J. Broekema, bibliothecaris Provinciale Bibliotheek van Zeeland 1878-1910. W.O. Swaving, bibliothecaris Provinciale Bibliotheek van Zeeland 1910-1918. Ds. M. van Empel, bibliothecaris Provinciale Bibliotheek van Zeeland 1918-1940. tonele gevoerd. 'Kan men mr. G.A. Fokker de gees telijk vader van de Provinciale Bibliotheek noemen, J. Broekema moet men zien als de eerste die aan het ambt van bibliothecaris een meer eigen karakter wist te geven. Waren zijn voorgangers veelal ambtenaren ter Provinciale Griffie, die tevens met het beheer van de bibliotheek waren belast, met hem werd het ambt van bibliothecaris een meer zelfstandig ambt, al bleef het ook voor hem een bijbetrekking, naast het van 1874 tot 1910 door hem beklede leraarsambt aan de Rijks hogere burgerschool alhier.'11 Het spreekt vanzelf, dat de meer zelfstandige posi tie die Broekema als bibliothecaris van 1878 tot 1910 innam aan de bibliotheek ten goede kwam. Dat blijkt in de eerste plaats uit de monumentale catalogus in vijf delen, waarvan het eerste deel in 1907 en het laatste in 1910 verscheen. Er waren uiteraard eerder verschenen catalogi, maar die misten toch het syste matische karakter van Broekema's werk. Nieuwere inzichten op het gebied van de catalogisering mochten dan toen reeds andere wegen wijzen, dan die welke Broekema bij de samenstelling van zijn catalogus was gegaan, dit neemt niet weg dat dit eerste, wetenschap pelijk gefundeerde, overzicht van wat er op het tijdstip van de samenstelling van de catalogus in de biblio theek aanwezig was, zowel voor de bezoekers als voor het personeel van groot nut is geweest. De bij de cata logus behorende alfabetische klapper droeg daar in 14 Zeeuws Tijdschrift 2009 j 5-6 niet geringe mate toe bij. De catalogus was tevens van groot belang bij de reconstructie van wat bij de brand in 1940 verloren ging en behouden bleef.12 Naast de genoemde catalogus verscheen van zijn hand een catalogus van de pamfletten, traktaten, enzovoort (1568-1795) aanwezig in de Provinciale Bibliotheek van Zeeland. Willem Otto Swaving: een bibliotheek is geen heilig huisje voor enkelingen In tegenstelling tot zijn voorgangers, die de Provinciale Bibliotheek hadden uitgebouwd tot een goed georga niseerde bibliotheek met een waardevol boekenbezit, legde Willem Otto Swaving (1855-1918) zich toe op het vergroten van de gebruikerskring. Mede door het ontbreken van een goede openbare-bibliotheekvoorzie- ning benadrukte Swaving de taak van de Provinciale Bibliotheek ten behoeve van andere gebruikers dan 'geleerde en geletterde personen' (de doelgroep die door Fokker en Broekema op haar wenken was bediend).:3 In zijn verslag over 1912 vermeldde Swaving, die bibliothecaris was van 1910 tot 1918, expliciet twee additionele doelgroepen die naar zijn mening bij de Provinciale Bibliotheek evenzeer aan hun trekken zouden moeten kunnen komen. Na de 'geleerde en geletterde personen' vormde volgens Swaving 'den breeden kring van hen die belangstellen in kunst, letterkunde en algemeene

Tijdschriftenbank Zeeland

Zeeuws Tijdschrift | 2009 | | pagina 14