inhaalslag aan het maken zijn. Let wel, vijf jaar gele
den hadden we nog niet van India gehoord. Nu zijn
daar vier grote spinnerijen die een behoorlijke hoeveel
heid van de Europese vlasvezels afnemen. Achtergrond
van deze tendensen is dat in die landen de vraag naar
natuurlijke producten groeit, omdat ze inzien dat
synthetische producten van de wereld een ongezonde
vuilnisbelt maken zonder toekomstperspectief.'
Van de Bilt wijst er verder op dat ook de 'traditio
nele' landbouwers hun voordeel kunnen doen met het
verbouwen van vlas. Vlas verbetert de structuur van
de grond. 'Boeren met goed vlas behalen daarna een
betere opbrengst met aardappelen, uien en tarwe. Er
is een oud gezegde dat zegt dat vlas het geweten van
de boer is. Daar zouden we wel eens wat vaker bij stil
mogen staan.'
Ton Wouda van Limagrain denkt dat de vraag naar vlas
zal blijven groeien zolang de wereldbevolking, vooral
in de emerging markets, blijft toenemen. 'Ik sluit niet
uit dat het vlasareaal met een paar duizend hectare
omhoog gaat. Ik zou het in elk geval toejuichen. Vlas
heeft de toekomst.' Van de Bilt: 'In India zouden ze
graag zien dat we het aantal hectares verdubbelen.
Een goed signaal, maar of dat realistisch is?' Dich
ter bij huis is Mario van Dijk van Linex een fervent
aanhanger van uitbreiding. 'Linex staat of valt bij een
constante toevoer van vlas anders kunnen wij niet pro
duceren.'
Alle euforische vlasperspectieven ten spijt, worden
er door enkele spelers ook kanttekeningen geplaatst.
Karei van Looij: 'Het zal, zeker in Nederland, niet van
zelf gaan. Iedereen moet z'n beste beentje voor zetten
om de sector verder te ontwikkelen.' Deze opmerking
moet geplaatst worden tegen de achtergrond van de
concurrentieslag die Nederland voert met Frankrijk en
België. Daar ontvangen boeren als de oogst mislukt uit
een rampenfonds een vergoeding die kan oplopen tot
750 euro per hectare. In Nederland, waar vlas wordt
gezien als een niche product, bestaat die vorm van
subsidiëring niet en is het gewas niet eens te verzeke
ren. Maar iets beter wordt het wel, vindt Eugenie van
de Bilt. 'De voordelen die Frankrijk en België nu heb
ben ten opzichte van ons worden voor een deel afge
bouwd, maar het rampenfonds, de weersverzekeringen
en investeringssubsidies daar zullen concurrentiever
valsend blijven werken. Het blijft dus knokken.'
Gedeputeerde Van Beveren gelooft niet dat Frank
rijk en België een echte bedreiging voor de vlassector
in Zeeland vormen. Hij ziet de toekomst van vlas zon
nig tegemoet vooral omdat dat gewas naadloos aan
sluit bij het streven naar een circulaire economie. De
kansen voor Zeeland liggen, volgens Van Beveren niet
eens zozeer op het vlak van uitbreiding van het vlas
areaal of het binnenhalen van bedrijven die producten
gaan vervaardigen van vlas, maar veeleer op het terrein
van kennisexport. 'De expertise op het gebied van het
veredelen van rassen is hier enorm groot, daar kunnen
andere landen hun voordeel mee doen.'
De provincie heeft dus meerdere ldeinere en
grotere inspanningen gepleegd om de vlassector te
helpen. Nog niet genoemd is het beschikbaar stellen
van een deel van de provinciale grondvoorraad voor
de vlasteelt. Deze gronden, die de provincie bezit om
bijvoorbeeld infrastructurele werken uit te voeren, wor
den op deze manier duurzaam onderhouden door de
vlastelers. 'Een win-winsituatie', aldus Van Beveren.
Maar de focus van de provincie zal toch gericht
zijn op innovatie, op de ontwikkeling van nieuwe
technieken en producten. Van Beveren: 'Die blijven we
ondersteunen. Neem een project waar we met drones
de bodemgesteldheid van ons land in kaart brengen,
zodat boeren precies weten hoe ze afzonderlijke stuk
ken land met behulp van speciale software moeten
bemesten en het rendement van hun activiteiten zo
kunnen verhogen. In dat soort projecten blijven we
investeren.'
Eén eenduidige conclusie is na de ZT-rondgang
door de wereld van het Zeeuwse vlas niet te trekken.
