F VENiririAJkNJSCM LIEFDE I I I - Al eerlijk gesloten houten taschje stak haar zei Jane. „O, gaan, de Danieli lag ik sta maar liever aan den zijn we DOOR P. DELLO F1ORDALISO ZOO t* 'rSJ. De kauwt „W „H< sproki meeni „Ik een o „Hi rekent een b „M zei d( water kante het dt op ne veertii keer eens Ander wanne is, wa is zev half centin „He het is De naden van h' die va twee kogel secuur dat op kraan, zetten gebrac komen gewek waren elkaar glazen een zv werd het in’ EEN MERKWAARDIG BROEDGEVAL. Twee Brazi- liaansche tijgerroerdompen, waarvan Artis te Amsterdam sinds October 1925 het uit Brazilië afkomstige mannetje, en sinds Juni 1926 het in Suriname geboren vrouwtje bezit, zijn in den voorbijen zomer tot paarvorming en broedverzorging overgegaan. Eenige weken geleden werden er twee jongen geboren. Hierboven de vader met zijn beide spruiten. I droeg een kwastje „Ik Lidy Gedurende eenige oogenbfikken lag zij schreiend in Lidy’s armen. De politiemannen deden heel erg beleefd. Ze liepen kalm achter haar aan, toen zij de groote marmeren trap van de Danieli afdaalden. De meeste gasten, van het hotel zaten aan het diner. Alleen een groepje Amerikaansche toeristen, die in den grooten salon zaten, keerden zich om en keken verbaasd de kleine processie na. Het was misschien iets over een paspoort, dachten ze. Het meisje scheen het zich heel erg aan te trekken. Zoo'n kleinigheid! Enfin, ze zou gauw genoeg zien, dat de autoriteiten op het stuk van paspoorten niet meer zoo nauw keken als onmiddellijk na den oorlog. Aan den aanlegsteiger van kwalijk, edele heeren, maar ik ben een man en een gondelier Er was een oude vrouw, die het Amerikaan sche meisje bij de trap had zien staan. Zij had den weg gevraagd naar het atelier van Gino Morelli. Even later o, twee minuten mis schien maar! was zij weer naar beneden ge komen. Zoo vlug haar voeten haar dragen konden. Hoe laat? Dat wist alleen de hemel precies, maar het was ongeveer zes uur. Neen, nog geen tien minuten er over. Ze had nog maar driehonderd steken gedaan, nadat het zes uur had geslagen. Er was een oude man met spierwitte haren, die het meisje op het portaal boven had gezien. Hij had ..Buona sera" tegen haar gezegd. Volgens de klok op zijn schoorsteenmantel was het vijf minuten over zessen geweest. Hij was er zeker van, dat het de dame was, die nu voor hem stond. O ja, hij had oog voor vrouwelijk schoon en hij herkende haar onmiddellijk. In zijn jeugd had hij heel wat mooie meisjes bemind en zelfs nu nog, hoewel hij reeds op leeftijd was, nam hij een mooi meisje goed op. „Ik ban in Venetië geboren en getogen, heeren, dus u begrijpt..." Zeer onaangename verklaringen zóówel wat betreft den tijd als de plaatsHet motief tot den moord? Wel, bij de liefde is het steedi hetzelfde motief. Jaloezie. Gekrenkte ijdelheid. De naijver der vrouw. Het was algemeen be kend, dat Gino Morelli een slecht Venetiaan was. Hij had heel wat arme meisjes bedrogen. Iedere vrouw, die hij het hof had gemaakt, had reden jaloersch te zijn Het einde van de geschiedenis heeft in alle couranten gestaan. Het werd met vette regels gedrukt. Iedereen herinnert het zich nog, zoodat ik het niet meer in détails behoef te verhalen. Een Venetiaansch meisje bekende Gino Morelli te hebben doodgestoken. Zij wilde niet, dat een Amerikaansche dame zou boeien, zou lijden, voor hetgeen zij had gedaan en waarvan zij ook de voldoening had. Hij verdiende te sterven, dieHij had beloofd met haar te trouwen en had haar toen bedrogen. Iedereen in Venetië was blij, dat hij uit den weg was geruimd, voor al de vaders en moeders van mooie dochters. Was dat soms niet dé waarheid? En had ze daarom eigenlijk geen goede daad gedaan, door de stad van zoo'n schurk te verlossen? Het is waar, zij had eerder moeten spreken. Het speet haar, dit niet te hebben gedaan. Maar ze baadde zoo graag op het Lido, ze gaf niet graag haar week ends opDoch tenslotte had zij begrepen, niet langer te mogen zwijgen, maar zich te moeten aangeven De bekentenis was zeer gelukkig voor Jane Rice, die nu al getrouwd is met haar professor in de physiologie. Maar de uitspraak van de rechtbank, die haar van alle schuld ontbond, werd gevolgd door de uitspraak van het pu bliek, en dié ontbond haar niet van schuld. Die veroordeelde haar, omdat zij naar het atelier van dien jongeman was gegaan, die een slecht karakter had. Ze had hem slechts één week ge kend en was toen al naar hem toegegaan „Zij heeft er zelf om gevraagd, nietwaar?' zei men en knikte met een ernstig gezicht Maar het was in Venetië en vóórdat zij haar professor trouwde, dus vóórdat zij het ingeto gen leven zou moeten lijden van een vooraan staande vrouw van een klein stadje in het Westen van Amerika. En zij had Italiaanse! bloed in haar aderen. En Gino Morelli was misschien een bloedverwant. En zij wilde zoo graag Italiaansch spreken. En ze wist zelf hoe ver ze