I. terrein van de vormgever? De laatste halve eeuw is het
beeldende kunstlandschap ingrijpend veranderd. Het
onderscheid tussen kunst en vormgeving is vervaagd
zowel in de tentoonstellings- als in de opdrachtprak
tijk. Dat is gebeurd parallel aan een proliferatie van
kunstcategorieën: van decoratieve kunst (vormgeving)
naar gebonden kunst (industriële vormgeving); van
geïntegreerde kunst (onroerende kunst) naar Kunst in
de Openbare Ruimte en van publieke kunst naar soci
aal geëngageerde kunst en relationele kunst.
Autonome en toegepaste kunst zijn niet meer,
zoals tot ver in de twintigste eeuw, equivalent aan
'hoge' en 'lage' kunst. Jo Coenen. rijksbouwmeester
tot 2004 erkent dat een afstandelijke positie interes
sante en hoogstaande kunst kan opleveren, en is de
opvatting van autonomie in de zin van 'onafhankelijk'
voor hem van groter belang. Coenen lijkt met deze
uitspraak kunst die zich wil verhouden tot zijn con
text, te willen verheffen maar tegelijkertijd de auto
nome kunst niet aan te willen tasten. Praktijk is dat
we alle genoemde categorieën tegenkomen in de white
cube (de gewoonlijke plek waar kunst te zien is zoals
museums en galeries) voorheen voorbehouden aan
de autonome kunst, én tevens in de opdrachtensfeer
die een steeds groter omvang heeft aangenomen. Niet
alleen de openbare buitenruimte is werkgebied van
de beeldend kunstenaar geworden, hij heeft ook de
gebouwen die overheden en andere partijen neerzet
ten ingepalmd.
Waar hebben we het eigenlijk over? Kunst als ver
fraaiing van architectuur, de moeder der kunsten? Zit
een architect daar wel op te wachten? En wat wil de
kunstenaar? Wie heeft het laatste woord? Hoe wordt
dit spel gespeeld? Tijd voor een duik in de praktijk
van de wereld in opdracht.
'Een rondje Walcheren'
De architect Taco Tuinhof tekende voor het nieuwe
kantoor van het Waterschap Zeeuwse Eilanden in
Middelburg (2005). Het Waterschap is autonoom en
kan zelf opdrachten verstrekken. Tuinhofs inspira
tie om kunst in zijn architectuur toe te laten kwam
wel voort uit de voorbeeldrol van de RGD en uit het
Rijksarchief in Middelburg. Daar zag hij werk van
kunstenaar Lydia Schouten die een ontdekkingsreis
door het archief verbeeldde door tekstfragmenten
over 'de reiziger' te laten verschijnen op vloeren en
muren. Samen met de projectleider stelde Tuinhof het
Waterschapsbestuur voor een open inschrijving in het
blad BK Info te plaatsen. Uit de 120 inzendingen wer
den er vijf geselecteerd die het programma van eisen
het beste hadden uitgewerkt: een spel met de context
van het gebouw en de activiteit van het Waterschap.
Het bestuur, gekleurd door zijn achtergrond
waarbij thema's als landbouw, waterbeheer en
religie belangrijk zijn, koos uiteindelijk voor het
in Zeeland wonende duo Paul (1943) en Menno
(1967) de Nooijer. Deze kunstenaars hadden in het
Rijnhavengebouw in Rotterdam al laten zien dat ze
prima in opdracht kunnen werken, die keer voor
de Rijksgebouwendienst. In Middelburg hebben zij
een hightech video-installatie neergezet met een ver
rassende mix van gemanipuleerde en realistische
beelden. De kunstenaars filmden hiervoor gedurende
een jaar Zeeuws landschap. Vader en zoon rekenden
de hele entreehal tot hun domein en installeerden
13 Zeeuws Tijdschrift 2006/3-4