tekstkolommetje) en Romeinse tijd langs highlights
van Walcherens historische geografie gevoerd. Om
bij de recente historie van Zeelands hoofdstad te
blijven: auteur Peter Sijnke roemt in hoofdstuk 33,
'Middelburg monumentenstad', met sympathiek
enthousiasme de neiging van de meer recente
gemeentebesturen om de historische binnenstad
zo veel mogelijk te behouden, maar vermeldt niet
de 'opleuking' van de Markt in 1998, waarbij ook
een rücksichtslose niveauverdieping werd toegepast
die het kostbare archeologische monument van de
Westmonsterkerk, ondergronds sluimerend sinds
het afbraakjaar 1575, met de botte bijl onthoofdde.
Een passende prelude op het verknoeien van de
Oude Havenpolder bij de planontwikkeling van
Mortiere en de aanleg van de A57.
Walcheren en overig Zeeland komen maar mond
jesmaat aan de orde in De middeleeuwse kloos
tergeschiedenis van de Nederlanden (Waanders,
25,-) onder redactie van Paulina de Nijs en Hans
Kroeze. Het boek verscheen als eerste deel van
de driedelige serie Kloosters in Nederland, gereali
seerd in samenwerking met klooster Ter Apel in
Groningen, het museum voor klooster- en kerk
geschiedenis religieuze kunst. Het tweede deel
behandelt 'Dagelijks leven in kloosters', het derde
'Kloosters in het gebied van de huidige provincie
Groningen'. Een specifiek Zeeuws klooster dat
kort afzonderlijk wordt behandeld is (uiteraard) de
Abdij van Middelburg; voor het overige moet de
lezer zich behelpen met algemene beschrijvingen
of vermeldingen van orden en instellingen die ook
in Zeeland hun rol speelden: cellebroeders en -zus
ters, franciscanen, Duitse orde, Johannieters, het
zich tot Holland en Zeeland beperkende kapittel
van Sion enzovoort. Dit fraai uitgevoerde en geïl
lustreerde boek pakt de deelonderwerpen samen
vattend aan en hanteert een soort vogelperspectief
waarbij lokale en regionale contouren en details
in het grote perspectief oplossen. Het uitgebreide
'Kloostervocabulaire' en register bieden daarente
gen een meerwaarde voor de niet gespecialiseerde
lezer.
Het kloosterleven stagneerde in onze contreien eeu
wenlang door de Reformatie en de Opstand tegen
Spanje. In De opmaat tot de Opstand. Zeeland en het
centraal gezag (1566-1572) (Verloren, 25,-) bespeelt
auteur C. Rooze-Stouthamer op oerdegelijke weten
schappelijke wijze een breed register; ze behandelt
de zeer bewogen periode tussen 'twee momenten
van opstandigheid': 1566 (Beeldenstorm) en 1572
(revolte, waarbij o.m. Vlissingen en Zierikzee voor
de Opstand tegen Spanje kozen). Na mislukking van
de geuzenaanval (met medewerking van de Zeeuwse
kerkenraden) op Walcheren in maart 1567 volgden
harde repressie en troepenlegering in de steden. Dit
wekte weerstand bij de bevolking, nog vergroot door
nieuwe (belasting)maatregelen van Alva. Met hulp
van de Watergeuzen en Engelse en Franse troepen
kwam een groot deel van Walcheren onder het gezag
van Oranje, vervolgens barstte de strijd om de ove
rige eilanden los. Zeeland en vooral ook Walcheren
waren niet alleen van groot strategisch belang
voor Willem van Oranje en Spanje, maar óók voor
Frankrijk en Engeland, aldus Rooze-Stouthamer.
'Deze kustmogendheden waren dan ook allen [sic],
in min of meerdere mate, actief bij de strijd om de
Zeeuwse eilanden betrokken.' Een waardevolle stu
die met typografische en bibliografische onregelma-
tigheidjes.
De door Rooze-Stouthamer behandelde periode
beslaat maar een klein deel van de tijdspanne tus-
Miniatuur in een handschrift met (proza)vertaling van Ovidius'
Metamorfosen. Te zien zijn Wolfert VI van Borsele en zijn twee
de vrouw Charlotte van Bourbon, met hun gevolg bij de kopiist
op bezoek. Toegeschreven aan de Meester van Margaretha van
York, ca. 1470-1480; afbeelding uit Borsele, Bourgondië, Oranje.
94 Zeeuws Tijdschrift 2010 3-4