O --1cm Hoofd van een godin of keizerin in brons, gevonden in Merendree. Collectie P. De Ceuninck. Foto: H. Denis, VIOE Stempel CGPF (Classis Germanica Pia Fidelis) van de Germaanse vloot van het strand bij Domburg. Een eenheid van deze vloot lag waarschijnlijk bij Oostkapelle-Oranjezon. Foto: Stichting Cultureel Erfgoed Zeeland Het moge duidelijk zijn dat de met tempels en religieuze sites in verband gebrachte vondsten vrijwel steeds een inheemse basis kennen waarop Romeinse elementen geënt werden, het religieuze syncretis me. Echter, deze religieuze centra situeerden zich in Noord-Gallië vrijwel steeds in of vlak bij een centrale plaats. De vraag stelt zich anderzijds dan ook in hoe verre deze samensmelting ook was doorgedrongen in het dagelijkse leven op de doorsnee boerderij op veen of zand. Zeker in een context van landbouw en vee houderij moet de inheemse bevolking de eeuwenoude sterke band met de natuur in z'n religieuze handelen nog steeds sterk tot uiting hebben gebracht. De depo sities van slijp- en maalstenen of aardewerk als bouw- of verlatingsoffers in huizen en waterputten zijn hier mogelijke indicaties van. Ook het belang van de cultus van voorouderverering, zeker tijdens de late Ijzertijd en vroeg-Romeinse tijd, kan wellicht nog worden afgeleid uit de vierkante religieuze monumenten van Knesselare, Ursel en Oedelem en in de belangrijke plaats die de funeraire vierkant omgrachte grafenclo- sures innemen in begraafplaatsen zoals Maldegem en Oostwinkel. Onder bescherming van Rome Het artikel van Dhaeze wijst uitvoerig op het grote belang dat het Romeinse leger toekende aan de kust zone vanaf de late tweede eeuw. Mogelijk begint de bescherming van het kustgebied zelfs al in een eerder stadium, en wel met de aanleg van een vlootbasis 28 Zeeuws Tijdschrift 2008 3-4

Tijdschriftenbank Zeeland

Zeeuws Tijdschrift | 2008 | | pagina 28