'de meest Vlaamse stad van Nederland', waar 'Hulst
Vestingstad' consistenter was geweest.
In Sluis heeft het Binnenstadsmanagement Sluis
vergelijkbare doelstellingen met die van Stichting
Bezoekersmanagement Hulst. Het wordt gevormd
door de gemeente Sluis, de Middenstandsvereniging
en Sluis Promotie. Dat wordt dan weer voor de helft
gefinancierd door de gemeente Sluis en voor de
andere helft door de Middenstandsvereniging. Bijna
elke Sluise ondernemer is er, anders dan in Hulst,
waar het aantal leden relatief lager is, bij aangesloten.
Ook Sluis heeft een promotiesite (www.sluisonline.
com); onlangs is de miljoenste bezoeker verwel
komd... Liefst vijftig procent van de bezoekers van
deze site komt uit België en 'slechts' veertig procent
uit Nederland.
De wallen van Hulst liggen er prachtig bij, het
groen wordt goed onderhouden en de Keldermanspoort
heeft er in eeuwen niet zo florissant bijgestaan. Toch
liggen hier nog kansen die tot nu toe onbenut zijn
gebleven. De paden op de wallen zijn onverhard en de
bolwerken zijn hoofdzakelijk ingericht met parkeer
plaatsen of gras. Hulst wil geen lcermistoestanden op
de wallen en roemt de rust die er heerst. Maar zou het
niet gedaan zijn met die rust als de promotiecampagne
slaagt? Het uitzicht op de binnenstad - die steeds
dichtbij gelegen is - vergoedt veel. Het is er aangenaam
wandelen. Het heeft iets van een stadspanoramapad
terwijl je je op de omwalling rond Sluis meer in de
natuur waant. Ook daar contrasteert de rust met het
bruisende winkelhart. Sinds een paar jaar worden de
wallen van Sluis beheerd door Stichting het Zeeuwse
Landschap. Niet alleen is de vegetatie verwilderd, er
loopt ook allerlei vee rond. Hulst kiest voor historie,
Sluis voor natuur. Hulst kiest voor gemaaid gras, Sluis
staat toe dat de Stenen Beer (Westpoort) door grassen
wordt overwoekerd.
Publiek en winkelaanbod
Het winkelaanbod in Hulst verschilt sterk met dat
van Sluis. In Sluis tref je meer snuisterijenwinkels,
homeopathiewinlcels en de onvermijdelijke seksshops
aan dan in Hulst, dat een gevarieerder maar kleiner
aanbod heeft. Dit valt grotendeels te verklaren door
de veel grotere eigen bevolking. De toerist wil nu een
maal andere winkels dan de inwoners. Hulst is het
(koop)centrum van Oost-Zeeuws-Vlaanderen, terwijl
in het westen de 'eigen bevolking' in Oostburg een
uitgebreid winkelcentrum tot haar beschikking heeft.
Hulst ondervindt, steeds meer, concurrentie van Sint-
Niklaas terwijl Sluis juist samenwerkt met Knokke.
Wat Sluis en Hulst zeker gemeen hebben is het
onmiskenbaar Bourgondische karakter: er zijn meer
terrasstoelen dan inwoners. De overvloed aan horeca
gelegenheden - die uitstekend bezocht worden - in
combinatie met de rust van het ommeland zou iets
kunnen verklaren van de aantrekkingskracht van de
steden; de atmosfeer is er, ondanks de vele mensen,
een van rust en ontspanning. Winkelen in Sluis en
Hulst wordt beleefd als een vorm van uitgaan, in
het bijzonder door de Vlaamse (koop)toerist. Er is
tijd genoeg om alle winkels driemaal in en uit te
12 Zeeuws Tijdschrift 2006/1-2