lopen, dus wat zou je je druk maken? En het straat
beeld - een rustig slenterend en schuifelend publiek
- nodigt niet uit tot haasten. Wie van een afstand,
bijvoorbeeld een terras, omziet naar de bezoekersstro
men doet dat publiek en de steden tekort door ze als
een vanzelfsprekende, burleske parade van koopjesja
gers te zien. Het winkelpubliek is qua leeftijd divers,
kritisch en beslist minder vanzelfsprekend aanwezig
dan in het verleden. Met het verdwijnen van de ban
ken zijn heel wat Vlaamse gasten weggebleven, de
prijzen zijn in Nederland niet lager en in Vlaanderen
zijn - sterk eufemistisch uitgedrukt - genoeg andere
Bourgondische steden. Toch is de bekendheid van
Sluis en Hulst, door hun koopstadverleden, een van
de redenen waarom de bezoekers vanuit Vlaanderen
blijven komen. Want Sluis en Hulst zijn in België
'gelcender' dan in Nederland.
Interessant is dat de VW in Sluis het meest wordt
bezocht door Belgen, gevolgd door Nederlanders, 'eigen
bevolking', Duitsers, Engelsen en Fransen terwijl de
VW Hulst voor 57% door Zeeuws-Vlamingen wordt
bezocht, gevolgd door 22% uit de rest van Nederland
en slechts 18% uit België. Dat zegt nog niets over de
daadwerkelijke afkomst van de bezoekers aan die ste
den. Daarom stellen zowel Hulst als Sluis de komende
tijd een onderzoek in naar het aantal en herkomst van
de bezoekers. Geen overbodige luxe!
Gastvrij zijn betekent dat je je bezoekers niet
over grote afstanden laat sjouwen met hun zojuist
aangeschafte artikelen. Zowel Sluis als Hulst is zich
terdege bewust van het belang van goede parkeervoor
zieningen. Goed openbaar vervoer, in het bijzonder
van en naar Vlaanderen is een tweede voorwaarde.
In Zeeuws-Vlaanderen kun je nu eenmaal niet met
de trein, maar het busvervoer van en naar Hulst is
prima geregeld. Er zijn directe verbindingen met
Sint-Niklaas, Breda (via Antwerpen), Oostburg en
Middelburg. Sluis is vanuit Brugge en Breskens en
in de zomermaanden ook vanuit Knokke met de
bus bereikbaar. Opmerkelijk blijft het dat alle dor
pen en steden die ten oosten van Sluis zijn gelegen
slechts met omwegen en overstappen via Oostburg of
Draaibrug bereikt kunnen worden.
Gastvrijheid uit zich ook in schone openbare toi
letten, duidelijke bewegwijzering, sfeervolle aankle
ding van de straten - beide steden hebben deze zomer
fors geïnvesteerd in uitbundig bloeiende beplanting -
en, in Sluis een systeem van service biedende vraagba
ken (veelal studenten) op straat, waar mensen terecht
kunnen met hun vragen, maar die tevens een bijdrage
leveren aan de veiligheid en de beleving daarvan.
Toekomstplannen
Hoewel de Vlamingen fietsers bij uitstek zijn, is de
kwaliteit van de fietspaden in België vaak niet goed.
Het is er beslist onveiliger dan in Zeeuws-Vlaanderen.
Vandaar dat ze massaal de grens oversteken, per fiets
genieten van het lege en - in vergelijking met het
dichtbevolkte Vlaanderen - rustige en veilige polder
land en in Sluis of Hulst ravitailleren. Rond beide ste
den liggen verschillende populaire fietsroutes waar de
Vlamingen gretig gebruik van maken. Sommige zijn
grensoverschrijdend. Ook motoren strijken massaal
neer in de Zeeuws-Vlaamse vestingsteden.
Om in de toekomst geliefd en aantrekkelijk te blij
ven voor de Vlaamse (koop)toeristen zijn ambitieuze
plannen gelanceerd. Het idee 'Sluis aan Zee' bestaat
al een aantal jaren en is niet gemakkelijk te realiseren.
Toch is het concept beslist niet in de ijskast gezet. De
uitbreidingsplannen van de natuur in en rond het
Zwingebied doen de hoop toenemen dat het in de
voormalige Zwinstad ooit weer naar zout zeewater zal
ruiken en dat er jachthavens zullen komen. Ook Hulst
wil meer water. Daar wordt sinds enige tijd serieus
nagedacht om de Bierkaai uit te graven en dus een
stadsgracht binnen de vesting te krijgen en de plannen
voor een jachthaven bij Perkpolder met luxe woningen
zal het aantal Vlaamse inwoners van Hulst dat nu al op
meer dan tien procent ligt zeker meer doen stijgen.
Ook zijn er plannen de toegangspoort van meu
belgigant Morres naar de stadszijde te verplaatsen.
Het zou vanzelfsprekend moeten worden dat bezoe
kers van Morres naar de binnenstad gaan en vice
versa. De combinatie Morres-Hulst moet wat betreft
de Stichting Bezoekersmanagement Hulst net zo
innig worden als Des Bouvries-Naarden. Ik vrees
evenwel dat in de huidige constellatie, een stapeltje
folders bij de klantenservice en een luchtfoto van
Hulst - tegenover de toiletten - het gewenste resultaat
niet haalbaar is. Daar is nog veel werk aan de winkel.
De mensen op de terrassen en in de winkelstraten
maken het raadsel van de aantrekkingskracht van
Sluis en Hulst beslist niet kleiner door steevast, con
sequent alsof het onderling is afgesproken als voor
naamste reden voor hun bezoek aan te geven dat ze
het er zo plezant gezellig vinden. Tja.
13 Zeeuws Tijdschrift 2006/1-2