io Zeeuws Tijdschrift 2016 1 van Vlissingen, de eenzijdigheid van de economie, deed zich ook nu weer gelden. Verreweg de meeste Vlissingers werkten voor De Schelde of voor bedrijven en organisaties die van De Schelde afhankelijk waren. De Tweede Wereldoorlog veranderde weinig aan dit beeld van de arbeidersstad. Gedurende de eerste oorlogsjaren werd er zo goed en zo kwaad als het kon doorgewerkt in de stad en toen de oorlog was afgelo pen en er in Vlissingen, als gevolg van de meer dan tachtig bombardementen, nog slechts enkele duizen den mensen woonden, was het De Schelde die direct grote opdrachten wist te verwerven en de daarvoor be nodigde arbeiders uit alle windstreken naar Vlissingen wist te lokken. De gemeente Vlissingen moest alle zeilen bij zetten om de duizenden nieuwe Vlissingers te huisvesten. En dat in tijden van grote schaarste en geldgebrek. Dat lukte wonderwel en de stad kon een nieuwe periode van groei en welvaart tegemoet zien. De arbeidersstad bereikte haar hoogtepunt in de jaren vijftig van de vorige eeuw: De Schelde draaide als nooit tevoren, iedereen had onderdak (weliswaar in wonin gen die geen schoonheidsprijs verdienden en die nog steeds het aangezicht van grote delen van de stad be heersen) en het inwonertal steeg naar recordhoogten. zorg, ouderenzorg, toerisme, sport, dienstverlening en cultuur. De conclusie is gerechtvaardigd dat Vlissingen vanaf 1964 is getransformeerd van een Arbeidersstad in een Woon-, Werk- en Zorgstad. Daar liggen ook de kansen. De huidige financiële perikelen zijn naar mijn inzicht een tijdelijke rimpeling in een voortgaan de ontwikkeling. Weer staan er nieuwe Vlissingers klaar om in de stad te komen wonen. Alleen al de Marinierskazerne kan zorgen voor honderden nieuwe gezinnen. Laten de stad alvast zorgen voor huizen, winkels en voorzieningen, ook culturele. Dit is een bewerking van de tekst door Peter van Druenen uitgesproken bij de overhandiging op 2 april 2015 in de Sint Jacobskerk van het eerste exemplaar van zijn boek Vissers, Kapers en Arbeiders. Vlissingen 700 jaar stadsrechten aan de Commissaris van de Koning Han Polman. Woon-, Werk- en Zorgstad Vanaf 1964 trad er een nieuwe transitieperiode in, een fase waarin de stad nog steeds verkeerd, maar die in mijn visie bijna is voltooid. De scheepsbouw kreeg het moeilijk in de jaren zestig en dat betekende dat De Schelde naar nieuwe wegen moest zoeken. Een van de oplossingen werd gevonden in de scheepsrepara- tie waarvoor in het nieuwe Sloegebied een moderne werf werd gebouwd. Dat gebied, later Vlissingen-Oost genoemd, trok ook andere activiteiten aan: in de eerste plaats de Haven van Vlissingen, die een nieuwe mo derne richting kon inslaan en in de tweede plaats grote industrieën die voor hun aan- en afvoer afhankelijk waren van diep vaarwater zoals Hoechst, Pechiney en Total. Voor het eerst in de geschiedenis van Vlissingen trad er differentiatie op in de economie, het meest tot uitdrukking komend in de dienstensector, die expo nentieel in omvang toenam. Vanaf de jaren negentig kwam daar nog een sector bij die sterk groeide: de zorg, in de breedste zin van het woord: gezondheids- Bouwnummer 214, de 'Willem Ruys' torent hoog boven de huizen uit in de Hobeinstraat, 1945. Fotocollectie Gemeentearchief Vlissingen. Foto Dert. Vlissingen gezien vanuit het oosten, met op de achtergrond de skyline met de Sardijntoren, 2015. Foto Peter van Druenen. 11 Zeeuws Tijdschrift 2016 1

Tijdschriftenbank Zeeland

Zeeuws Tijdschrift | 2016 | | pagina 6