tot de verbeelding: de watersnoodramp van 1953. Opnieuw waren de gevolgen enorm. Vele tiendui zenden hectares land werden overspoeld. Er waren 1836 slachtoffers te betreuren. Mijn familie werd gespaard maar een deel ervan moest, samen met een half miljoen andere bewoners van de Zeeuwse Delta, worden geëvacueerd. Daarnaast kwamen honderdduizenden stuks vee om als gevolg van de overstroming. Vele honderden woningen en boerde rijen werden weggevaagd en een veelvoud daarvan werd zwaar beschadigd. Dijkwerkers, geholpen door meer dan 30.000 vrijwilligers, probeerden in de weken na de ramp de gaten in de dijken zo goed als dat kon te dichten. Er werd in deze maanden een grootse overwinning behaald op de zee en eind 1953 lean het Deltagebied officieel droog worden ver klaard. Twintig dagen na de ramp was ook reeds de - na zo'n ramp onvermijdelijke - Deltacommissie ingesteld en vijf jaar later, op 8 mei 1958, werd de Deltawet aangenomen. Deze bracht de al eerder bestaande plannen voor afsluiting van de belang rijkste zeearmen in een stroomversnelling en mar keerde de aanvang van de bouw van in totaal veer tien omvangrijke bouwwerken die tezamen een van de meest indrukwekkende verdedigingssystemen tegen de natuur op aarde vormen. Het is begrijpelijk dat de Zeeuwen trots zijn op hun Deltawerken. Sommigen deinzen er niet voor terug te spreken van het achtste wereldwonder. Dat we hier niet van doen hebben met louter provin cialistische grootspraak, bleek nog eens in 2006, toen het maandblad Quest aan 111 experts uit de Nederlandse bouwwereld vroeg hun favoriete bouw werk van na de industriële revolutie te kiezen. Op de resulterende lijst met de 'zeven wereldwonderen van de moderne tijd' namen de Deltawerken een promi nente plaats in. En ook op de - deels overlappende - lijst met zeven moderne wereldwonderen die datzelf de jaar door de American Society of Civil Engineers werd samengesteld, prijkten de Deltawerken, naast de Kanaaltunnel tussen Engeland en Frankrijk, de CN Tower in Toronto, het Empire State Building in New York, de Golden Gate Bridge in San Francisco, het Panamakanaal en de Itaipüdam op de grens tus sen Brazilië en Paraguay. Het technologisch sublieme Volgens Genesis scheidde God op de derde dag van de schepping het land van de zee. Hoewel de Zeeuwen de naam hebben een godsvruchtig volkje te zijn, heb ben ze op dit punt toch nooit volledig op de goeder tierenheid van de Schepper vertrouwd. Gedurende de vele eeuwen dat zij de Delta bewonen hebben zij het scheiden van zee en land krachtig zelf ter hand genomen. Het eerste couplet van het Zeeuws-Vlaamse volkslied laat zich dan ook lezen als het mission statement van de hele provincie: Waar eens 't gekrijs der meeuwen Verstierf aan 't eenzaam strand, Daar schiepen zich de Zeeuwen Uit schor en slik hun land; En kwam de stoimwind woeden, Hen dreigend met verderf, Dan keerden zij de vloeden Van 't pas gewonnen erf. Schillers analyse indachtig kan worden gesteld dat de strijd tegen het 'dreigend verderf van de storm wind niet alleen de grootsheid der Zeeuwen toont, maar dat hun strijd bij tijd en wijle - wanneer de overmacht van de natuur zich doet gelden en het zwaar bevochten land opnieuw onder de waterspiegel verdwijnt - een subliem, verheven karakter verkrijgt. En zeker de delen die voorgoed verloren gaan, zoals het verdronken land van Saeftinghe, behouden nadien de glans van het sublieme. De geschiedenis staat echter niet stil. De moderne tijd geldt als het tijdvak van de secularisatie. God trekt zich terug uit de wereld en de natuur raakt gaande weg 'onttoverd'. De natuur plant niet langer, zoals dat bij Longinus het geval was, 'een onoverwinnelijke liefde voor al wat verheven en heilig is in onze ziel', maar noopt vooral tot technisch ingrijpen. Goddelijk bestuur wordt mensenwerk. Deze dubbele omslag komt fraai tot uitdrukking in de (receptie)geschiedenis van de spreuk die het Zeeuwse wapen siert: Luctor et Emergo, ik worstel en kom boven. P. Scherft, oud rijksarchivaris van Zeeland, heeft erop gewezen dat deze spreuk afkomstig is van een penning die de io Zeeuws Tijdschrift

Tijdschriftenbank Zeeland

Zeeuws Tijdschrift | 2007 | | pagina 14