lHet gaat om de band die je met Christus hebt en Christus met jou. Dat hij je een weg laat zien die niet eindigt in een doodlopende steeg. Een bood schap die je hier laat leven, maar ook voorbij de grenzen van het aardse.' Dan hoor je: 'als je dit of dat uitgangspunt laat varen, dan kan je de kerk beter sluiten.' Jansen stelt daar nog een ander facet tegenover. Namelijk dat sinds mensen niet meer geloven, de kerk en haar tradities uit hun leven zijn weggevallen men 'wel heel gemakkelijk een nieuw systeempje uit de lucht pakt. Denk aan de populariteit van reïncarna tie en astrologie. Je ziet dat mensen het christendom op de vuilnisbelt gooien en tegelijk nieuwe zekerhe den binnenhalen.' Contouren van een 'nieuwe' kerk Na deze theologische exercitie, zoomt het gesprek in op wat het zoeken naar nieuwe zingeving, de nieuwe invulling van sacramenten en catechese voor de kerke lijke professionals concreet betekent. Wat zijn daarbij de uitdagingen, wat zijn de plannen? Hoe wordt tegen samenwerking met andere denominaties aangekeken? Kortom, waar ziet men heil in voor de toekomst? De Graaf: 'Ik ben met een groepje mensen in de Zak van Zuid-Beveland bezig die zich niet meer zo goed in de kerk kunnen vinden. Ze zeggen: "De kerk spreekt me niet meer zo aan, de diensten op zondag raken me niet." Maar in de gesprekken die ik voer, gewoon door de week, thuis bij iemand, merk je dat ze vol vragen zitten. Is Jezus voor mijn zonden gestor ven? Of: waarom word ik ziek en een ander niet. In kleine kring raken we daarover in gesprek en dan gebeurt er iets. Verder gaan we bijvoorbeeld in op het boek Wandelen over het water van Carel ter Linden om te ontdekken dat je de Bijbel ook anders kunt lezen. Ja, ik denk dat in klein verband met elkaar in gesprek raken; dat is voor mij de nieuwe kerk.' Maatschappelijke betrokkenheid en tegelijk de durf om het verticale te benoemen, zijn voor Vermet belangrijke aspecten van de 'nieuwe' kerk. 'Ik denk aan samenwerking met de stadsraad, een cultureel genootschap, de voedselbank. We moeten ons bezig houden met datgene waar de samenleving behoefte aan heeft. Hoe dat er precies uitziet, weet ik nog niet, maar ik denk dat dit één van de wegen is. Datzelfde geldt op een ander niveau voor de aandacht voor het heilige. Vertellen dat er meer is tussen hemel en aarde. Dat je in gesprekken appelleert aan thema's als liefde, de zin van het leven. Dat je laat zien dat de kerk daar met z'n christelijke traditie ook vandaag nog iets over te zeggen heeft. En, nee, van te voren duide lijk maken hoe iets in elkaar zit, die tijd is voorbij. In gesprek blijven, dat heeft zin, dat geeft energie.' De verbinding tussen het verticale en het horizon tale voert als een soort leidmotief door de Zeeuwse toekomstvisies, zonder dat er pasklare antwoorden worden opgedist. 'Het is pionieren, spannend zeker', zegt Smeets. 'Wat kan de kerk betekenen voor de samenleving? Hoe vertalen we bijbelse verhalen, hoe laten we ze aansluiten bij het dagelijks leven? Daar over gaan we in gesprek. En nee, dan heb je het niet over een nieuwe verpakking. Verpakking gooi je weg, die heeft geen waarde, terwijl die vertaling je niet onberoerd laat. Je bent als kerk en persoon juist nauw bij dat proces betrokken. Ik zie trouwens om me heen hoeveel mensen hier eigenlijk mee bezig zijn. Overal wordt gezocht naar nieuwe verbanden en zingeving. Vanuit dat perspectief zeg ik altijd: 'De kerk is geen instituut, de kerk, dat ben jezelf.' Jansen benadrukt dat voor hem het horizontale automatisch voortvloeit uit het verticale. 'Als je de liefde, het hogere of hoe je het ook noemt waarborgt, dan gaat dat maatschappelijk uitwerken, dat is mijn vertrouwen. Om het klassiek theologisch te zeggen: De geest is overal werkzaam, binnen en buiten de ker ken. Maar laten we haar uitkleden tot op de kern. Ons richten op de essentie, het allerdiepste en daar hoort voor mij ook het universeel menselijke bij. De kerk zal in welke vorm dan ook, met of zonder gebouwen, overleven. Mensen zullen namelijk altijd verlangen 14 Zeeuws Tijdschrift 2015 3-4

Tijdschriftenbank Zeeland

Zeeuws Tijdschrift | 2015 | | pagina 14