een landmark, de monumentale Watertoren, die de
afgelopen jaren heeft gefungeerd als gemeentelijke
expositieruimte. Met ambtenaar kunstzaken Leon
Riekwell als onmisbare aanjager bood de gemeente
Vlissingen Van Munster in 2004 de gelegenheid dit
rijksmonument en het omringende terrein in te rich
ten als nieuwe kunstenaarsplek.
Op het 7.000 vierkante meter tellende eilandje
is een architectonische installatie gepland die de
Watertoren opnieuw in een hedendaagse culturele
context zal plaatsen. Van Munsters I K-icoon zal hier
naar analogie van de Plus en de Min in Renesse ver
rijzen als atelier en expositieruimte. Daarnaast voor
ziet de beeldhouwer een rond woonhuis voor eigen
gebruik, met ramen in de vorm van plussen en min
nen. Als huismeester van de Watertoren draagt hij
zorg voor de restauratie ervan. Het monument blijft
intact maar zal worden getooid met een dakpaviljoen
van staal en glas waarin de kunstenaar kan werken.
Twee functionele gebouwen maken de plattegrond
compleet: een hoekpaviljoen als verblijfsruimte voor
de gastkunstenaars en een langwerpig opslaggebouw
verwerkt in een geluidswal van veertig meter lang en
vier meter hoog. Daarop zullen kris kras platte, meta
len I K'en verschijnen van ongeveer een meter groot,
elk gevolgd door een naam van een partij die het pro
ject mede ondersteunt.
Het hele project is begroot op circa 1,5 miljoen
euro. Volgens de planning gaat de eerste heipaal eind
dit jaar de grond in en opent het kunstenaarsverblijf
in 2008 zijn deuren. Of dan ook al het opslaggebouw
en het woonhuis gereed zijn, is de vraag want een
gedeelte van de plannen moet nog door de ambtelijke
molen. In elk geval zijn onderzoeken naar de bodem,
akoestiek, stofdeeltjes en ruimtelijke onderbouwing
afgerond. Dat geldt ook voor de discussies met de
monumentencommissies van zowel het Rijk als de
gemeente.
Alles is één
Van Munsters werkwijze als beeldhouwer verschilt
niet van die als architect, zegt hij. Of hij nu een
beeld of een gebouw bedenkt, dezelfde formele wet
ten treden in werking. Zoals bij het woonhuis, dat
is architectuur en tegelijk een sculptuur. De vorm
vond hij in het watervat, hoog in de Watertoren.
Die herhaalt hij en maakt zichtbaar wat verborgen
is. Alles grijpt zo op elkaar in in zijn werk. Het een
komt uit het ander voort. Maar, 'architectuur is niet
mijn vak', zegt hij. Daarom werkt hij samen met de
architect Johan de Koning van Laboratorium voor
Architectuur. De kunstenaar, opdrachtgever in deze
constructie, geeft toe het als Einzelganger spannend
en moeilijk te vinden zaken uit handen te geven.
Tegelijkertijd had hij meer dialoog verwacht. Het is
altijd een strijd om een bepaalde vorm door het hele
creatieve proces heen te krijgen. Al moet het drie
keer over of kost het een maand extra werk. 'Tja,
ik ben een eigenwijze kunstenaar. Ik ben met niets
begonnen, heb geen bureau met personeel om te
onderhouden dus geld is voor mij ondergeschikt.'
Dat geeft spanning tussen hem en de architect.
'Kunstenaars zijn altijd jaloers op architecten omdat
ze alles betaald krijgen en alles voor ze is uitgestip
peld. En architecten kijken afgunstig naar kunste
naars omdat die altijd kunnen experimenteren en
nergens rekening mee hoeven houden.'
Hoe gaat het dan als hij een werk in opdracht
maakt? Jan van Munster maakt er geen geheim van:
artistieke concessies doen bestaat voor hem niet. 'In
opdrachtsituaties sluipen onbewust oude beelden in
mijn hoofd, als een vertaling naar een maat voor die
plek.' Als dat gebeurt, dan klopt het. Anders gaat het
wat hem betreft niet door want zijn filosofie luidt
onverminderd: 'IK is identiteit IK is iedereen IK
is van iedereen IK is een mentale constructie IK is
een kunstwerk van Jan van Munster.'
38 Zeeuws Tijdschrift 2006/3-4