tc<p Mn Jtacotn
T
T,J
f
fff' Jj.
JJ*
- ?T& ft V
ff l //fff V
•»-> r
<v'7 hfffff'
h n
V fff ff ff
V fff
f V -9
f u f \S<
Wfi Ci-Wtt x. 7ïh/ j-crtift-t
(Ij iffti trU 1 yfei*- 'hfft
nfi <tr
fX/ii *c.
i. i6%£ tj.
njuu-, it, -
- '9i<. 9$ >19. -
(j tJt, f5 .ic
v >s
i bjiï ts
tyhff -
-\1
,1
,K
>t ft\
10
.p'
>J>
/*rt£
t t |;'.W V -
fy'
J/
jf jk tl
f j» 'JU". ,n
P
Uit het Negotieboeck van het fregat Hof van Zeeland: slaaf nummer 1, een man en slaaf nummer 318, een vrouw. Archief MCC, inv.
nrs 575.
de achttiende eeuw. Als voorbeeld uit het rijke archief
hieronder een samenvatting van wat er over de eerste
slavenreis te vinden is.
Hof van Zeeland
Het fregat Hof van Zeeland vertrok in 1732 voor de
eerste slavenreis. Geladen met allerhande koopwa
ren, waaronder veel textiel, geweren en buskruit,
voer het fregat naar de kust van Angola uit. Daar
werden de goederen geruild voor levende lading,
bestaande uit mannen, vrouwen en kinderen. In
groepjes werden de Afrikaanse slaven aan boord
gebracht.
Een 'manslaaf' betrad op 9 december 1732 als eer
ste het dek van het Hof van Zeeland. Hij was letterlijk
'Nummer 1', een naam werd niet genoteerd, en hij
was geruild tegen textiel, een geweer en blauwe kleur
stof met een totale waarde van 19,5 Pees (peso). Bijna
vier maanden later werd de laatste slaaf, een vrouw
met nummer 318, aan boord gebracht. Zij was geruild
voor 22 peso aan goederen, waaronder zestien dozijn
messen.
Die eerste reis werden 186 mannen, 41 vrouwen,
65 jongens en 26 meisjes aan boord genomen, wat
niet betekende dat zij allen de reis overleefden. Al
voor de reis aanving overleed een mannelijke slaaf.
54 Zeeuws Tijdschrift 2on 3-8
Lijst van goederen die werden verkocht of geruild voor slaven
uit Angola, 1732. Zeeuws Archief, Archief MCC, toegang 20, inv.
nr 574.
Logo van de MCC, de afkorting staat voor Verenigde
Commercie Compagnie van Middelburg. Dit logo is afkomstig
van een plakkaat uit 1759. Archief MCC, inv.nr 139.
t>/h (ïn
M t UÉflArt' rttff
ft tij
i 2 i /óre/z é&AAi. nJ
tij» nttrjfa.
H&fttf tl
i ïfjtv ftetfin f' d
(b£T /rijuf
tftT' Jaoirft lUyfta
4<- -■ 1
kr.SK tf-
JA
tóe ft li/Jn-ffru/jft J»x.-
4/ J
ï/3
i fra/fA*/ /fn&f-
j,
<9 ij&t
1 1
yyr.. tft !it£ 4
(yfut^HjlevfLr;
li J? -i 7, jj
i-itd
JJ5 o.—
1 (16, Sj
- QJt tct
- i- tó'i» *6t
I'S* .ff. t 2
'j/k <4 j
'iiujt (,ll,
29
,11*' Si -
rj
Bij een vluchtpoging van vijf vrouwen, zij sprongen
overboord, werd bij één door een haai een van haar
benen bij de dij afgebeten. Zij stierf en de andere vier
werden door de bemanning terug aan boord gebracht.
Op 1 april 1733 ving de oversteek over de Atlantische
Oceaan aan. Gedurende de reis naar Cura£ao overle
den nog eens 48 slaven. De chirurgijn had de levens,
en daarmee de koopwaar, niet weten te redden. Nauw
keurig en netjes verantwoordde hij het verlies in zijn
journaal.
De gebeurtenissen op de schepen zijn in de
archiefstukken van de MCC op de voet te volgen en
ging het om geld dan werd alles minutieus verant
woord: reis na reis en schip na schip. Uniek is dat de
hele administratie vrijwel volledig en intact bewaard
is gebleven. Van de bouw van de schepen, de inkoop
van de goederen in Zeeland, van de slaven aan de kust
van Afrika, de verkoop in West-Indië en de inkoop
van retourgoederen terug naar Zeeland. Maar ook de
monsterrollen van de bemanningen, de scheepsversla-
gen van de kapiteins, zelfs een aantal journaals van de
chirurgijns, de verkoop van afgedankte schepen - het
is er allemaal nog. Zelfs de geschenken die het fregat
Hof van Zeeland meenam om de lokale machthebbers
gunstig te stemmen - zij waren immers de leveran
ciers van de levende lading - zijn in de boeken terug
55 Zeeuws Tijdschrift 2on 3-8