I
HET ODENSEHUIS ZEELAND
Vangnetnetwerk voor mensen met dementie
i
'j
tekst Marloes Matthijssen
SCOOP treedt op als organisator van reizen in bin
nen- en buitenland, om te onderzoeken hoe men
elders omgaat met specifieke maatschappelijke
vraagstukken die ook in Zeeland spelen. Deelnemers
komen uit zowel publieke als private Zeeuwse orga
nisaties. Zij kunnen via slimme praktijkvoorbeelden
inspiratie opdoen die ze later naar de Zeeuwse context
kunnen vertalen. Een voorbeeld van zo'n maatschap
pelijke kwestie is dementie. Op Walcheren alleen al
zijn er 2.000 gevallen, in heel Zeeland 10.000. En dat
aantal groeit gestaag.
Doorbreken van de taboesfeer
De cijfers spreken voor zich. Nederland telt anno
2012 ruim 235.000 mensen met dementie en door
de vergrijzing zal dit aantal in 2050 naar schat
ting tot een half miljoen gestegen zijn. Wereldwijd
worden er elk jaar een kleine vijf miljoen nieuwe
gevallen vastgesteld. Een vroege diagnose stellen is
ingewikkeld omdat dementie vaak wordt verborgen,
uit schaamte en onzekerheid. De ziekte zit overal ter
wereld nog steeds in de taboesfeer en lijkt vooralsnog
niet te genezen. In de stad Odense in Denemarken is
daarom een speciale ontmoetingsplek opgericht. Het
Odensehuis, een innovatief inloophuis voor mensen
met dementie en hun mantelzorgers. Directeur Jan
de Graaf van Stichting Werkt Voor Ouderen reisde in
2008 af naar Denemarken, met het beoogd bestuur
van Stichting Odensehuis Zeeland onder voorzitter
schap van de directeur van SCOOP, Dick van den
Bout. Zij raakten zo geïnspireerd dat eind dit jaar het
Odensehuis Zeeland de deuren kan openen, in navol
ging van Amsterdam en Groningen.
Van partner naar toezichthouder
Jan de Graaf: 'Wat mijn interesse voor het Odensehuis
aanwakkerde, was vooral de doelgroep: thuiswonende
mensen, die beginnend dementerend zijn. Plus hun
partner, vrienden en familiekring. Dat allereerste
begin van dementie is een heftige fase van verdriet,
boosheid en ellende. Mensen zijn nog niet echt zorg
behoevend en komen dus niet in aanmerking voor
professionele hulp. Maar verwarring is er volop: 'Je
begrijpt niet helemaal meer hoe de wereld in elkaar
zit, maar juist dat besef je maar al te goed. Heel sur
realistisch. Veel mensen krijgen een dubbelleven dat
in het teken staat van verbergen en camoufleren. De
partner wordt in de rol van toezichthouder gedwon
gen, dierbaren vervreemden van elkaar. Op een
gegeven moment wordt de situatie thuis onleefbaar.
Dan komen de professionals in beeld en valt vaak het
rigoureuze besluit van opname. Het ziekteverloop
plus diagnose kan echter jaren duren. Omgeving en
professionals verzuchten vaak: "hadden we maar eer
der kunnen helpen".'
'Je kunt hier jezelf zijn'
Bij het Odensehuis in Denemarken was de insteek
hoe dementie leefbaar te houden, in een samenleving
waar niet alles collectief geregeld kan worden. Het is
een inloophuis geworden dat in een ongedwongen
sfeer advies en ondersteuning biedt aan mensen
met dementie en hun mantelzorgers. Een informeel
centrum dat steunt op de inbreng van de betrok
kenen zelf. De kracht van het zelf doen is de grote
meerwaarde. Mensen kunnen er de hele dag terecht,
onaangekondigd, voor een kopje koffie en een goed
gesprek. Alles draait om lotgenotencontact.
Jan de Graaf: 'Iedereen is welkom, het onder
scheid tussen bezoekers en vrijwilligers is niet scherp
- al zijn vrijwilligers meestal de 'goede' partners. Het
mooie van Denemarken vond ik dat veel mantelzor
gers actief blijven in het centrum, ook nadat hun
partner of familielid is opgenomen. In Odense waren
44 Zeeuws Tijdschrift 2012 3-4