DICK ANBEEK, BOEKVERKOPER IN MIDDELBURG EN VLISSINGEN. 'DE GENOMINEERDE EN PRIJSWINNENDE BOEKEN MOETEN OOK VERKOOP SUCCESSEN WORDEN.' TON BRANDENBARG, DIRECTEUR ZEEUWSE BIBLI OTHEEK. 'DE BOEKVERKOPERS MOPPERDEN: WE HEBBEN ER NIETS AAN, DE JURY KIEST STEEDS VOOR TE INTELLECTUELE OF LITERAIRE ONDER WERPEN.' PETER JANSEN, HOOFDREDACTEUR PROVINCIALE ZEEUWSE COURANT. 'ER MOET BIJ DIT SOORT DINGEN ALTIJD EEN BEETJE GEDOE ZIJN.' PAUL VAN DER VELDE, HOOFDREDACTEUR ZEEUWS TIJDSCHRIFT. 'DE CULTURELE INFRASTRUCTUUR VAN ZEELAND IS OOK VERSTERKT DOOR DE ZEEUWSE BOEKENPRIJS.' Peter Jansen, die nog niet kan bogen op een lange 'Zeeland-historie', zegt: 'De oriëntatie is hier anders. Ik heb op diverse plaatsen buiten Zeeland gewoond en gewerkt, en het grote verschil is die andere oriën tatie. Elders kijken ze naar Den Haag of, laten we zeg gen, zo nu en dan ook naar Londen. Maar wij zitten een dik halfuur in de auto en hup, we zijn in Antwer pen, en nog wat langer en we zijn in Parijs.' Ton Brandenbarg neemt noodgedwongen zijn toevlucht tot clichés: 'Zeeuwen zijn trots, kijken de kat uit de boom, zijn betrouwbaar en van de no-nonsense- categorie. Degelijk, maar daardoor ook saai. Het moet niet te gek worden. In de Randstad is dat wel anders, heb ik gemerkt.' Paul van der Velde manifesteert zich als 'denker op grote schaal': 'We hebben het hier over een milde vorm van regionalisme. Zeeland moet zich verkopen in de grotere wereld, zich daarin handhaven. Daartoe moeten we ons ervan bewust zijn wat Zeeland in feite is. Het Zeeuws Tijdschrift heeft in dit verband altijd het begrip Zeelandstad gehanteerd. Zeeland is met zijn vierhonderdduizend inwoners in feite een stad. Andersoortig dan een traditionele stad, ik bedoel: groene vlaktes te over, maar toch een stad. Op die schaal moet je denken. Hoe kan Zeeland zich verko pen? Welk pakket bied je aan bij de onderhandelingen met de grotere entiteiten? De afgelopen jaren hebben we gezien dat de culturele infrastructuur enorm ver sterkt is. Kijk maar eens wat voor mooie festivals we hier hebben. Die infrastructuur is ook versterkt door de Zeeuwse Boekenprijs.' De Zeeuwse Boekenprijs was Van der Veldes initiatief. Hoe is het allemaal begonnen? paul van der velde Na tien jaar hoofdredacteurschap stelde ik me de vraag hoe het Zeeuws Tijdschrift beken der te maken bij de Zeeuwen. Let op: ik heb het oog zowel op mensen in de provincie als op de grote groep die uit de provincie is weggetrokken. Vooral hoger opge leiden verlaten de provincie. Het gaat met een tempo van 1500 per jaar. De laatste groep voelt zich nog steeds met de provincie verbonden en houdt die band dikwijls via het Zeeuws Tijdschrift in stand. Ik dacht: waarom stellen we geen Zeeuwse boekenprijs in? En: waarom is nooit iemand anders op dat idee gekomen? Redactie en bestuur waren vrolijk voor, en toen zijn we gewoon begonnen. Van meet af aan, moet ik erbij zeggen, was er een soort maatschappelijke verbreding door de samenwerking met de Zeeuwse Bibliotheek. De Zeeuwse Bibliotheek haakte meteen aan. We hebben altijd meebetaald aan het eve nement en de organisatorische ondersteuning gele verd. Vroeger deed Lineke Broos dat en tegenwoordig Machteld Berghauser Pont. De Provinciale Zeeuwse Courant (PZC) en de Zeeuwse boekhandel kwamen er later bij. Wij doen mee sinds 2009. Ton wilde meer aandacht voor de Zeeuwse Boekenprijs, zocht naar logische partners en kwam bij de PZC terecht. Welke rol moest de krant gaan spelen? Paul, Ton en ik zijn bij elkaar gaan zitten, en toen kwam de PZC Publieksprijs om de hoek kijken. Uit de berg 5 Zeeuws Tijdschrift 2012 7-8

Tijdschriftenbank Zeeland

Zeeuws Tijdschrift | 2012 | | pagina 7