Andries tot en met Zacheus EEN VROEG PRENT-ABC VOOR DE JEUGD Wie moet kiezen uit de rijke collectie oude kinder boeken van de Zeeuwse Bibliotheek, heeft het niet gemakkelijk. Ik koos een abc-boekje, helaas zonder titelpagina. Dankzij het Centraal Bestand Kinder boeken van de Koninklijke Bibliotheek ontdekte ik de titel: Abé-boekje voor lieve kinderen, zonder auteurs naam in 1831 uitgegeven door Hendrik Frijlink te Amsterdam. Het heeft 24 ongekleurde gravures en een formaat voor kinderhanden. Op elke pagina staat een prentje met een kind en een voorwerp erop, waarvan de namen met dezelfde letter beginnen, met eronder een meestal vierregelig rijmpje. De Q en de X staan zonder prent bij de P respectievelijk de W, waardoor deze vier letters elk een tweeregelig rijmpje hebben. Veelal is uitgegaan van kinderspeelgoed en huishoudelijke voorwerpen. Het boekje is duidelijk bedoeld voor de jeugd van gegoede stand. De kin deren gaan keurig gekleed, bespelen citer of klavier en bezitten een grote ijsslee of zeilschuit. Het zijn 26 meestal brave meisjes en jongens; een enkeling is stout of stoer, zoals blijkt uit een uitroep van Andries: Dat is loopen, wel verbruid! Slechts een paar rijmpjes zijn moralistisch zoals: OTTO draait het ORGEL Ik draai het orgel voor een centje, Zegt dikke Otje van der Poen [sic!]: Maar waarlijk, kindren,'t kleine ventje Kon immers wel wat beters doen? SUZE voor den SPIEGEL Suze, foei mijn lieve meid, Wacht u voor hoovaardigheid! Wees niet trotsch op uwen tooi: Lieve Suze, 't staat niet mooi. Frappant is de tekst bij de M: MIETJE met haar MANDJE. Dit mandje, vol amandelen, Kreeg ik van tante Kee; En als ik nu ga wandelen Dan neem ik 't mandje mee. Deze tekst vinden we ruim 130 jaar later enigs zins gewijzigd terug in Een mandje vol amandelen (1963), een bundel kinderliedjes, samengesteld door W.J. Stam-van der Staay. Sommige teksten zijn wel heel erg simpel: HENDRIK met zijn HOEPEL. Mijn kleine broer Jan Die leest in den koepel; Ik speel met mijn hoepel; Wat dunkt u daaivan? Kent Quintius dees letter nu? Ja wel, zegt hij, het is een Q. Xaveer kent al de letters fiks. Kijk hier, zegt hij, dat is een X. Zacheus neemt afscheid van de lezertjes: Vaarwel, hartediefies! Ik stap in mijn schuit; Ik groet u, mijn liefjes! Het boekje is uit. Aanvankelijk waren abc-boekjes niet of nauwelijks geïl lustreerde schoolboekjes om het alfabet uit te leren, hornbooks en haneboekjes genaamd. Later kwamen er boekjes met 24 of 26 prentjes erin. Vanaf circa 1820 veranderde het leesonderwijs echter zodanig dat dit soort boekjes niet meer gebruikt werd. Het was wel een geliefd genre geworden. Hieruit ontstond het alfabetisch ingedeelde prentenboek, toen prent-alfabet of prent-abc genaamd. Daarin bepaalt het alfabet de compositie. Het Abé-boekje voor lieve kinderen is een van de eer ste prent-abc's; er zijn maar weinig exemplaren van bekend. Het verscheen eerder dan het vergelijkbare, heel bekend geworden A is een Aapje (1836), eveneens door Frijlink uitgegeven. Bovendien is het slechts hier en daar moralistisch, en dat in 1831! Daarom is dit boekje zo bijzonder. Frits Booy 51 Zeeuws Tijdschrift 2009 j 5-6

Tijdschriftenbank Zeeland

Zeeuws Tijdschrift | 2009 | | pagina 51