Aan het woord: Toos de Bruijn-van Rossum
katholiek, geboren 1943
Het is lastig om een duidelijk antwoord te geven op
de vraag wat je precies gelooft. Geloven begint met
de keuze open te staan voor iemand die je niet ziet.
Het blijft een zoektocht, ook als je met het christelijk
geloof bent opgegroeid zoals ik. En ook is het voor
iedereen een heel persoonlijke zoektocht en een groei
proces. God staat aan het begin van alles. Hij is de
Schepper. Ik geloof dat God ons geschapen heeft naar
Zijn beeld en dat wij mensen zijn, die van elkaar hou
den en voor elkaar door het vuur willen gaan. Dit lukt
niet altijd, maar door tot God te bidden, de Bijbel, het
boek van God voor de mensheid, te lezen en te genie
ten van de mensen en de natuur om je heen kun je
meer van Gods liefde ervaren en deze liefde ook delen
met anderen. Geloof in God betekent ook, dat je God
wilt leren kennen als je liefhebbende hemelse Vader,
die bij je is en die voor je zorgt. Geloven is ook God
en je naaste liefhebben.
De meeste Nederlanders geloven in een leven na
de dood. Misschien berust dit wel op de angst voor
de dood en krijgt de hemel daardoor meer "bestaans
recht". Voor mij betekent de dood niet het einde. Het
kan niet waar zijn dat alles ophoudt en dat je leven
voor niets is geweest. Maar of het een plaats is of
meer het voortbestaan van de geest en het bewustzijn,
dat weet ik niet. Misschien is het een begin van een
nieuwe fase in je leven. Naast het hiernamaals blijf
je hopelijk voortbestaan in de gedachtewereld van je
naasten, je familie en vrienden.
Als kind heb ik van thuis uit en via school en
opleiding tot lerares een katholieke opvoeding gekre
gen. Alles moest, iedere dag naar de kerk, op zondag
twee keer en met Pasen en Kerstmis drie keer, want
dan was er 's middags nog het Lof. Elke maand moest
er worden gebiecht en ga zo maar door. Bij al deze
verplichtingen kon je niet van geloven spreken. Later
besliste ik zelf, of ik wel of niet naar de kerk ging. Ik
bezocht ook vieringen buiten mijn eigen parochie, wat
niet in dank werd afgenomen door mijn ouders en de
pastoor. Pas toen ik voor de klas stond, besefte ik, dat
mijn geloofsbeleving belangrijk was voor de geloofs
opvoeding van de kinderen. Dit kwam tot uiting in de
godsdienstlessen, voorbereiding op de Eerste Commu
nie, het organiseren van gesprekken met ouders en
het organiseren van gezinsvieringen.
In onze huidige woonplaats Sint Jansteen voelen
we ons binnen de kerk thuis. Misschien doordat zowel
mijn man als ik actief werden binnen diverse kerke
lijke geledingen. Zo heb ik jarenlang de voorbereiding
17 Zeeuws Tijdschrift 2015 3-4