Muziekverenigingen maken, net als vele andere organisaties die uit vrijwilligers bestaan, zorgelijke tijden door. Je moet met zoveel hobby's concurreren, hoor je keer op keer. Zo ook bij Excelsior en Confetti uit Goes. Een showkorps met jeugdkorps naar Amerikaans voorbeeld is uniek in Nederland. Driekwart eeuw verenigingsgevoel, koerswijzigingen, ledentekorten, geldzorgen, maar ook tomeloze inzet en perioden dat de vereniging op het hoogste niveau in binnen- en buitenland speelde. 'We zijn een muziekvereniging die ernaar streeft zich te laten zien', klinkt het aan het begin van het jubileumjaar vol ambitie. Peter Urbanus en Peter van Houte In het verenigingsgebouw aan de Verrijn Stuartweg in Goes schuiven drie mensen aan. Joyce Schoe is coör dinator van Confetti, de jeugdafdeling van Excelsior. Zij onderhoudt contacten met ouders, zet activiteiten op voor de kinderen en draagt zorg voor de contacten tussen bestuur en instructeurs. 'Ik ben echt bezig met het verenigingsdeel. Leuke acties verzinnen om de kas te spekken of nieuwe leden binnen te krijgen, bijvoorbeeld.' Ilona de Jong is penningmeester. 'Aan leden en geld is altijd gebrek. Uitsluitend op subsidies en de contributie kun je niet draaien. De jeugd brengt wel contributie binnen maar kost vooral veel geld. Voor hun optredens kun je niet veel vragen. Excelsior brengt in het seizoen wel geld binnen, maar daar staan weer heel hoge reiskosten tegenover.' Beiden kwamen door familie of als ouders voor het eerst over de vloer bij Excelsior. Joyce: 'Mijn broer zat al op jonge leeftijd bij Confetti. Later kon mijn eigen oud ste zoontje er weer geen genoeg van krijgen als zijn oom shows liep. Dan ben je er als moeder natuurlijk bij. Op een bepaald moment gaf ik me op om bij de Sinterklaasactiviteiten mee te helpen en toen was ik verkocht.' Front facing Dankzij mensen als Ilona en Joyce lean korpscoördi nator Alois de Munck zich vooral op zijn eigen taken richten. Hij is verantwoordelijk voor de muzikale 63 Zeeuws Tijdschrift 2005/1-2

Tijdschriftenbank Zeeland

Zeeuws Tijdschrift | 2005 | | pagina 67