dankzij het instituut bibliotheek levenslang kunnen
voeden en koesteren.
Nogmaals, het betreft hier een reële vorm van
verslaving met lichamelijke aspecten. Ik voel het in
mijn lijf dat ilc wil lezen. Leeshonger bestaat. Als
's morgens door een gruwelijk toeval mijn krant niet
in de bus ligt, krijg ik al ontwenningsverschijnselen.
Mijn ontbijt smaakt me niet. Ik voel me opgejaagd en
de levensvreugde neemt in rap tempo af.
De katholieke bibliotheek in mijn woonplaats is
ruim een kwarteeuw geleden opgegaan in een algeme
ne. Het huidige bibliotheekgebouw is van gemiddelde
grootte en staat op een mooie plek aan het water. Er is
een fonotheek, een leeszaal, een afdeling voor volwas
senen, een kinderafdeling, een bovenverdieping met
informatieve boeken en een leeszaalgedeelte, waar
je helaas geen koffie kunt krijgen. Een leescafé mis
ik wel. Maar goed, laat ik niet te veel aandringen op
nieuwe faciliteiten, want voor je het weet plannen ze
ergens in een verloren hoek een sauna.
Waar ik me tot voor kort aan ergerde, waren de
openingstijden. Ik kende geen instelling die zo vaak
haar poorten sloot als de plaatselijke bibliotheek. Laat
ik nu tijdens het schrijven van dit artikel merken dat
de openingstijden veranderd, verruimd zijn. Maar
altijd als iets ten goede keert ligt het volgende obsta
kel al klaar. Ik las namelijk dat de voorraad boeken te
omvangrijk zou zijn. Krimp werd in het vooruitzicht
gesteld. Zo gaat het nu altijd. Kun je op meer dagen
de bibliotheek bezoeken, zijn er geen boeken meer. Ik
heb navraag gedaan en het betreft volgens een gezag
hebbend bibliothecaris slechts het verwijderen van
dood hout, winkeldochters, grijsjes van boeken die
62 z eeüws Tijdschrift 2009 j 5-6
nooit meer gepakt, gestreeld en ingekeken worden.
Een reëel punt van kritiek betreft de afdeling poë
zie. Dat is duidelijk de Dode Hoek van de bibliotheek.
Ik zie er nooit iemand op de knieën de titels afschui
men. Ik heb de indruk dat er ook nauwelijks bundels
aangeschaft worden. En wat betreft de Zeeuwse dich
ters: hun aandeel in het treurige bestand beperkt zich
tot de klassieken en H. Warren. Nou, daar kunnen we
ons geen buil aan vallen, zullen de bibliothecarissen
gedacht hebben.
Rest me nog mee te delen dat ik erin geslaagd
ben een eigen bibliotheek in te richten. Helaas staan
er vanwege het overweldigende aantal boeken dub
bele rijen in mijn Italiaanse boekenkast. En de zol
derverdieping buigt door vanwege alles wat ik daar
verzameld heb. En ik blijf ze aanschaffen. Mijn huis
genoten houden mijn verslaving echter nauwgezet in
de gaten. Ze vrezen de dag dat de wal het schip keert
en dat we het huis niet meer in kunnen en op straat
komen te staan. Het huis zal dan van de boeken zijn.
Ter verduidelijking: we beschikken over een eigen
woning. Er is geen sprake van een huiseigenaar die
ons kan gebieden de boeken uit ons huis te verwijde
ren, zoals onlangs De Man Van Vijfduizend Boeken
overkwam.
Ach, het is nog lang niet zo ver. Wellicht slaag ik erin
om mijn koopgedrag te temperen. En anders zal ik er
wel door mijn vrouw toe gedwongen worden. In dat
geval heb ik nog altijd mijn luxe abonnement op de
plaatselijke bibliotheek. Ik mag zo veel boeken lenen
als ilc wil, zodat ik er waarschijnlijk wel in zal slagen
om ook mijn laatste restje verstand te verlezen.