Een communist zonder elektriciteit
William Rothuizen, met tekeningen van Jac. Prince,
Sporen van het oude Zeeland in de luwte van een nieuwe
tijd. Zaltbommel: Aprilis, 2006. ISBN 10-90-5994-
152-7; ISBN 13-978-905994-152-6, 17,50.
Peter Sijnke, Nederpophelden; pioniers van de pop
muziek in Nederland 1960-1970. Zaltbommel: Aprilis,
2006. ISBN-10 90 5994 139 x, ISBN 13-978-90-5994-
139-7, 24,50.
Eén van de door De Bodt in Een Zeeuwse idylle
genoemde boeken, Geertrui, de heks van Veere (1951)
van Dignate Robbertz, was geïllustreerd door schilder,
ontwerper en tekenaar Jac. Prince, een legendarische
figuur die in 1973 op 45-jarige leeftijd plotseling stierf.
De zonderlinge humor en invallen van Prince zijn
nog altijd stof voor anekdoten. Jong sterven is zo'n
beetje een voorwaarde voor toetreding tot de kring der
legendarischen - het is dus de vraag of Prince tot zo'n
postume held zou zijn uitgegroeid als hij was blijven
leven - hij zou dan nu ongeveer tachtig zijn geweest.
De krachtige en knappe zwartwitten van Prince zijn
hoe dan ook niet voor niets veelgeroemd en graag ver
zameld, en de man zelf was een meer dan waardige
duoganger van journalist William Rothuizen, die in
de jaargangen 1961/1962 een reeks reportages publi
ceerde in de Provinciale Zeeuwse Courant waarin het
einde van de idyllische periode en het baanbreken van
de nieuwe tijd beschreven werden aan de hand van
(meestal) portretten van opmerkelijke Zeeuwen die
nog volop leefden in en vanuit die snel vervagende,
oude tijd. Die uiterst gelukkige samenwerking van
Rothuizen en Prince is nu uit de oude leggers gelicht
en in een heel aantrekkelijk boekje opnieuw beschik
baar gemaakt, met een voorwoord van oud-PZC-
hoofdredacteur Andreas Oosthoek.
De door Rothuizen beschreven en door Prince zo
treffend geportretteerde Zeeuwen hadden ondanks
het geweld van Deltawerken, massawoningbouw
en grote industrialisatieplannen geen oog voor de
veranderingen, of trokken zich er gewoonweg niks
van aan. Hun existentie ging door, met de gebrui
kelijke bezigheden en in het vertrouwde tempo.
Rothuizen en Prince troffen deze standvastigen aan
op de bolbaan, de wekelijkse boerenbeurs, op de
kleine veerpont, de houtwerf of gewoon in het café.
Niet dat deze karakters unaniem afkerig waren van
Willem den Engelsman, werkend aan zijn memoires {tekening
van Jac. Prince uit het besproken boek).
nieuwlichterij en verandering. Een van de naar mijn
smaak aardigste verhalen, 'Bewogen leven', gaat over
de Middelburger Willem den Engelsman, die in de
jaren dertig communist werd en rusteloos maar met
weinig succes voor zijn ideaal ageerde - zo slaagde
hij er enkele keren nét niet in om in de gemeenteraad
te komen. Willem schuwde naast alle agitatie het
caféleven geenszins en na een roerige, veelbewogen
loopbaan vol mislukkingen belandde hij in een hofje
te Nieuwland, zonder elektrisch licht, water en gas.
Geplaagd door 'stemmen' schreef hij zijn memoires
in een schoolschrift van twaalf cent. 'In de avond
stilte krast zijn pen gestaag over de lijnen van het
schoolschrift en vult bladzijde na bladzijde,' meldt
Rothuizen. En Prince tekent naast de petroleumlamp
jes die het scriptorium van Den Engelsman verlichten
als een waar documentalist vijf flesjes bier.
Het boek van Rothuizen en Prince confronteert ons
wel vaker met de nieuwe tijd tussen de tekenen van de
oude: zo bezoeken we het intussen allang afgebroken
café In de Sterre langs de weg van Zuiddorpe naar
Overslag, vol typische Zeeuws-Vlamingen 'oude stijl'.
Maar: 'Er dreunt zware rock-'n-roll door de gelagka
mer. Vallebas ziet Pierke en Staf onbegrijpelijk snel in
beweging komen, ieder in zijn eigen solodans. Pierke
gooit zijn rechterbeen op een van de tafels en balan
ceert onzeker op het andere been. Staf danst weer met
een stoel, maar probeert nu op de been te blijven. Met
53 Zeeuws Tijdschrift 2006/7-8