ZUIVER TOT OP DE GRAAT Gezouten kabeljauw van Saman Vis- en Paiinghandei SCHOUTENS SMAAK 66 Zeeuws Tijdschrift 2008 i 1-2 Door Diny Schouten Vreemd toch. vindt Dion Saman, dat mensen tegen hem zeggen dat ze in een restaurant zo heerlijk Oosterscheldekreeft of Zeeuwse mosselen hebben gege ten, maar dat ze er nooit aan durven beginnen om die thuis klaar te maken. Terwijl kreeft koken toch zo mak kelijk is! Laat hem in de kokende bouillon zakken die je hebt klaargezet, laat hem weer aan de kook komen, en met tien minuten zachtjes koken ben je klaar! En wat is er nou voor moeilijks aan mosselen? Dat kan iedereen zó leren. Eigenlijk is alle vis veel simpeler en vlugger om klaar te maken dan vlees. Jammer dat alle 'gezonde' propaganda die voor vis wordt gemaakt dat grote misver stand maar niet weet recht te zetten. Jammer ook, geeft Saman mij helemaal gelijk, dat 'groot' vlees braden - op het bot - net zo uit de mode is geraakt als vis bakken 'op de graat'. Met fileren verlies je zóveel van de smaak... 'Veel vishandels geven aan die gemakzucht toe en verkopen alleen nog filets, net zoals slagers alleen nog maar kant-en-klaar-lapjes hebben lig gen, maar het druist voor ons allemaal in tegen onze ziel.' Zelf durft Saman eigenzinnig te zijn: 'Gelukkig zijn er in Zierikzee nog wel wat ouderwetse mensen, die ik een plezier doe doordat je bij mij kabeljauw per moot kunt kopen, of het staartstuk kunt nemen.' Zeevers wijtinkje Over kabeljauw, en over 'ouderwets-nog-weten-wat- lelclcer-eten-is' gesproken: Saman wijst op de mand met Noorse stokvissen ('geen goedkope klipvis, maar echte kabeljauw') die in zijn winkel staat. 'Stokvis, met rijst, gebakken uitjes en botersaus, dat wordt hier 's winters nog redelijk veel klaarge maakt. Vroeger was het iets wat arme mensen aten, in de maanden dat er weinig vis werd aangevoerd, nu is het kostbaar. Nog Zeeuwser is waarschijnlijk de gezouten kabeljauw, daar verkoop ik nog veel van. Het is een conserveringsmethode die dateert van voordat er koel- en vrieskasten waren. Je zout moten kabeljauw, je legt ze in een emmer op elkaar. Na een dag of anderhalf is er natte pekel ontstaan, en met een kleine week zijn ze goed op smaak. Ik heb altijd een emmertje in voorraad. Ontzout en gekookt is het heerlijk zomereten, men eet het zodra de nieuwe aardappelen er zijn, en net als bij stokvis hoort er botersaus bij. Er zijn hier trouwens ook wel jonge mensen, hoor, die dat uit hun jeugd kennen, die opnieuw hebben ontdekt hoe lekker ze het vinden. Die geven het weer door aan hun eigen kinderen.'

Tijdschriftenbank Zeeland

Zeeuws Tijdschrift | 2008 | | pagina 68