HET VREESEEIJK AVONTUUR E 1 •r rid woi den zijn dat f I I nA, i T J I C de zori in 1 digi stoi On Igk -* Wgg’ijj ^4- EEN PELIKAAN, zooals de worm hem ziet. 4 Li GE reel E Chi rani and dan die niel S in 1 mai noe Roi EEN AARDIG TAFEREELTJE OP DE BOTERMARKT TE MIDDELBURG. J I seling de kracht mijn zenuwen eenigszins te be dwingen. Ik strompelde overeind, terwijl mijn tanden klapperden alsof ik hevig de koorts had Tengevolge van de boventijenschelijke inspan ning was het opeens, alsof de heele kamer om mij heen draaide en de zolder op mij kwam vallen. Er kwam een waas voor mijn oogen, ik voelde hoe ik mijn evenwicht verloor, tegen den grond viel, en terwijl ik viel./.... sprong de muis weg KAN HET EENVOUDIGER? De keurig in gerichte „centrale welke het dorp Oosterend op het eiland Texel van radio voorziet! Ji Op hetzelfde oogenblik echter, dat ik opeens de stilte gewaar werd, voelde ik ook, dat het verschrikkelijke er was, al kon ik het toen nog niet zién. Als gedwongen door een macht in mij wendde ik echter mijn hoofd naar den hoek, waarin ik wist, dat het zijn moest. En toeno! keek ik recht in zijn roode schichtige oogen, die mij aanstaardenen ik wist op hetzelfde oogenblik, dat de kracht mij ontbrak om mij te verdedigen of om hulp te roepen of zelfs om mij te bewegen. Nimmer tevoren had ik geweten wat angst was. Nu wist ik het. Het leek wel alsof mijn tong eens zoo dik was en er lood in al mijn ledematen zat. Ik voelde de haren in mijn nek bewegen, alsof een koude wind er langs Nu moet men niet denken, dat ik een soort van overspannen wezen ben. Integendeel: niet voor niets heb ik met mijn man jaren door de bijna ondoordringbare bosschen van Borneo en Celebes gedoold! En uit de oorlogsjaren, toen ik verpleegster was onmiddellijk achter t front, kan ik u verscheidene onderscheidingen laten zien, die mij zijn uitgereikt „voor moed en heldhaftig heid”. Zelfs bij de meest dreigende gevaren heb ik steeds mijn koelbloedigheid en zelfbe- heersching weten te bewaren, en angst, in den zin van échten, radeloozen angst, heb ik nooit gekend. Tot op dien middag, dat ik alleen thuis was en O, het was geen hallucinatie, die veroorzaakt was door mijn van stilte overspannen zenuwen, of door vrees, omdat ik alleen Ir. huis was Ik hoop, dat u zooiets van mij, een vrouw, die zooveel heeft meegemaakt, niet denken zult. eer dan tien jaar is het reeds geleden, 1'^1 sedert „het” gebeurde, en toch doet de I I herinnering eraan mij huiveren alsof een straal ijskoud water langs mijn rug gespoten wordt. Ik was geheel alleen thuis. Iedereen was uit; zelfs de dienstboden. Ik zat in mijn boudoirtje, waarvan het raam uitzicht geeft op den tuin, en was eens was kamer werd; zoo stil, dat het stilte suisde in mijn ooren. Het mij uren, dagen, ja maanden woonde wereld af bevond. De bekende geluiden van de straat waren verstomd en het getik van de klok klonk als het slaan van een moker op een aambeeld. bezig eenige brieven te schrijven. Op- het, alsof het geheimzinnig stil in de was alsof de was, alsof ik van de be streek. Een brok in mijn keel belette mij te slikken. De oogen staarden mij intusschen maar steeds aan en ik zag er een wreeden triomf in, triomf over mijn angst De gedachte, dat hij nu of later naar mij zou toekomen, mij zou aanraken met zijn grie zelige lichaam, deed het angstzweet uit al mijn poriën komen. Mijn keel was heet en branderig en ik voelde een stekende pijn in mijn hersens. Het eenige geluid in de kamer werd veroor zaakt door het kloppen van mijn hart, dat zelfs het tikken van de klok nu overstemde. - Toen, alsof hij voldoende genoten had van mijn radeloozen angst en nu tot daden wilde overgaan, kwam er beweging in zijn lichaam. Hij scheen ineen te krimpen alvorens op mij toe te springen. Zijn oogen bleven mij al dien tijd maar aanstarenDe ontzettende angst voor zijn aanraking verschafte mij echter plot-

Tijdschriftenbank Zeeland

Zeeland. Geïllustreerd Weekblad | 1930 | | pagina 14