VOOR ONZE LEZERESSEN JJ NIET 1 oei we bru gei In en zee die evt wij tel< koi I ijzt het Pel te WAAROM VROUWEN SLAGEN Twee elegante modellen, die de slanke lijn accentueeren De; wri die stij ge' wc ter vol me zo< we ree eer bij' Ka Zc vai kni zal oo< te hel 1 var hai Hij no< nie een leven,, dat zich van haar huis, trotsch op, dat zij geweest dan het uit dien tijd handwerkte! intelligente, zakelijke vrouw! Intelligentie is niet onze sterkste eigenschap en wij begaan een grove vergissing, indien wij haar als hoeksteen gebruiken om er ons levensgeluk op te bouwen! Misschien is dit wel de grootste reden, waar om wij, vrouwen, niet slagen in het leven, zoo- als dit thans- door ons zelf is vervormd. Wij hebben onze beste en sterkste wapenrusting over boord moeten gooien toen wij ons volle leven wierpen. Ik geef toe, dat wij ons verveelden thuis; dat we onze pannen en onze handwerkjes niet meer konden zien zonder een gevoel van afkeer; dat we wat méér wilden zijn wat nuttigers vooral dan een pop, die door een toegewijden echtgenoot werd vertroe teld. We wilden meer prestige! En we krègen dit ook. Maarwe verloren tegelijkertijd ook heel wat prestige. We werden „kameraad” inplaats van verloofde of echtgenoote! En ik geloof niet, dat dit een goede ruil is geweest! Of denkt men van wél? Vrouwen slagen niet in het huiselijk en zaken leven tegelijk, omdat zij, wanneer zij in het zakenleven willen slagen, de rechten van haar sexe er aan moeten opofferen. Ze moeten logica en verstand stellen in de plaats van aan trekkelijkheid, van zachtheidtwee eigen- Maar zij slagen wél, zullen sommigen zeggen! Maar zij slagen niét, stel ik er tegenover. Ter wijl een man tegelijk een uitstekend zakenman en een goed huisvader kan zijn, heeft een vrouw zelden succes wanneer zij zich in twee rich tingen tracht te ontplooien. Of zij slaagt in één er van, óf zij mislukt in beiden. Maar nooit heeft zij met beiden hetzelfde succes als de man. De vrouw heeft zich altijd bepaald tot het volbrengen van een taak binnenshuis. Zij was het, die het huis van haar man tot een „thuis” voor hem maakte, die zorgde voor het welzijn van haar echtgenoot en haar kinderen, en die zich niets aantrok van hetgeen er buiten, in de wereld, omging. En als zoodanig heeft zij altijd succes gehad, tot eenige jaren geleden, toen zij begon, evenals de man, haar leven twee richtingen uit te stuwen. Het meisje en de vrouw van veertig, vijftig en meer jaren geleden, deed precies wat haar grootmoeder altijd had ge daan: ze leidde wat men noemde een echt vrou welijk leven, dat wil zeggen afspeelde binnen de grenzen Mijn overgrootmoeder ging er in dertig jaar niet verder was hekje van haar tuin! De vrouw kookte, stofte kamers, naaide en En alles ging goed, tot zij opeens in haar huis een gevangenis begon te zien. Tot zij jaloersch werd op haar broer en haar man, die „in het volle leven stonden", terwijl zij van dat leven zoo goed als onkundig bleef. Toen begingen we de vergissing: we gingen tusschen twee stoe len zitten! Tot dan toe was de vrouw in huis zooiets als een pop geweest, die door den man werd ge liefkoosd en verwend. Men had haar vereerd, haar bescnermd; men had een kind in haar ge zien, dat men nooit hard of ruw mocht toe spreken. En de vrouw had het zich laten wel gevallen; wat had zij anders moeten doen? Maar in het zakenleven kan men geen pop, geen kind zijn en daar wordt men niet toege sproken met lieve woordjes! In het zakenleven moet de vrouw in letterlijken zin haar „man staan! Er zijn er, die dit inderdaad doen, maar... de man, die in de vrouw nog steeds een voor werp van vereering ziet, die innerlijk nog steeds overtuigd is, dat hij de vrouw dient te bescher men, hij ziet niet graag, dat zij zoo „zakelijk doet”! De vrouw is er om aangebeden, vereerd en... beschermd te worden, denkt hij nog steeds! Zaken-instinct acht hij in haar mis plaatst! „Zakenman” en „vrouw”, deze twee begrippen vermag de man nog niet te verbinden, nog niet te. concentreeren in één persoon! En eerlijk, we mógen ook niet van hem verlangen, dat hij dit doen zal! Zijn opvoeding is er even min naar als de onze oorspronkelijk althans! Ofschoon hij haar als collega kan bewonderen, voelt hij toch, dat zij als vrouw van haar voet stuk, waarop hij haar zelf in den loop der tijden had geplaatst, moet afstappen. Hij kan een „zakenman” niet aanbidden; hij kan niet haar beschermer zijn!” Wanneer hij over deze moeilijkheid heenstapt en een zakenvrouw tot zijn verloofde, tot zijn echtgenoote kiest... wel, dan zal hij in acht van de tien gevallen tot de conclusie komen een fout te hebben begaan! Niet dat men haar daarvan de schüld mag geven en hem eigen lijk evenmin! maar het is nu eenmaal een feit, dat een „dwaas, lief vrouwtje" haar man op den duur meer zal kunnen boeien dan een schappen, die geen man kan nalaten in een vrouw te waardeeren en.te missen, wanneer zij ze niet bezit, of althans niet toont! Daarom: indien we zakelijk een succes willen zijn, zullen we onze echt-vrouwelijke eigenschappen moeten over boord gooien. En een vrouw zonder huise lijke eigenschappen zal een man niet licht tot zijn vrouw kiezen. En doet hij het toch, wel, dan zullen in de meeste gevallen beiden hun verbintenis betreuren. Hij. omdat hij zich een vrouw eigenlijk anders had gedroomd, zij om dat zij of haar „zakenleven er aan zal moeten geven óf anderen personeel zal moeten toestaan een „thuis" voor haar man te schep- in het pen. En ik geloof niet, dat er één vrouw be staat. die zich gelukkig kan voelen indien zij weet, dat haar man niet haar, maar een ander dankbaar is, voor een gezellig „home". Terugkeeren dan tot het „huiselijk" leven van onze grootmoeders zoodra we getrouwd zijn? Misschien was dat het beste, omdat we dan niet hoefden te dulden dat n ander voor onzen man doet, wat wij wie zal het ontkennen? zelf voor hem willen doen. Maarhoevelen van ons zullen nog kunnen terugkeeren? Eerlijk: ik geloof niet velen. De meerderheid van ons kan in haar huiselijke plichten alleen niet meer volkomen voldoening vinden en zoo... ondervinden we iederen dag, dat we er toch eigenlijk niet gelukkiger op zijn geworden, toen we hoe kort is t eigenlijk nog maar geleden! onze persoonlijkheid hebben gesplitst en be gonnen ons in twee richtingen te ontplooien!

Tijdschriftenbank Zeeland

Zeeland. Geïllustreerd Weekblad | 1930 | | pagina 12