Toen op i september 1913 de deuren
opengingen van de Gemeentelijke Hogere
Burgerschool in het pand aan de Markt
met zeventien leerlingen en zeven leraren
luidde het niet alleen een nieuwe perio
de in het Zeeuws-Vlaamse onderwijs in
maar het vormde tegelijk het resultaat van
meer dan een kwarteeuw inspanningen
om het zover te krijgen. Al in 1880 had
de gemeenteraad van Neuzen zich tot de
minister van Binnenlandse Zaken gericht
met het verzoek om er een Rijks Hogere
Burgerschool en een Rijksnormaalschool
voor de opleiding van onderwijzers te ves
tigen. De minister, Willem Six, beschikte
afwijzend want met een Rijksnormaal
school in het nabijgelegen Axel konden ze
het onder de Schelde wel doen.
In 1902 werd het verzoek nu alleen
voor de oprichting van een rijks-hbs aan
de toenmalige minister van Binnenlandse
Zaken Abraham Kuyper gericht. Door de
snelle aanwas van de Zeeuws-Vlaamse
bevolking en toenemende industriali
sering langs het Kanaal van Gent naar
Temeuzen was de behoefte aan hoger
geschoold personeel toegenomen. Voor
een hbs-opleiding waren de Zeeuws-Vla
mingen aangewezen op Middelburg dat
alleen na een lange reis via de pont Ter-
neuzen-Hoedekenskerke en trein bereik
baar was. Kuyper wilde het aantal rijks-
hbs'en niet uitbreiden en Terneuzen ving
andermaal bot.
Burgemeester J.A.P. Geill pakte de
zaken breder aan en richtte een com
missie op met als doel een rijks-hbs voor
Zeeuws-Vlaanderen te realiseren. Met
uitzondering van Koewacht betuigden de
achttien andere gemeenten hun adhesie
en dit kan als een vroeg voorbeeld van
Zeeuws-Vlaanderenbrede samenwer
king worden gezien. Wederom kreeg
de gemeente nul op het rekest maar er
werd wel gewezen op de mogelijkheid
een gemeentelijke hbs op te richten waar
ook subsidie voor gekregen kon worden.
Alleen Hulst en Terneuzen boden aan de
nieuwe school te herbergen en de minis
ter koos voor Terneuzen.
Op 6 april 1910 stemde de gemeen
teraad van Terneuzen voor de oprichting
van een hbs met driejarige cursus voor
de drie hoogste leerjaren. Het was een
nipt besluit want vijf van de twaalf leden
van de raad stemden tegen. Zij argumen
teerden dat openbaar onderwijs gevaar
lijk zou zijn en de vergelijking met een
gifkast werd getrokken. Ook wezen de
tegenstemmers op het financiële offer
dat de school zou eisen en dat die alleen
maar voor de beter gesitueerden zou zijn.
Impressies uit de begintijd van een
buitenleerling
Mijn herinneringen gaan terug naar de tijd
dat er slechts één menu werd opgediend,
dat van de hbs. Een onderscheid tussen
hbs-a en hbs-b bestond nog niet. De klassen
waren klein. In 1921 deden we met zijn vij
ven eindexamen. Ik geloof dat er maar drie
slaagden. Ik heb een uitgesproken eenzijdige
alfa-aanleg en op een lyceum zou ik nooit op
het spoor hbs-b gezet zijn. Maar keuze was
er niet. Wij waren wel blij met onze hbs, de
eerste in heel Zeeuws-Vlaanderen. Veel leer
lingen moesten grote moeite doen op school
te komen.
Van Zaamslag uit had ik het makkelijk:
de afstand is maar 8 kilometer, maar in het
najaar waren de 'kalleseiwegen' dikwijls
bedekt met een laag klei tengevolge van
het vervoer van bieten. Wij kregen dan een
maandkaart voor de tram. Die was pas aan
gelegd, en gold als een grote verbetering. De
tram droeg de naam Zeeuws-Vlaamse Tram
Maatschappij (Zeer Veel Telaat Meneer) met
ere. Maar hij vertrok wel vroeg. Voor zeven
uur waren wij in Terneuzen, liepen daar naar
ons 'kosthuis', waar wij tot tegen negen uur
ons huiswerk gingen maken. Om 9 uur 10
begon de school.
In de exacte tijden kan ik mij vergissen,
maar de orde van grootte is wel juist, 's Mid
dags waren wij klaar om 3.10 of 4.00 uur en
rondom 6 vertrok de tram! De uren daarvoor
brachten wij vaak aan de havens door, wat
van grote invloed was op onze 'buitenschool
se' ontwikkeling en wat de woordvoorraad,
ook op 'onschoolse' wijze, aanmerkelijk
verrijkte! De jongens die met de trein uit
Hulst en Sas van Cent kwamen, hadden,
als ik me goed herinner, niet zulke slechte
verbindingen. Wel kwamen de Hulstenaren
en Axelaars soms te laat, omdat - naar zij
zeiden - de locomotief niet zo goed tegen de
westenwind op kon.
L.M. van Dis, hbs-b 1916-1921
5