Juffie Maria ('Rie') van der Swalme was een dochter van Abraham van der Swalme (1840-1902) en Jacoba Susanna Petronella Tak (1841-1908). Zij werd op 7 juni 1876 in Delft geboren, waar haar vader genees heer-directeur van een krankzinnigengesticht was. Vier jaar later werd het gezin uitgebreid met een twee de dochter, Joanna Maria ('An'). De familie verhuisde in 1888 naar Middelburg, omdat de in Vlissingen geboren en gedurende zijn middelbareschooltijd in Middelburg wonende Abraham terugwilde naar zijn geboortegrond. Hij vond in de Zeeuwse hoofdstad onder meer werkzaamheden als gemeenteraadslid. Susanna Tak was een zusje van de bekende politicus Joannes Pieter Roetert Tak, heer van Poortvliet, de vader van de in kunst- en landbouwlcringen bekend geworden Marie Talc van Poortvliet. Uit het dagboek van Maria van der Swalme spreekt een behoefte aan warmte en aandacht, die zij kennelijk niet of niet voldoende, van haar ouders kreeg. Aanvankelijk zocht zij die warmte bij een van haar leraressen, de veertigjarige Sophie van Slee, die sinds enkele jaren hoofd van de school 'voor meer uitgebreid lager onderwijs voor meisjes' aan de Haringplaats in Middelburg was. Elk klein woord, elke glimlach en elk standje waren vol betekenis voor Maria. Op 5 juli 1893 schreef zij: Wat zou het heerlijk wezen als zij mijne harts vriendin werd. Papa en Mama zouden het vree- selijlc vinden. Juffie is immers onderwijzeres. O! zeker het is hard voor eene moeder als haar kind koel in huis is en al hare warme liefde aan eene vreemde wegschenkt, vooral als dit kind met zóó veel moedergeluk in het leven begroet is als ik. Doch Mama begrijpt mij niet en ik heb haar niet lief om haar karakter. Mama is zonder eenige hartstocht en poëzie (meestal), en ik kan nu eenmaal niet iemand liefhebben, omdat zij mijne moeder is. Heb ik bevolen dat Mama door mij pijn moest lijden? Kan ilc het helpen dat juist zij mij het leven schonk? Neen! Wat dit betreft rusten er op mij geene verplichtingen, evenmin als op ieder ander kind. 'Juffie' reageerde vriendelijk op het 'wilde, hartstoch telijke kind', zoals Maria zichzelf noemde, soms met meer dan weer met minder aandacht, en een enkele An en Maria van der Swalme, 19 aug. 1885. Foto C.W. Bauer, Middelburg/Vlissingen, particuliere collectie. keer heel persoonlijk. Vermoedelijk heeft zij de intensiteit van de in het dagboek beschreven gevoe lens van het meisje, hoezeer misschien ook passend bij haar leeftijd en omstandigheden, niet ten volle beseft. 'Crushes' ten opzichte van leraressen zowel als leraren waren in die dagen heel gewoon, zo koes terde Maria's klasgenootje Levina de Clercq eveneens een 'adorerende verliefdheid' voor Juffrouw van Slee en Jet van der Harst, een ander klasgenootje, voor de onderwijzeres Juffrouw Pijnappel. In het dagboek passeren een stuk of zeven onderwijzeressen en een enkele onderwijzer die aan de school verbonden waren, de revue. Toen het lesjaar ten einde liep en Sophie van Slee zich voorbereidde op een verblijf in Oostende en Engeland, vroeg Maria of zij haar schrijven mocht. '(Wel) Ja, dat is goed, schrijf maar eens', was het antwoord, dat met zorg in het dagboek werd opgetekend. Maria's ouders hadden voor haar een andere harts vriendin voor ogen, namelijk Maria's al genoemde klasgenootje Levina ('Vien') Anna Catharina van der Lek de Clercq, wiens vader substituut-officier van justitie en later vice-president van de rechtbank in io Zeeuws Tijdschrift 2008 1-2

Tijdschriftenbank Zeeland

Zeeuws Tijdschrift | 2008 | | pagina 12