NOEM EVEN HUN NAMEN tekst André van der Veeke Bavo werd op het internaat al snel Baaf genoemd. Het stoorde hem niet. Hij vond dat deze naam beter paste bij zijn nieuwe lef. Bavo was een naam voor een intro verte jongen die weinig succes had bij de meiden. Baaf daarentegen klonk als een massieve vuistslag, recht in een of ander gluiperig smoelwerk. Baaf zat in het gedempte licht van zijn kamer op zijn enige stoel en las De Walging van Sartre. Hij was nu derdejaars en besteedde zijn meeste tijd aan lezen, aan literatuur. Er circuleerde een lijst, een index van verboden boeken op school en op het daaraan verbonden internaat, maar die gold niet voor hem. Er werden wel jongens terecht gewezen naar aanleiding van hun leesgedrag, maar de directeur en zijn handlangers lieten hem met rust. Ze hebben me opgegeven, liet hij zijn vrienden weten. Hij moest Sartre wegleggen en aan een hoofd stuk pedagogie beginnen, wist hij, maar hij kon geen afstand doen van zijn boek. Hij keek op zijn horloge en zag dat het kwart voor tien was. Ik sta morgen vroeg op, dan ram ik het spul er wel in, nam hij zich voor. Op dat ogenblik werd er op zijn deur geklopt. Een korte strenge roffel. 'Hinein', brulde hij, in de veronderstelling dat zijn buurman aanklopte. Hij hoorde de deur opengaan en toen hij achteloos opzij keek, ontdekte hij de lange, zwarte gestalte van de schooldirecteur. De man had de bijnaam De Ploert. Baaf legde zijn boek geopend weg en bedekte het met een zwaar woordenboek. Daarna stond hij gehaast op. 'Goedenavond, laat bezoek', mompelde hij. De man voor hem knikte. Een welwillend lachje plooide zijn lippen, maar Baaf wist dat dat lachje niets te bete kenen had. Tenminste niet in positieve zin. Wat het lachje wel duidelijk maakte was: ik heb het hier voor het zeggen, dus ik kan me deze welwillende uitdruk king permitteren. Jij daarentegen moet oppassen. 'Gaat u zitten', zei Bavo, ook al wist hij dat de man niet op zijn uitnodiging in zou gaan. 'Nee, ik kom niet voor de gezelligheid langs. Ik heb een vraag voor jou Bavo. Waar was je gisterenavond?' 'Gis te ren avond...', rekte Baaf. 'Gisterenavond, het was maandag gisteren Ik herinner me niets bijzonders o ja, natuurlijk ik ben naar een lezing geweest in Aurora.' 'Ah, mooi, en was het druk?' 'Ja, de zaal was aardig gevuld.' 'Onderwerp?' 'Nederland en Europa 'Heb je er wat van opgestoken?' Baaf haalde zijn schouders op. Wat was er aan de hand? Waarom kwam de Ploert zo laat nog langs? 'Ik vond het wel interessant', zei hij op vlakke toon. 'Oh?' De glimlach op de lippen van de man werd kleiner. 'Ik heb trouwens iets totaal anders gehoord. De spreker heeft zich gisteren laten verontschuldigen vanwege griep. Vreemd dat jij hem toch gehoord hebt. Maar niets is onmogelijk. Misschien heeft er zich nog een reservespreker gemeld.' 'Oké, oké', lachte Baaf. 'Ik ben nog even een café binnengestapt, toen ik hoorde dat de lezing niet doorging 'Mag ik vragen welk 43 Zeeuws Tijdschrift 2013 3-4

Tijdschriftenbank Zeeland

Zeeuws Tijdschrift | 2013 | | pagina 45