De Wet tot
behoud
van ellende
ZEEUWBB
MUU^baNT
nuf Di
286
'Non-conformistische jongeren'
Net als in het iets oudere Middelburgse jongerencen
trum Open de Beuk resp. De Beuk (geopend in 1969)
werden sinds 1972 in De Piek 'non-conformistische
jongeren' als werknemer ingezet, in het kader van
de sociale werkvoorziening. Toenmalig Beuk-pro-
jectleider Hans van Willemswaard, tegenwoordig
boeddhist en in Bangkok actief als adviseur van het
Towards Organic Asia-programma van de School for
Wellbeing Studies and Research, zag de oorzaak daar
van in 'de onmenselijke bedrijfsstructuren, die deze
jongeren buitenspel zetten. Aan de andere kant zet
ten ze zichzelf ook buitenspel.' De autobiografie De
Wet tot behoud van ellende van Angèle Rijken gaat voor
een deel over de Beuk, de Middelburgse scene en de
figuren die deze bevolkten. Met verschillende daarvan
had zij een relatie. Zoals de speedfreak en junk Rinus
Schuier, die lokale bekendheid verwierf doordat hij
een tijdje (met Rijken) in een bakkerskar in de Mid
delburgse binnenstad woonde én door zijn streakersac-
tie in diezelfde binnenstad. De later aan een overdosis
overleden Rinus rende bij die gelegenheid zelfs twee
keer naakt over de Nieuwe Burg, aangezien de eerste
maal de fotograaf nog niet aanwezig was.
Het boek van Rijken is behoorlijk dik en erg gede
tailleerd; het zal vooral de belangstelling van lezers
wekken die de door de auteur beschreven toestanden
van nabij hebben meegemaakt, of de met onvolledige
of veranderde namen getooide personages herkennen.
Vanwege dit laatste aspect en het ontbreken van een
duidelijk gemarkeerde chronologie is De Wet tot behoud
van ellende voor stadshistorici en lezers met belangstel
ling voor de geschiedenis van de jeugd- en subcultuur
voornamelijk van belang als achtergronddocumentatie.
Ook in dit boek bespeurt de lezer weer hoe de hang
naar totale vrijheid van de alternatieve jongeren uit de
late jaren zestig en de jaren zeventig paradoxaal genoeg
vaak uitliep in een dorpsmentaliteit met beperkte hori
zonten, zoals eerder beschreven in mijn boek Brom
mers, gitaren en spandoeken (2005, besproken door Paul
van der Velde in het Zeeuws Tijdschrift, 2005, nr. 5/6).
Een prominente persoon in het boek van Rijken is
de nog niet zo lang geleden overleden Willem Jacobs,
afkomstig uit Utrecht. De ook buiten de conventies
van de scene vallende en volstrekt ongezeglijke Jacobs
groeide uit van iemand uit de subcultuur tot een
meer algemene stadsfiguur, mede door zijn breed
georiënteerde horecabezoek en de talenten en ruime
belangstellingssfeer die hij ontegenzeglijk bezat. In
zijn latere jaren ontwikkelde hij zich zelfs tot een
bekwaam snijder van traditionele Zeeuwse paeremes-
sen - een symbolische verwijzing naar de status van
verdwenen cultuurgoed en moderne folklore die de
'subcultuur' van de late jaren zestig en jaren zeventig
intussen heeft gekregen.
KEKNCrNT* Alt1
einden
HKlWfAMHS
NMJV
Nummer 2 van de Zeeuwse Muurkrant
(1973), een product vanuit De Beuk (coll.
Jan Kuipers)
Omslag van het besproken boek, met
Angèle Rijken bij de befaamde bakkerskar
■IngèJtf ftfjffcrn
63
Zeeuws Tijdschrift 2012 3-4