Jt v
F. van Waesberghestraat nummer 20 in Hulst; in 1926 gebouwd voor ).J. Biesbroeck (ansichtkaart).
natuurlijk al veel langer kenden. Rouleau wil dat
zodanig aan elkaar geschakelde woningen onderling
herkenbaar zijn en maakt van elk huis een individueel
pand. Vandaag de dag hebben projectontwikkelaars
weer volop aandacht voor een dergelijke stedenbouw.
Decoratie speelt hierbij een niet te onderschatten
rol. Kijk bijvoorbeeld eens naar de brievenbussen, de
dorpels onder sommige kozijnen, balkons en erkers.
Goot- en nokhoogte wisselen en ook in de horizontale
overgang zijn opvallende sprongen en hoekverdraai-
ingen meer dan toegestaan. Een mooi voorbeeld
daarvan is de aansluiting tussen de panden Van
Waesberghestraat nummer 18 en 20, gebouwd voor
de heer J.J. Biesbroeck in 1926.
Gevels worden opgetrokken uit donkere baksteen,
raamopeningen zijn klein, zoals gebruikelijk in de
stijl van de Amsterdamse school. Houten kozijnen,
wit geschilderd, zodat ze in het donkere veld van de
gevel goed naar voren komen. Ze zijn fraai gegroe
peerd, veelal in een harmonische verhouding, op de
onderste lagen meer dan boven. In de kozijnen nog
een verdeling van kleine ramen, zodat er nog altijd
weinig licht naar binnen valt.
Op nummer 20 vinden we een grote gemetselde
entreepartij met Mylceense overkraging van de nis en
een voordeur die met vijf treden gescheiden is van de
straat. Boven de raampartijen uitbundig versierde rol
lagen, maar liefst vier in totaal. Elke rollaag kent een
andere versiering in donker metselwerk. Ertussenin
is gebruikgemaakt van een lichtere, rode baksteen.
Onder het grote gevelraam een donkere plint van
staande stenen, a la de decoratiestijl van Van Epen. In
de nok, eveneens donker gekleurd, juist andersom,
liggende stenen.
Nummer 18 ligt zeker dertig centimeter naar ach
teren ten opzichte van nummer 20. Rouleau nam de
gelegenheid te baat hier een accent aan te brengen
in de vorm van een staande vertanding. Op begane-
grondniveau sluit de gevel van nr 18 hierop netjes
aan. Door de verdieping veel verder terug te leggen en
14 Zeeuws Tijdschrift 2007 5-6