KOMMT, IHR TÖCHTER
Interviewer: 'Bent u het ermee eens dat de Matthaus-Passion
het grootste werk is uit de muziekgeschiedenis?'
Pablo Casals: 'Daar ben ik het duizend keer mee eens.'
tekst Maarten 't Hart
Mijn leven lang heb ik nooit een moment van on
zekerheid gekend over de vraag wat Bachs meest
aangrijpende compositie is. Zonder enige twijfel de
Matthaus-Passion. Noch qua lengte, noch qua diep
gang, noch qua ontroeringskracht is er ook maar iets
wat daarmee te vergelijken valt. Of het moest, behalve
natuurlijk de Chaconne, het kortste meesterwerk zijn
dat Bach heeft gecomponeerd, de Sarabande uit de
Vijfde cellosuite. Slechts negentien maten, maar de
uitdrukkingskracht daarvan is formidabel. In Music
Forum 2 uit 1970 kwam ik de vertaling tegen van een
artikel van Heinrich Schenker uit 1926 over 'Das
Meisterwerk in der Musik'. Daarin geeft hij een knap
pe analyse van deze Sarabande.
Sommige mensen beschouwen de Hohe Messe als
Bachs grootste werk. Robert Marshall gewaagt van
'zijn laatste en belangrijkste kerkcompositie'. Naar
het zich nu laat aanzien was dat de laatste compositie
waaraan Bach heeft gewerkt, nadat hij de Kunst der
Fuge geheel of grotendeels had voltooid. Alleen al om
die reden zou je zijn verhevenste, zijn nobelste, zijn
volmaaktste compositie tot zijn grootste werk kun
nen uitroepen. Wat mij daarvan weerhoudt is het feit
dat de Hohe Messe in feite geen compositie, maar een
compilatie is. Marshall zegt al: 'De meeste, zo niet alle
solodelen van de Missa, net zoals, aantoonbaar, drie
of vier koordelen van het Gloria, zijn geen nieuwe
composities maar eerder parodieën van zoekgeraakte
originelen'. Misschien geldt dat ook voor alle koor
stukken. Nog veel meer delen dan men vroeger dacht
- zie het grootse boek van Klaus Hafner over Bachs
'Parodieverfahren' - zijn afkomstig uit kerkelijke of
wereldlijke cantates. Hafner is van mening dat alleen
het reeds in 1724 ontstane Sanctus op de bestaande
tekst is gecomponeerd, plus het 'Credo in unum
Deum', het 'Confiteor unum baptisma' en het nage-
componeerde 'Et incarnatus est'.
Weliswaar zijn van slechts zeven van de zevenen
twintig delen waaruit de Hohe Messe bestaat de eer
dere versies bekend, maar Hafner maakt aannemelijk
dat ook vele andere delen op eerder werk teruggaan.
Mij dunkt: hoe geweldig knap Bach ook die vroegere
stukken omwerkte tot Mis-delen (denk alleen aan het
'Crucifixus' dat gebaseerd is op de muziek van 'Wei-
nen, Klagen, Sorgen, Zagen' uit cantate 12), toch blijft
het merkwaardig om de Hohe Messe Bachs grootste
werk te noemen. Dan is bijvoorbeeld het openings
koor van cantate 12 ook een stukje van Bachs grootste
werk.
De Hohe Messe is een onvergankelijk monument,
maar de Matthaus is veel dramatischer, ontroerender,
menselijker. Ik heb ook nooit de discussies kunnen
begrijpen over de vraag welke Passie mooier is: de
Matthaus of de Johannes. Onlangs kwam ik in een
brief van Schumann aan Moritz Hauptmann de vol
gende passage tegen: 'Het lijkt me nauwelijks twijfel
achtig dat de Johannes-Passion in de latere tijd, die
van zijn grootste meesterschap, geschreven is, in de
andere bespeur je naar mijn idee meer tijdinvloeden,
zoals ook de stof daarin helemaal nog niet verwerkt
schijnt te zijn. Maar de mensen denken evenwel, de
dubbelkoren zijn het helemaal.'
Dat Schumann zich vergist ten aanzien van de
ontstaansdata van beide werken - hij kon nog niet
44 Zeeuws Tijdschrift 2on 1-2