen' zoals de pers schreef. Als
directeur van het Stedelijk Museum in Schiedam had
hij een eigen televisieshow met de titel Kunstgrepen.
In 1962 presenteerde hij dus voor een zaal vol Zeeuwen
Kunstgrepen met boeken. 'Hij was zenuwachtig als de
pest,' herinnert Peter Bikker zich.
In de pauze konden de gasten praten met Zeeuwse
auteurs die, achter een viskraam met eigen werk, ook
boeken gesigneerd verkochten. Van de acht aanwezige
Zeeuwse auteurs stond in het programmaboekje een
korte biografie en een fragment uit hun werk; Henri
Arnoldus (de zeer productieve kinderboekenschrijver),
L.W. de Bree (schrijver van historische romans), Willem
Enzinck (dichter, essayist, romancier en reisschrijver),
dr. H.C.M. Ghijsen (publiciste van literair-historsiche
studies en samensteller van het Woordenboek der Zeeuwse
dialecten), Kees Pronk (romancier die vooral in christe
lijke milieus naam heeft gekregen), J.C. Schagen (dich-
ter-prozaïst-schilder), Hans Verhagen (toentertijd de
modernste Zeeuwse dichter) en Hans Warren (dichter
en recensent, zijn Letterkundige Kroniek in de PZC
werd door duizenden Zeeuwen gelezen). Een mooie,
tastbare herinnering en een prachtig promotiemiddel.
Na de pauze was er cabaret. In het programma
boekje staat: 'Deze 22-jarige Rotterdamse onderwijzer
Gerard Cox. Foto: Zeeuivsch Dagblad.
cabaretier, bekend van radio, televisie en grammofoon
plaat, zal vanavond uit eigen repertoire zingen, zich
daarbij begeleidend op de gitaar'. Een piepjonge
Gerard Cox dus stond ruim veertig jaar geleden op het
Vlissingse podium.
Hoe konden Zeeuwse boekhandelaren een
Rotterdammer als Gerard Cox op de bühne krijgen?
Eenvoudig. Binnen de muren van het arbeidsbureau
werkte de heer Marquinie. Hij bestierde daar een
artiestenbemiddelingsbureau. 'Hij had een bak vol
artiesten,' herinnert Bikker zich. 'Als hij ons wees op
iets leuks, gingen wij eerst kijken. Zo zijn we eens
met zijn allen naar Deventer geweest om daar een
optreden bij te wonen. En dan 's nachts weer terug.
Wat Marquinie uitkoos, was altijd goed.'
En dan was er bal. Het Henk van Buul-kwartet uit
Dordrecht verzorgde de muziek. Het programma
boekje schroomde niet te vermelden dat de drummer
Rinus Smit uit Vlissingen kwam. Het was wel het
Zeeuwse Boekenfeest natuurlijk. Om een uur of drie
begonnen de bezoekers de zaal af te breken, zoals in
Amsterdam bij het Boekenbal toen al traditie was.
Velen namen een souvenir mee aan een geslaagde
avond en iedereen kreeg een pocketboek cadeau.
40 Zeeuws Tijdschrift 2004/1-2