Archief in 1891 gemaakt, twee jaar na de opening. Men kan zich dan ook afvragen of dit het ideaalbeeld van de architect is of een voorzet voor een uitbreiding. Het kan ook zijn dat er op het oorspronkelijke ont werp van 1887 bezuinigd is. Het tweede bouwdeel heeft een L-vorm met een wat lagere topgevel als front van de leeszaal. Deze top gevel ligt in het verlengde van de as van de rechtse travee van de Kuurzaal. Hiernaast ligt de damessalon met op de buitenhoek het torentje. Tussen beide topgevels loopt de voorbouw onder een kap evenwijdig aan de Kuurzaal. Deze kap is rijk versierd met twee grote dakkapellen en drie kleinere. In deze voorbouw is de entree met vestibule geplaatst. Voorts bevinden zich hier de garderobe met portiers loge en het bureau. Langs de Kuurzaal loopt een brede gang naar de rechter zijbouw. De verschillende onderdelen van het gebouw krij gen zo een eigen gezicht, ook gebaseerd op de functie van het bouwdeel. Alle kansen voor decoratie, zowel in functionele (muurankers), als ook in bouwkundige onderdelen (metselwerk en vensters), worden uitge buit. Dat verklaart de verschillen in ornamentiek en in maatvoering van de kappen en de topgevels. Het is duidelijk dat dit de representatieve kant is, het aan zicht aan zeezijde is veel minder samenhangend en uitbundig. Uit oude foto's blijkt dat het rechter bouwdeel op zeker moment verlengd is langs de kopzijde van de Kuurzaal. Dit gedeelte had een plat dak met een balustrade. Van Nieulcerken levert het Badpaviljoen in 1889 op; het wordt daarmee beginpunt van een rijk gescha keerde en turbulente geschiedenis. Vele generaties van steeds dezelfde, maar ook zich uitbreidende fami lies uit Zeeland, Rotterdam, de Achterhoek en daarna vooral 't Gooi, hebben hun zomervakanties in en om het Badpaviljoen gevierd. De Sociëteit Luctor et Emergo, het rendez-vous van deze badgasten, had haar hoofdkwartier in het Badpaviljoen. Het kinderbal, de vossenjacht, de lintenjacht en de fortenbouwwedstrijd (de meest bekakte sport van Nederland) werden tot een decen nium geleden vanuit het paviljoen georganiseerd. Voor de vele badgasten uit binnen- en buitenland zal het Badpaviljoen ook in de toekomst altijd hét beeld van het heerlijke zilte Domburgse badleven blijven. (boven) Plattegrond, souterrain en aanzicht rechterzijde met torentje van het Domburgse Badpaviljoen door J.J. van Nieukerken, 1891, Zeeuws Archief Middelburg KZGdW ZI-ll-oi02b. (onder) Plattegrond, dak en aanzicht zeezijde van het Domburgse Badpaviljoen door j.J. van Nieukerken, 1891, Zeeuws Archief Middelburg KZGdW ZI-II-0102C. J0nn. 6 Zeeuws Tijdschrift 2008 i 7

Tijdschriftenbank Zeeland

Zeeuws Tijdschrift | 2008 | | pagina 8