Live in Jerusalem De gitaarprins Leo van de Ketterij Zeeuwse popmusici timmeren tegenwoordig flink aan de weg. Blof, Racoon en Danny Vera treden op in binnen- en buitenland. Al eerder waren Zeeuwse groepen buiten Zeeland bekend zoals Corefest uit Goes en Dragonfly uit Vlissingen. Een popmusi cus, die begin jaren zeventig tot de nationale top wist door te dringen, is Leo van de Ketterij. Als gitarist van de legendarische band Shocking Blue vierde hij triomfen. Ik zocht de musicus op in zijn Middelburgse woning, waar hij mij - omringd door appa ratuur en gitaren - te woord staat. Peter Sijnke Leo van de Ketterij (Vlissingen, 1950) woonde tot zijn 22-ste in zijn geboorteplaats. Zijn vader was marineman. Werd er bij jullie thuis gemusiceerd? 'Nee, maar mijn vader was gek van muziek. Hij nam van alles op met bandrecorders. Aanvankelijk werd er bij ons thuis vooral Nederlandse volksmuziek gedraaid. Daarbij moet je dan denken aan Johnny Hoes, Tante Leen en de Zangeres Zonder Naam. Later werden het The Platters, Paul Anka en Roy Orbison. Daar groeide ik mee op. Cliff Richard en The Shadows hebben een verpletterende indruk op mij gemaakt. Dat was muziek die je in Vlissingen op de kermis hoorde. Toen besefte ik: dat wil ik ook. Een vriendje van mij had al een gitaar en ik heb toen net zolang gezeurd tot ik er ook een kreeg. Ik zal een jaar of veertien zijn geweest. Die - akoestische - gitaar nam ik overal mee naartoe. Zelfs naar de wc! Les heb ik nooit gehad. Het was vooral goed naar anderen kijken, goed luisteren en naspelen. Daarna kwam de elektrische gitaar.' En de bandjes. Vertel daar eens iets over. 'De eerste band waar ik in speelde heette The Flying Arrows. Ik was een jaar of vijftien en we speelden tot in de late uurtjes in nachtclub La Cave. Mijn ouders moesten de eigenaar toestemming geven. Zij hebben me altijd in mijn muzikale ontwikkeling gesteund. Aanvankelijk speelden we vooral instrumentale num mers in de stijl van The Shadows en wat later gingen we de kant van The Who op en de bandnaam werd veranderd in Flarth. Eigen nummers speelden we niet. Wel covers van The Who, The Small Faces en The Kinks. Daarna kwam de meer experimentele for matie Universal Delight met Eddie van Broekhoven, Rian Rijken, Rens de Regt en Carlos van den Berge. Opnames hebben we daar niet mee gemaakt, maar we traden wel veel buiten de provincie op. Onder andere in de Amsterdamse poptempels Fantasio en Paradiso. We voerden een hele show op, met vloeistofdia's, magnesium dat in de fik vloog.' En intussen werkte je gewoon. 'Ja, ik ben na de voltooiing van de mulo bij de Nederlandse Middenstandsbank in Vlissingen gaan werken. Kassier daar was Joop Meulmeester die in diverse Vlissingse bandjes speelde. Joop las een advertentie in een muziekblad, waarin werd gemeld dat Shocking Blue een gitarist zocht. Hij attendeerde mij daarop. Het ging om een vervanger voor Rob van Leeuwen. Is dat niks voor jou? Ik was actief als muzi kant in Zeeland en voelde er niet veel voor. Joop bleef aandringen en sprak met de manager van Shocking Blue Cees van Leeuwen. Die vertelde dat er audities in de Marathon in Den Haag zouden komen. Joop meldde: ik heb gebeld en je moet komen. Ik ben met John Caljouw van Dragonfly (hij zat een tijdje in mijn 28 Zeeuws Tijdschrift 2005/1-2

Tijdschriftenbank Zeeland

Zeeuws Tijdschrift | 2005 | | pagina 32