Maar als er één ding opviel dan is het wel de duide
lijk waarneembare passie waarmee de vlasbedrijven
aan het werk zijn. En ja, je zou kunnen zeggen: ze
preken voor eigen parochie. Maar de cijfers en feiten,
de ontwikkelingen op de mondiale markt spreken
boekdelen.
De vlasfabriek van Van de Bilt draait op volle toe
ren. Eugenie van de Bilt geeft in een moordend tempo
een rondleiding. Ze trekt aan vlasvezels - 'Kijk, deze
is dus ijzersterk en deze wat minder. Geen enkel blok
vlas is immers hetzelfde, er zijn heel veel verschil
lende kwaliteiten die bepaald worden door de aard,
homogeniteit, treksterkte, fijnheid en kleur van het
vlas'. Ze laat voortdurend, bijna liefdevol, zaden door
haar handen gaan en volgt ondertussen de machines.
Na afloop is ook vader Van de Bilt gearriveerd. Mooi
gezicht: twee generaties vlas bij elkaar. Vraag: is er nog
een leven naast het vlas? Stilte. Je ziet Eugenie van de
Bilt denken: wat moet ik hiermee... ik moet naar mijn
vlas... Vader Van de Bilt glimlacht veelbetekenend... De
Zeeuwse vlaswereld heeft ondanks zijn overzichtelijk
heid gelukkig ook iets ondoorgrondelijks.
VLAS GLOBAAL
Vezelvlas is een gewas dat geteeld wordt met het
oog op de productie van vezels. Binnen het totaal
van de textielvezels neemt vlas een bescheiden
plaats in, iets minder dan 1 procent. Vlasvezels wor
den vooral gebruikt voor de productie van linnen:
kleding, decoratiestoffen en huishoudtextiel. Daar
zijn lange vlasvezels voor nodig. Tachtig procent van
de mondiale productie van lange vlasvezels vindt
plaats in Frankrijk, België en Nederland. De afzet
van de lange vezels uit deze drie landen gaat voor
90 procent naar spinnerijen in China. De garens
die daar geproduceerd worden, vinden vervolgens
hun weg naar weverijen en in toenemende mate
ook in de tricotage in China, Japan, India, Europa
en de Verenigde Staten. Die leveren hun producten
vervolgens aan de confectie-industrie, die zich voor
een belangrijk deel in Azië bevindt, maar ook in
Europa en de Verenigde Staten.
De belangrijkste afzetmarkten voor linnen pro
ducten liggen in de Europese Unie (EU), de Ver
enigde Staten en in toenemende mate ook in India
en Japan. Dit is het beeld op hoofdlijnen, maar er
zijn meer landen die een rol spelen en die dikwijls
een lange vlastraditie hebben: Egypte met een lin
nenhistorie, die teruggaat tot de tijd van de farao's,
maar ook Rusland, Wit-Rusland en Oekraïne.
De areaalcijfers voor vezelvlas in 2014 zijn als
volgt: Frankrijk 63.300, België 12.300 ha. en Neder
land 1.980 ha. Het vlasareaal in de andere landen
van de EU is zeer beperkt. De arealen in Frankrijk
en België zijn de afgelopen jaren redelijk stabiel, in
Nederland is er vanaf 2005 een daling opgetreden.
De drie genoemde landen produceerden in het ver
koopseizoen 2013/2014 132.000 ton lange vlasvezels.
In Nederland werd een gemiddelde prijs genoteerd
van 1,86 per kg. Het voornaamste afzetkanaal is
de textielindustrie. Daarnaast werden er 53.000 ton
korte vlasvezels geproduceerd. De gemiddelde prijs
in Nederland was 0,50 per kg. Deze vezels worden
gebruikt in papier, isolatiemateriaal, composieten
en textiel. Productie en verkoop van de beide typen
vezels lagen goed in evenwicht met elkaar.
Vezelhennep wordt in de EU geteeld op onge
veer 16.000 ha, hiervan ligt 70 procent in Frankrijk.
Het Nederlandse hennepareaal voor de productie
van vezels was in 2014 ongeveer 1.500 ha., gelegen
in Groningen en Drenthe.
Vanaf links: vlas lont; opslag van lange vlasvezel; opslag van korte vlasvezel. Foto's: Van de Bilt zaden en vlas bv
De toekomst van vlas
12 Zeeuws Tijdschrift 2014 6-7
13 Zeeuws Tijdschrift 2014 6-7