De mooiste boulevard van Nederland
Een haast persoonlijk verhaal hield voormalig hoogle
raar Architectonische Ontwerpen aan de Technische
Universiteit van Delft en voormalig Rijksbouwmeester
Wytze Patijn. Hij heeft Vlissingen in zijn hart geslo
ten, dat blijkt al gauw, en dan in het bijzonder de bou
levard. Hoewel zijn architectenbureau baanbrekende
ontwerpen voor de boulevard heeft gemaakt, zijn deze
niet gerealiseerd. In Vlissingen is hij vooral bekend als
eindverantwoordelijke voor de grootscheepse verbou
wing van het stadhuis. Patijn stelt onomwonden dat
de Vlissingse boulevard met stip de mooiste boulevard
van Nederland is. Die ligt op het zuidwesten, wat
ideaal is qua licht en zon, de zee heeft altijd een andere
kleur, de vaargeul loopt dicht langs de kust en daarbij
is de boulevard ook nog eens heel lang.
De eerste kennismaking met Vlissingen had Patijn
in zijn jeugd. Patijns vader werkte bij een Rotterdams
bedrijf dat gelieerd was aan de scheepvaart en nam
hij zijn zoon Wytze wel eens mee naar Vlissingen. De
latere architect Patijn zwierf dan door de Vlissingse
binnenstad waar hij tal van indrukken opdeed. In 1993
kwam hij er tijdens een fietstocht weer terug en logeer
de hij in een van de Jugendstil-villa's aan de Spuistraat,
wonderschone architectuur, die destijds echter wel in
een deplorabele staat verkeerde. Het deed hem besluiten
zijn oratie voor de TU in Delft in Vlissingen te schrijven
en kon dit keer logeren in het Wooldhuis. Hier was het
dat Patijn verknocht raakte aan de Vlissingse boulevard
en aan het monumentale Wooldhuis. Volgens Patijn
is bij het ontwerp van het Wooldhuis het uitzicht tot
deugd verheven. In ieder vertrek is het uitzicht over de
zee weer anders. Een deel van zijn oratie ging dan ook
over het Vlissingse Wooldhuis.
Toen hij in 1995 Rijksbouwmeester werd, was zijn
eerste daad naar Vlissingen af te reizen om de stads
bestuurders erop te wijzen dat het Wooldhuis toch
vooral niet moest worden gesloopt, iets wat zomaar had
gekund in die tijd. En nog immer maakt Patijn zich
sterk voor architectonische pareltjes in Vlissingen. Zo
bereikte hem enkele maanden voor het symposium, no-
tabene tijdens een fietstocht door Zeeuws-Vlaanderen,
het bericht dat er plannen waren om het Ravesteijn-
plein met de grond gelijk te maken. Volgens Patijn is
42 Zeeuws Tijdschrift 2016 1
het plein stedenbouwkundig zo bijzonder dat het zeker
bewaard moet blijven. Weliswaar zijn de huizen, onder
meer door de kunststof kozijnen, niet meer zo fraai als
ze ooit geweest zijn, de architectonische waarde blijft
evident. 'Als het opnieuw kundig wordt gerenoveerd is
het weer een prachtig plein', aldus Patijn. 'Kijk bijvoor
beeld naar de Engelse wijk, zoals dat is aangepakt, daar
word ik dan weer wel vrolijk van'. En Patijn ziet meer
hoogwaardige architectuur in Vlissingen. Zo noemt hij
de Timmerfabriek op het Scheldeterrein een juweel.
'Als je iemand wilt uitleggen waar architectuur over
gaat, dan neem je hem mee naar de Timmerfabriek.
Zulke kathedralen worden niet meer gebouwd en zijn
ook nauwelijks meer te vinden'.
Maar terug naar de boulevard. Patijn werd in 2003
gevraagd mee te denken over de toekomst van de
boulevard. Wat hem aan de boulevard opvalt is dat hij
niet alleen uit drie delen bestaat maar ook drie sferen
uitstraalt. Volgens Patijn is boulevard De Ruyter prima
zoals hij is. De grootste uitdaging die de boulevard te
wachten staat is een volgende verhoging die nodig is
door de stijging van de zeespiegel. Architectenbureau
Kuiper compagnons in Rotterdam, waar Patijn destijds
voor werkte, maakte ontwerpen voor een toekomst-
bestendige Vlissingse boulevard waarbij niet werd
geschroomd om innovatief te werk te gaan. Bestaande
bouw werd gecombineerd met (half)hoogbouw, deels
over de bestaande bouw heen, waar nog wel het meest
bijzondere aan was dat de zeewering in het ontwerp
werd opgenomen. De hoogbouw die uiteindelijk op
de boulevard is gerealiseerd vindt Patijn niet allemaal
even fraai. De ontwerpen die hij het publiek toont ge
ven een rustiger beeld en doen minder kolossaal aan.
Van de baanbrekende plannen die het architecten
bureau van Patijn voor de Vlissingse boulevard heeft
gemaakt is mede door de crisis niets terecht gekomen.
'Voor de crisis dachten we dat we alles konden bouwen
en eigenlijk is het wel goed dat daar een beetje een
rem op is gekomen. De verbeelding was aan de macht
en nu is het op bouwkundig gebied een stuk realisti
scher geworden'. Al met al is Patijn van mening dat er
op bouwkundig gebied veel kansen zijn in Vlissingen.
'Vlissingen heeft veel potentie en kan daarmee nog
wel 700 jaar vooruit'.
De boulevard van Vlissingen en het achterland, 2007. Fotocollectie Gemeentearchief Vlissingen; foto Henk Nagelhout.
43 Zeeuws Tijdschrift 2016 1