d I 1 rb l t j,'i II I '1 I ik 1 1 I s il •J!’ I L uw naar het buffet te geleiden!” eens Kolossale dame (blozend): „Ik dank u wel De kennis (uiterst vermoeid): „Voor den dans? Maar ijc probeerde „Deze kaart is speciaal voor beginnende autorijders gemaakt mijnheer. Ze geeft niet alleen de breedte van de wegen aan, maar tevens de diepte van de kanalen en vaar ten er naast.” Dokter: (een patient ontmoetend): „Ik ben zoo vrij geweest, u nog advies goed opvolgen er erg mooi uit, Marie. Maar waar Mevrouw„Die verjaardagstaart ziet rijn de kaarsen?” Keukenmeid„De kaarsen Ik hoop, dat ik het goed heb gedaan. Ik Leb ze in de taart gebakken!” liediende„Hebt u de laatste vulpen al ezien Absoluut onmogelijk, dat ze een lr< ppel inkt verliest I” Klant: „Lieve hemel! Met zoo'n pen heb i> al jaren geprobeerd te schrijven!” en me niets De zeur: „De pijn, die ik heb geleden nadat die tijger mij heeft gebeten, is werkelijk onbeschrijfelijk. Alleen de inboorlingen weten maar, wat ik heb geleden!” Het slachtoffer: „En al de leden van de sociëteit!" eens mijn rekening te sturen.” Patient: „O ja? Nou, ik zal aantrekken van narigheid!” voor dien heerlijken dans! - ’ju heumatiek Bediende: „Heeft het u geholpen?” Klant - „Ja, mijn rheumatiek ben ik kwijt, hebben om van dien pleister af te komen!” maar nu wou ik graag iets Het kleine Jongetje (dat met zijn ouders op bezoek is)„O, kijk moeder! Net zulke grootf visschen als vader altijd vangt!” Mevrouw: „Blijf niet te lang uit, Mien! Denk er om, dat ik morgen- htend om acht uur thee op bed moet hebben.” Het meisje: „O, dan ben ik al lang thuis!” L-J 'r' - «j X/

Tijdschriftenbank Zeeland

Zeeland. Geïllustreerd Weekblad | 1930 | | pagina 16