kreeg onderwijs in de beginselen van bouwkundige samenstelling. Hier ontmoette hij zijn latere vrouw Emma Naegels (1889), dochter van politiecommissa ris Felix Naegels. Hij trouwde met haar op 16 februari 1909 in Antwerpen. Hun eerste kind werd al na twee maanden geboren en er zouden er over een periode van twintig jaar nog zeven volgen. Omdat hij voor een gezin moest zorgen, ging Frans eerst als bouwkundig tekenaar aan de slag bij de Antwerpse architect Thielens. Vervolgens was hij bouwkundig opzichter en tekenaar bij de brandweerkazerne Antwerpen, de kerk van Borgerhout en het Institut du Sacré Coeur in Tervuren. Hij vestigde zich in 1912 als architect in Weert. Gedurende de mobilisatietijd vanwege de Eerste Wereldoorlog was hij in dienst bij de genie. Hij verkeerde in de kringen rond de gevierde architect Pierre Cuypers, de kampioen van de neogo tiek en tevens ontwerper van de zesde toren van de basiliek van Hulst in 1876. Misschien is het wel via Cuypers dat hij in 1919 de opdracht kreeg in Hulst een kazerne voor de marechaussee te bouwen. Van oktober 1919 tot februari 1921 woonde hij in een hou ten loods op de bouwplaats. Daarna ging hij in Hulst in een huis aan de Vestdijkstraat wonen. In die twee jaar legde hij contacten met het gemeentebestuur en wist dat ervan te overtuigen dat Hulst een stadsarchi tect nodig had. Hij was inmiddels aangesloten bij de De architect aan zijn bureau 7 Zeeuws Tijdschrift 2007 5-6

Tijdschriftenbank Zeeland

Zeeuws Tijdschrift | 2007 | | pagina 7