Portret van Petronella Moens; maker en jaartal zijn onbekend. Particulier bezit. Haar vader was predikant in Aardenburg, haar oom Adriaan Moens was een hoge VOC-ambtenaar. Ook diens zonen, Pieter Josias Moens en Jacobus Matthias Moens, heer van Bloois, hebben hun sporen verdiend in de geschiedenis van Zeeland. Petronella was sinds haar vierde jaar nagenoeg blind, door een ernstige ziekte. Omdat zij voor haar werk volledig afhankelijk was van anderen - zij werd voorgelezen en beschikte over een schrijfjuffrouw - was vriendschap voor haar van levensbelang. Zo was zij in staat om alle infor matie te verwerken en van commentaar te voorzien. Daardoor mag vooral haar 'journalistieke' werk gezien worden als een spiegel van haar tijd. Het Moens-onderzoek 'Vind je zo'n uitgebreide publicatie niet teveel eer voor zo'n dame uit de achttiende eeuw?' vroeg een goede vriend bij de presentatie van Par Amitié. Het antwoord kan ontkennend zijn. Behalve de biografie van Wamsinck en Decker Zimmerman uit 1843, het jaar van overlijden van Moens, is er weliswaar altijd min of meer aandacht voor Moens geweest. Maar sinds Toin Duyx in 1990 de blinde dichteres waarderend ver meldde in een lexicon over jeugdliteratuur tot 2008, het jaar waarin Edwina Hagen het lemma schreef voor het Digitaal Vrouwenlexicon van Nederland is Moens niet meer weg te denken uit het moderne wetenschap pelijk discours. De diversiteit van de studies illustreert dat het hier gaat om een wel heel bijzondere, boeiende kunstenares. Allerlei aspecten van haar leven en werk werden in de afgelopen jaren onder de loep genomen. Hier volgen een paar voorbeelden van studies in het kader van het Moens-onderzoek. Er zijn publicaties van Lia van Gemert in Met en zonder Lauwerkrans, het standaardwerk over schrijvende vrouwen in de vroeg- 53 Zeeuws Tijdschrift 2on 1-2

Tijdschriftenbank Zeeland

Zeeuws Tijdschrift | 2011 | | pagina 53