gaan kon, al wist ze niét, hoe onvoor zichtig zij was Maarzouden wij niet beter doen indien we probeerden niet te oordeelen, doch te be grijpen Ik voor mij, veiligen kant en oordeel niet. Want allen niet wel eens onvoorzichtig? een groote gondel met een kajuit, geheel zwart geverfd. „Prego," zei een van de politiemannen. Hij stapte het eerst in de gondel en zijn wit gehandschoende hand toe. De Woods stonden op de trapjes, aan het water, totaal van streek. Een van dé piccolo’s van het hotel keek nieuwsgierig toe. Ook de twee andere agenten stapten in de gondel. Het was maar een klein eindje, dat Jane Rice had te gaan in de geheel dichte gondel slechts even den hoek om, onder de Brug dec Zuchten door, die volgens Emil Wood naar een gevangenis voerde Het was een groote schok voor een professor in de physiologie aan een kleine universiteits stad in West Amerika, om, toen hij met zijn moeder in Venetië kwam, te ontdekken, dat zijn toekomstige vrouw niet in staat was bezoek te ontvangen. „Alles komt natuurlijk in orde, voor zoover ik er bij betrokken ben,” had Jane dapper tegen de Woods gezegd, maar haar voorspelling werd niet bewaarheid. Tijdens het eerste on derzoek, dat een Venetiaansch magistraat naar aanleiding’van den moord op Gino Morelli had ingesteld, waren er voor het Amerikaansche meisje buitengewoon onaangename dingen aan den dag gekomen. Ze was verscheidene malen in gezelschap van den gedooden jongeman ge zien. Lucia uit den sjaalwinkel deed er een eed op, dat zij hen op het plein van de San Marco samen had gezien. Het meisje met de zwarte haren, waarover een blauwe gloed lag, ver klaarde onder eede, dat zij hen samen op het Lido had ontmoet. Een gondelier vertelde, dat hij hen meer dan drie uur had rondgeroeid op het Canale Grande. Een andere gondelier ver klaarde zij het ook min of meer onwillig dat hij het meisje naar het huis bij de Ponte di Piëta had geroeid, tegen den tijd, dat, volgens medische verklaring, Gino Morelli was dood gestoken. Ja, hij had het taschje van de dame gezien. Ze had het laten vallen in de gondel. Toen zij het huis verbet, had zij het niet bij zich gehad. Had hij ook iets zonderlings opgemerkt aan het gedrag van de dame? Neen, neen! Het was een heel vriendelijke dame. Ze had hem vorstelijk beloond. En bovendien, Gino Morelli was, zooals ze alle maal in Venetië wisten, een schurk, dien ieder een met genoegen zou dooden. „Neem me niet Slot) „Het is misschien jammer, dat het uw is,” zei hij. „Het is een uur geleden gevonden op het atelier van Gino Morelli bij de Ponte di Piëta. Gino Morelli ligt daar, met een dolk in zijn hart. Er zijn menschen, die zeggen, dat ze u naar zijn atelier hebben zien-gaan dë dame, zeggen ze, van het foto’tje in dit taschje, dat ik hun heb laten zien. Misschien heeft u een of andere verklaring af te leggen?” Het was haar echter onmogelijk op dat oogenblik een woord te zeggen. Haar keel was totaal verdroogd. Toen zij probeerde te spreken bracht ze geen woord uit. Het was dan ook Lidy Wood, die boos en opgewonden zei: „Waar heeft die man het over, Jane? Waar om kan hij het niet in het Engelsch zeggen? Het is onbehoorlijk om op deze wijze in je kamer te komen!” Ze wendde zich tot den agent en zei een paar woorden in het Fransch, in de veronderstelling, dat al verstond hij geen Engelsch, hij toch in ieder geval Fransch begrijpen zou. „Allez Allez vite!” Hij beduidde haar echter met een gebaar van zijn witten handschoen, dat zij zich er niet mee moest bemoeien en wendde zich wederom tot Jane. „Ik moet u arresteeren voor den moord op Gino Morelli. Ik betreur het zeer, signora. In dien u zoo vriendelijk wilt zijn, mij te volgen „Wat beteekent dat allemaal?” vroeg Emil Wood scherp. Jane viel niet flauw of zooiets. Na al die uren van doodelijken angst legde zij een grooten moed aan den dag. Ze glimlachte zelfs met haar bleeke lippen. „Ik zit in een moeilijk parket, Emil. Er is iets verschrikkelijks gebeurd! Maar natuurlijk komt alles in orde, voor zoover ik er bij be trokken ben. Je weet wel, die neef van mij... ik noemde hem althans een neef Gino Mo relli. Ik ben naar zijn atelier gegaan en vond hem daar dood. Ze denken, dat ik hem heb vermoord.” Ze sprak er zoo eenvoudig en gemakkelijk over, alsof dat soort dingen aan iedereen kon overkomen. Ma,ar dat kwam alleen door haar moed door haar moed, die in zekéren zin overmoed was. Want innerlijk werd zij .door een hevigen angst gekweld. „Allemachtig!” riep Emil Wood uit. Hij protesteerde tegen de dwaasheid, haar mee te wilen nemen. Dat zou hij nooit toestaan. Hij zag ze liever allemaal verdoemd. En hij was bereid, die kerels de kamer uit te smijten... De derde man, die buiten in de gang was blijven staan, kwam nu kalm naar binnen. Hij zwart hemd en een muts met een er aan. zal wel moeten

Tijdschriftenbank Zeeland

Zeeland. Geïllustreerd Weekblad | 1930 | | pagina 2