verbazing aan te staren, kon ik mezelf er toch niet toe
brengen deze klederdracht mooi te vinden. Maar op
dit soort teleurstellingen was ik voorbereid. Ik wist
dat men in Holland moet zijn om iets nieuws dan iets
moois te zien. Ik was dus meer tot opmerkzaamheid
dan tot geestdrift geneigd. Ik troostte mij met deze
voor mijn zucht naar het schilderachtige minder aan
gename indrukken met de gedachte dat deze boeren
zeker allemaal lezen en schrijven konden. Dat zij wel
licht de avond tevoren een vers van hun grote dichter
Jacob Cats van buiten hadden geleerd en dat ze zich
met een deugdelijk programma op zak begaven naar
een of andere vergadering van landbouwers waar zij
het woord zouden voeren. En dat ze met redenen
omkleed die aan hun zedige ondervinding zijn ont
leend, de ideeën bestrijden van een geleerde land
bouwkundige uit Goes of Middelburg.
Ludovico Guicciardini, een Florentijns edelman en
schrijver van een fraai boek over De Nederlanden, in
de zestiende eeuw gedrukt in Antwerpen, zegt dat in
Zeeland om zo te zeggen iedereen Frans en Spaans
kent en dat ze er ook Italiaans spreken. Dat was mis
schien toen niet overdreven maar het kan van de
huidige tijd niet gezegd worden. Waar is wel dat de
Zeeuwse landbouwers een buitengewone mate van
verstandelijke beschaving hebben, groter dan die van
de Franse, Belgische, Hollandse of Duitse boeren.
De boot wendde zich om het eiland Flipsland en
wij hadden Zeeland achter de rug.
Dit gewest dat zo geheimzinnig was voordat we
er binnenvoeren, scheen mij nog geheimzinniger nu
we het verlaten hadden. We hadden het doorkruist
maar niet gezien. Onze nieuwsgierigheid was nog
even groot bij het uit- als het invaren. Het enige dat
we gezien hadden was dat Zeeland een gewest is dat
men niet ziet. Men zou zich echter deerlijk vergissen
als men dacht dat het allen daarom een geheimzin
nig land is dat zich schuil houdt. In Zeeland is alles
mysterie.
In de eerste plaats hoe het zich heeft gevormd.
Was het oorspronkelijk zoals sommigen geloven een
groep van zeer kleine alluviale onbewoonde eilanden,
slechts door waterwegen gescheiden, die zich tot
grotere eilanden gevormd hebben? Of was het zoals
anderen denken vasteland toen de Schelde haar mon
ding in de Maas kreeg?
Maar ook als we de oorsprong laten rusten: in
welk ander land ter wereld gebeuren de dingen die in
Zeeland gebeuren? In welk ander land vangen de vis
sers een meermin in hun netten en werpt haar man
na haar tevergeefs te hebben teruggevraagd, om zich
te wreken een handvol zand neer met de voorspelling
dat dit zand de havens van de steden onbruikbaar zal
maken? En wordt die voorspelling vervuld?
In welk ander land komen de zielen van zij die
verdronken zijn de vissers oproepen om hen in een
boot naar de kust van Engeland te voeren zoals op de
stranden van Walcheren?
In welk ander land spoelen de stormen lijken
aan die uit de Noordpoolstreek afkomstig zijn,
monsters half mens half schuit, mummies in een
drijvende boomstam, zoals op de kust van het eiland
Schouwen? In het stadhuis van Zierikzee is er zo nog
een te zien.
In welk land gebeurt het, zoals bij Wemeldinge,
dat een man hals over kop in een kanaal valt, een uur
onder water gedompeld blijft, zijn overleden vrouw en
kinderen ziet die hem roepen uit het paradijs en daar
na levend uit het water wordt gehaald? Hij vertelde dit
alles aan Victor Hugo die het voor waar aan nam en
er over filosofeert en tot de conclusie komt dat de ziel
voor een tijd het lichaam kan verlaten en er later weer
in terug lean keren?
In welk ander land dient, zoals in Wemeldinge, de
degen van de Spaanse veldheer van Mondragon als
bliksemafleider op een toren?
In welk ander land laat men overspelige vrouwen
poedelnaakt door de straten van de stad wandelen met
twee stenen die om de hals hangen en een ijzeren
cilinder op het hoofd zoals op Schouwen?
Ik moet toegeven dat dit laatste wonder niet meer
vertoond wordt maar de stenen zijn nog steeds te zien
in het stadhuis van Brouwershaven.
De Italiaan Edmondo de Amicis (1846-1908) schreef
lyrische reisverhalen. Deze gemoderniseerde vertaling
is gebaseerd op de vertaling van P.J. Veth (1814-1895)
van Olanda (1874). De vertaling werd eerder gepu
bliceerd in Paul van der Velde (ed.) Het Zeelandgevoel
(Kruiningen: Drukkerij Van der Peyl 1993), 7-11.
17 Zeeuws Tijdschrift