26 Zeeuws Tijdschrift 2016 1
het kasteel er uit moet hebben gezien. Kasteel West
Souburg was een vierhoekig kasteel met een eveneens
vierhoekige voorburcht en was tamelijk groot. Het
archeologisch onderzoek heeft uitgewezen dat het
kasteel op zijn vroegst in het begin van de vijftiende
eeuw is gebouwd. Kuipers merkt hierbij op dat dit
eigenlijk vrij laat is, aangezien dit soort vierhoekige
kastelen voornamelijk gebouwd zijn in de periode van
1275 tot 1550. Over de vroege periode van het kasteel is
niet veel bekend, wel over de welvarende bewoners van
kasteel West-Souburg. De grandeur van het kasteel
blijkt voorts ook uit de aanwezigheid van een verhar
de straat die al in 1466 naar het kasteel liep. Kuipers
merkt er overigens wel bij op dat deze weg, helaas voor
Vlissingen, naar Middelburg voerde...
De eerste vermelding van het kasteel stamt uit
1448 en in 1451 werd het in ieder geval bewoond
door de familie Borsele van Brigdamme. Dat was
een voornaam Zeeuws geslacht dat zo mogelijk nog
belangrijker werd toen de familie in 1457 geparenteerd
raakte aan het huis van Bourgondië. Kuipers vertelt
dat in de vijftiende en zestiende eeuw veel belangrijke
telgen van Bourgondië en Habsburg op het kasteel
verbleven zoals Karel de Vijfde en Filips de Schone.
Ten tijde van dit bezoek werd het kasteel bewoond door
Anna van Bourgondië (1435-1508). Na haar overlijden
kwam het kasteel in handen van haar halfbroer Filips
de Goede. Hij woonde van 1509 tot 1517 op het kasteel
in Souburg dat hij grondig liet verbouwen. Hij huurde
een anoniem gebleven bouwmeester van grote faam
in en kunstenaars zoals de schilders Jan Gossaert uit
Antwerpen en Jacopo de Barbari uit Venetië verbleven
op het kasteel.
Karel de Vijfde tekende er in 1556 de akte waar
in hij afstand deed van het Duitse keizerschap. Het
kasteel was toen in bezit van Anthonie van Bourgondië
die in 1567 de heerlijkheid en het kasteel verkocht aan
Jeronimus de Rollé, baljuw van Veere. Het was De
Rollé die in 1573, kort voordat hij sneuvelde, opdracht
aan de op Walcheren rondwarende geuzen moest
geven om zijn eigen kasteel in brand te steken. Marnix
van Sint-Aldegonde liet het kasteel vanaf 1578 opknap
pen. Hij liet het oostelijk deel, de hoofdburcht, herstel
len en ging er in 1579 wonen. Later kwam het kasteel
in handen van de Vlissingse koopmansfamilie Van
Pere. Het kasteel kreeg in deze jaren een aantal op
merkelijke bewoners. Een ervan was Jacob Verschoor,
leider van de religieuze sekte de 'Hebreeërs'. Eind
achttiende eeuw volgde afbraak en werd het muurwerk
als puin verkocht.
Opgraving van het kasteel van West-Souburg, gezien vanuit het westen,
januari 1972. Fotocollectie Gemeentearchief Vlissingen, foto A. van Wyngen
27 Zeeuws Tijdschrift 2016 1
