T VLIEGEND HART
In het wrak van 't Vliegend Hart (ook wel 't Vliegend Hert genoemd) werden niet alleen geldkisten
gevonden maar ook loden containers waarin tabak, ansjovis en kaas waren 'ingeblikt'.
Kist uit het wrak van de Oost-lndiëvaarder 't Vliegend Hart, 1734
Deze houten kist is een complete geldkist met ijzer
beslag en sloten, zeildoek en touw. Er waren drie van
deze kisten in 't Vliegend Hart. Het geld was voor
de handel in de oost. Maar nader onderzoek bij de
berging in 1983 leerde ook dat er aan boord kisten
waren met zilvergeld die niet in de documenten voor
kwamen. Duidelijk dat de dienaren van de Verenigde
Oost-Indische Compagnie (VOC) ook voor eigen reke
ning zaken deden. Smokkel van zilvergeld bijvoor
beeld was buitengewoon lucratief.
't Vliegend Hart werd in 1729 gebouwd voor de
VOC-Kamer Zeeland. Op 3 februari 1735 vertrok het
schip samen met de Anna Catharina vanuit Ramme-
kens naar Batavia, het huidige Jakarta. Naast de geld
kisten waren er ook degens en musketten voor het
VOC-leger aan boord, pijpen en wijn voor de heren in
Batavia, lood als ballast voor het schip en natuurlijk
ook levensmiddelen voor de opvarenden.
De reis zou voeren langs Kaap de Goede Hoop.
De kortere, noordelijke weg waar de heren van de
VOC van hadden gedroomd was toch niet mogelijk
gebleken. Uit Het scheepsjournaal van Bontekoe weten
we hoe riskant zo'n reis kon zijn. Barentsz en Heems-
kerck hadden hun drieste poging zien stranden op
Nova Zembla.
Niet lang na vertrek raakten 't Vliegend Hart en de
Anna Catharina een zandbank. Beide schepen vergin
gen met man en muis en bij wijze van spreken in het
zicht van de regenten die het schip eropuit hadden
gestuurd, op jacht naar rijkdom en macht.
20 Zeeuws Tijdschrift 2013 3-4