ONBEZORGDE WERELDREIZIGER
MET EEN BOODSCHAP
Raoul de Jong
tekst Hanneke Blok
Raoul de Jong (1984) schreef in opdracht van Switch
een novelle Een manifest voor de dromer voor zijn
Literaire Tocht langs middelbare scholen in Zeeland
in het voorjaar van 2014. Stichting Switch, gevestigd
in Goes en Tilburg, stimuleert gedrag dat bijdraagt
aan een duurzame en rechtvaardige wereld. Elk jaar
nodigt Switch een schrijver uit een essay of novelle
te schrijven over het thema vrijheid en daarover met
leerlingen te spreken. De Jong zette tijdens zijn tour
nee scholieren aan het denken over vrijheid en ver
draagzaamheid. Zijn boodschap: neem geen genoegen
met de gebaande paden, denk vrij en volg je gevoel.
Raoul de Jong is reiziger, danser en schrijver.
Sinds hij als 19-jarige de middelbare school achter
zich liet, zwerft hij over de continenten. Hij begon in
Afrika waar hij ontdekte dat de mensen er geen last
hebben van stress. Een paar jaar later vond hij de
liefde in New York en zag dat Sjanghai zich ontwik
kelde ten koste van bijna alles. Hij schreef diverse
boeken waaronder Stinknegers (2004) waarvoor hij de
Dick Scherpenzeelprijs voor journalisten die op een
bijzondere manier de situatie in ontwikkelingslan
den belichten, kreeg. Ook schreef hij It's Amaaazing
(2006) en Het leven is Verschrikkuluk (2009).
De Jong reisde enkele jaren met de trein, bus of
per vliegtuig heen en weer tussen zijn woonplaats
Rotterdam en die van zijn moeder, Marseille. Op
een dag besloot hij die afstand te voet af te leggen.
Onvoorbereid vertrok hij in de zomer van 2012 vanuit
Rotterdam voor een wandeling van twaalfhonderd
kilometer naar Marseille. Duizenden NRC-lezers
volgden de belevenissen van Raoul op de voet in
zijn columns. In november verscheen zijn boek De
grootsheid van het al - een hedendaagse odyssee (2013).
58 Zeeuws Tijdschrift 2014 4-5
Een boek over zijn wandeltocht naar Marseille en
zijn zoektocht naar geluk. In zijn boeken neemt hij
de lezer niet alleen mee op zijn tochten, maar ook
probeert hij ze te winnen voor zijn ideaal: de wereld
beter maken.
Het leven als sprookje
'De wereld is een vriendelijke plek, er is weinig om
bang voor te zijn. Overal ontmoet je aardige mensen
die je willen helpen, de weg wijzen', vertelt De Jong.
'Toen ik negentien was, wilde ik gaan studeren, maar
de werkelijkheid was anders. Ik stond op straat en had
geen geld.' De Jong besloot er het beste van te maken
en een boek over zijn leven te schrijven. Dat moest
natuurlijk inhoud krijgen en daar ging hij naar op
zoek. De stoere motorrijder voor op het boek Ik Jan
Cremer was zijn inspiratiebron. 'Zo wilde ik ook op de
kaft, maar dan op een fiets, hard trappend tegen de
wind in. Het werd de bril waar ik alles door ging zien.
Ik had geen controle over wat er gebeurde, maar wel
hoe ik emaar keek. Zo maakte ik van mijn leven een
roman, een sprookje. Ook al is de werkelijkheid geen
sprookje, je kunt het wel zo beschouwen.'
Afrikaanse gemeenschapszin
'Mijn eerste reis bracht me naar Afrika. Daar leerde ik
dat het beeld dat we dankzij de kranten en tv hebben
niet klopt. Natuurlijk zag ik er armoede, mensen met
aids, dat is heel verdrietig. Maar ik zag niemand met
stress, niemand met een burn out. Men zingt en danst
bij geboortes en bij begrafenissen, er is nog gemeen
schapszin. Mensen hebben een andere tijdsbeleving,
zijn bezig met overleven. Het is er dus anders maar
het betekent niet dat ze ongelukkig zijn. Integendeel,