Apartement met terras in SOS Kinderdorp in Anuradhapura, Werklieden strippen kokoshout in Estate Bungalow Mount Cinnamon in
ontworpen door Chelvadurai Anjalendran Mirissa ontworpen door Chelvadurai Anjalendran. Foto: C. Anjalendran
is hij zich wat meer bewust van de zoektocht naar een
stijl die zich voegt in de genius loci van het eiland.
Voor Anjalendran, geboren in 1951 in een hindoe-
Tamil-familie uit Jaffna, is architectuur ruimte. Mate
riaal doet er niet toe, ruimte is de kern. Zijn ontwer
pen zijn gebaseerd op het uitdrukken van ruimte, de
begrenzing ervan, de overgangen en de koppelingen.
In plaats van zich te richten op vorm en materiaal
keus, kiest hij ervoor te werken op basis van ritme
en kleur. Zijn beheersing van de inheemse Bharata
Natyamdans hielp hem om zijn eigen versie van de
modernistische architectuur te ontwikkelen te midden
van de smeltkroes van Sri Lanka's uitbundige cultu
rele en religieuze traditie. Zijn moeder noemde hem
Anjalendran omdat ze erg onder de indruk was van de
Anjal Enra Karathalamumdans. Chelvadurai was de
naam van zijn vader. Zo lijkt zijn naam een beetje op
de manier waarop wij in Nederland vroeger mensen
duidden met een naam als Driekus Janszoon (afgeleid
van de Driekusmandans). Deze man, die opgroeide
meteen na de onafhankelijkheid van Sri Lanka in
turbulente politieke tijden, maar zelf de personificatie
van raciale en religieuze tolerantie, bekeert zich als
architect tot boeddhistische waarden als immateriali-
teit en vormloosheid.
Anjalendran hecht ook veel waarde aan de eenheid
tussen natuur en cultuur. Hij bouwt met de natuur.
Elke boom vervangt volgens hem drie airconditio
ningsapparaten. Daar bouw je dus gewoon omheen:
je incorporeert de natuur in je bouwwerk. Bijkomend
voordeel is dat het aanzicht van de gevels er niet meer
toe doet. Zo ontwikkelt het plan zich in nauw overleg
met de opdrachtgever en de plek. De lokale gemeen
schap, of de individuele opdrachtgever, vervaardigt de
decoraties van gekleurde muurschilderingen, houten
reliëfs of modderpatronen. Op die manier eigent de
gemeenschap zich het gebouw toe. Bewoners voe
len zich er thuis. Dat is opnieuw geen streven naar
authenticiteit, maar levert wel een op alle fronten pas
send en geijkt resultaat op.
Anjalendran was jarenlang assistent van Bawa; hij
is door hem beïnvloed, maar hij kopieert hem niet.
In 1982 startte hij zijn eigen bureau. Hij werkt thuis,
met nooit meer dan vier student-assistenten. Gete
kend wordt er handmatig, aan de keukentafel. Hij
heeft geen mobiele telefoon, geen auto, geen bank
rekening en hij sluit nooit een schriftelijke overeen
komst. Noch met klanten, noch met aannemers. Alles
gaat mondeling en in goed vertrouwen. Anders valt er
niet te werken, zegt hij. Ontwerpen is geen zakelijke
aangelegenheid, maar een onvoorspelbare missie die
met alle betrokkenen tot een goed eind gebracht moet
worden. Elke partner wil toch een goed resultaat,
een gebouw waar iedereen trots op is en waar vooral
de klant straks naar genoegen verblijft. Dat alles
heeft niets met geld en met juridische afbakening te
maken.
In die omstandigheden realiseerde hij meer
dan honderd gebouwen, waarvan er minstens twin
tig als subliem kunnen worden beschouwd. Zijn
gebouwen zijn altijd simpel, bescheiden, sober,
puur, gewoon. Alledaagse streekeigen architectuur
is het volgens David Robson, zijn vriend, bewonde
raar en biograaf.
47 Zeeuws Tijdschrift 2012 7-8