De Kaloot, die in 1632 al op een kaart voorkomt als zandplaat zuidelijk van het huidige gebied, is een relict, een minuscuul overblijfsel van een groot natuurgebied bij Borssele. Een onaanzienlijke verwijzing naar de tijden vóór het woeden van Jan Industrie (CdK Van Aartsen) en de beruchte Delta Boys, die de Zeeuwse fabriekspijpen tot in de hemel zagen groeien. De inventaris is snel gemaakt. Een langgerekt strandje. Opvallend lage duintjes, omsloten door de in- en uit laat van koelwater voor de kerncentrale, pal achter de dijk. Een man made slufter, icoon van maakbaarheid en 'nieuwe natuur'. De Kaloot is veranderd, dreigde even te verdwijnen! Maar de Kaloot was altijd al anders. Triomf voor De Kaloot Het uiteinde van de slufter is een plas tussen de duintjes en de echte zeewering, waarachter de kern energiecentrale ongenaakbaar oprijst. Eens was deze omgeving het toneel van rumoerige demonstraties, vastgeketende actievoerders en botsingen met het gezag; nu volgt het oplettende oog van camera's je overal. Want iedereen is een mogelijke terrorist. Bij de oostelijke toegang van het strandje staat een kleurig bord van Rijkswaterstaat en het LIFE/MARS- project, een samenwerkingsverband met Vlaanderen onder Europese vlag. Het bord attendeert op het bij zondere karakter van de Kaloot en op de aanwezigheid van onder meer Bergeend, Tureluur en Graspieper. De laatste twee zijn soorten die ik zelfs niet zou herken nen als ik erover struikelde. Op de gestorte strekdam metjes vóór de koelwaterinlaat zit een rijtje aalschol vers, onuitroeibare schooiers die ik wél herken. MARS staat voor Marsh Amelioration along the River Scheldt, een moeizaam van de grond gekomen Europees project om slikken en schorren te her stellen. Er vielen vier deelprojecten onder, drie in Vlaanderen en één in Nederland. Bij Temse moest het vijf hectare grote zoetwaterschor Het Kijlcverdriet door middel van afgraving voor verruiging behoed worden. Helaas: bodemonderzoek toonde zware ver vuiling aan. Hoge kosten dus. De oplossing: uitstel. Het project Lippensbroek bij Hamme onderging hetzelfde lot. Hier plande men afgraving van een pol dert je langs de Schelde en vervolgens inrichting van een 'gecontroleerde gereduceerd getijzone' (GGG). Ook hier bleek de grond verontreinigd. Uitvoering stopgezet in afwachting van nader onderzoek; in 2005 zijn de werken toch afgerond. Ook project drie ging niet van een leien dakje. Bij Zele zou het tot scheeps werf opgehoogde schor het Groene Meersch worden afgegraven tot natuurlijke hoogte. Opnieuw bleken grond en grondwater zo vervuild dat wegens astro nomische saneringskosten tot uitstel werd besloten. Het Nederlandse project werd als eerste in 1997 uit gevoerd en omvatte herstel van de slufter bij Borssele, uitbreiding van de duintjes aan de westzijde en de plaatsing van een stuifscherm. Triomf voor de Kaloot! Ook voor de - helaas voor mij obscure - schor- zijdebij blijkt de Kaloot van eminent belang. Want duin en schor liggen hier op vliegafstand van elkaar en dat is belangrijk, meldt Eddy Weeda in een rap port van Alterra Wageningen, december 2006. 'Deze kleine slufter aan de Westerschelde,' zegt hij, 'is een van de weinige plaatsen in Nederland waar duin- en schorvorming nog naast elkaar plaatsvinden. De Kaloot staat symbool voor de toestand van de natuur in Nederland.' Het is, aldus Weeda, een laatste stukje natuur waar landschapsvormende processen hun werk doen; het beantwoordt aan de complexe eisen van een organisme waarvoor ons land internationale verantwoordelijkheid draagt én het is ingeklemd tus sen eisen van economische groei. 42 Zeeuws Tijdschrift 2007 I 3-4

Tijdschriftenbank Zeeland

Zeeuws Tijdschrift | 2007 | | pagina 42