wordt ook zichtbaar gemaakt in SCOOPs leefbaar heidsbarometer. Rijks Leefbaarometer Ongeveer op hetzelfde moment dat we vanuit SCOOP met een barometer leefbaarheid naar buiten traden, lanceerde de Rijksoverheid een digitale kaart waarop voor heel Nederland tot op postcodeniveau de leef baarheid zichtbaar is gemaakt: de leefbaarometer. Het beleid van de rijksoverheid om veertig zogenoemde Vogelaarwijken aan te pakken was mede gebaseerd op de uitkomsten van dit meetinstrument. Zeeuwse dor pen worden in de leefbaarometer allemaal als uiterst leefbaar getypeerd. Als we daarop afgaan zijn er fei telijk geen leefbaarheidsproblemen in Zeeland. Dat komt omdat inwoners er vaker tevreden zijn over hun omgeving als woonplaats. Ik heb dat altijd wat merkwaardig gevonden. Je vraagt je af hoe dat komt. Dan blijkt dat het Rijk vooral de criteria van de Randstad hanteert die de leef baarheid volgens de leefbaarometer bepalen. De aan wezigheid van voorzieningen en de aantrekkelijkheid van de omgeving zijn van belang. Terwijl leegstand, huizenprijzen en verhuisgedrag duidelijk aangeven of sprake is van een gewilde woonbuurt of woondorp. De bruikbaarheid van dit instrument voor leefbaar- heidsbeleid in Zeeland is dan ook gering. Opmerke lijk genoeg is een buurt in Amsterdam veel minder leefbaar dan bijvoorbeeld een dorp als Sluiskil. En dat terwijl er in Amsterdam het tienvoudige betaald wordt voor een woning terwijl er in Sluiskil grote leegstand heerst. Tenslotte wordt in de leefbaarometer ook in het geheel niet gedifferentieerd naar levensfase, terwijl toch duidelijk is dat bijvoorbeeld jongeren heel andere eisen stellen aan hun omgeving en andere behoeften hebben voor wonen, werken en recreëren dan oude ren. Met de leefbaarometer wordt onterecht de illusie gewekt dat leefbaarheid in Nederland langs één abso lute meetlat gelegd kan worden. Verklaringsmodel voor Zeeuwse leefbaarheid Hoezeer de eigenschappen van de omgeving én de eigenschappen van de inwoners in een gebied de ervaren leefbaarheid beïnvloeden is nagegaan in de leefbaarheidsstudie op basis van de gegevens van het omvangrijke SCOOP-onderzoek naar de sociale staat van Zeeland. In dat onderzoek zijn meer dan 15.000 inwoners van alle kernen en wijken in Zee land betrokken waarbij vooral gekeken wordt naar persoonskenmerken en kenmerken van de sociale context en de wijk. De ervaren leefbaarheid wordt in belangrijke mate beïnvloed door puur persoonlijke kenmerken en omstandigheden. Mensen met een minder goede of slechte gezondheid ervaren de leefbaarheid als beduidend minder dan gezonde mensen. Mobiele inwoners zijn ook meer tevreden over de leefbaarheid van hun omgeving. Mobiliteit is vooral een probleem met betrekking tot leefbaarheid voor jongvolwassenen en ouderen van 80 jaar en ouder. De ervaren leefbaar heid wordt ook beïnvloed door het inkomen. Een hoger inkomen stelt je blijkbaar beter in staat om de 24 Zeeuws Tijdschrift 2012 3-4

Tijdschriftenbank Zeeland

Zeeuws Tijdschrift | 2012 | | pagina 24