I DUEREN Dtt GNÓ VERR>.ÖÓEN mi WAT WIJ BIJ HEN TE KORT KOMEN 1 W I N TERT. ALS H ET - 11 - I een afstand van een kilometer of vijftig moeten afleggen, dienen we eerst onzen auto uit de garage te halen als we er een hebben of te wachten tot er een trein gaat, die ons naar de plaats van bestemming kan brengen De haas oorworm ziet daar echter geen been in, doch trekt met gemak het 530-voudige van melijk heb vergist. De leeuw is bij lange na Let sterkste dier. De olifant dan, Ik heb altijd gedacht, dat de leeuw het als hij met zijn pooten iets tilt en lang vast- sterkste dier van de wereld was. Misschien 1 kwam dat wel, omdat ik als jongen zoo onder dan hijzelf! Ook daar zou noch de olifant noch vers van den Schoolmeester,,De leeuw is eigenlijk iemand, die bang is voor niemand”. Enzóovoort. U keht het zelf natuurlijk ook, r beter kan ik u maar ineens bekennen, dat me verdieping, en we zouden vlugger dan met de snelste lift in het nokje van den hoogsten wolkenkrabber zijn Maar helaas, zoo ver als de apen hebben we het nog niet gebracht. Op klimgebied niet, wel te verstaan Maar ook bij den kameel staan we nog een eind ten achter. Zij het ook weer op een geheel ander terrein Als wij een paar uur in de l en zestig t er dus „te voet” net zoo gauw, als wij in auto of trein Maar wat is des hazen snelheid weer, vergeleken bij die van de zwaluw, die vijfhonderd kilo* meter per uur vliegt. Konden we ons zóó snel voortbewegen, dan was een reis om de wereld herleid tot een week-end-uitstapje. Ook wat hun zintuigen betreft zijn er dieren, die heel wat bij ons voor hebben. Als voorbeeld daarvan zou ik u den adelaar willen noemen, die op aarde nog een veld muisje ziet loopen, terwijl hij zelf op drie duizend meter hoogte in de lucht zweeft Hadden we zijn oogen, dan konden we onze microscopen wel opdoeken, want dan konden we met het bloote oog microben ontdekken Eigenlijk is ook ons gehoor, als we het vergelijken met dat van verschillende dieren, niét zoo bijster goed ontwikkeld. De hoogste toon, dien wij kunnen hooren, bestaat uit ongeveer veertigduizend trillingen per seconde. Er zijn er echter nog veel hooger. maar die hooren wij niet meer. De vogels echter wel Als die des zomers op de takken der boomen zitten te zingen, dan zien wij hun snaveltje bewegen, zonder dat wij iets hooren. Wij zien dan slechts, dat ze zingen. Het vrouwtje echter, dat zij willen lokken, hoort hen nog wel, omdat haar gehoororgaan beter is gebouwd dan het onze. Wie weet, wat we allemaal zouden hooren, indien we ook zulke goede ooren hadden als de vogels en indien we ook tonen konden waarnemen, die uit meer dan veertig duizend trillingen per seconde bestaan Doch laten we ook ons reukorgaan niet vergeten Wat zouden we ook daar niet veel meer gemak van kunnen hebben, indien het bijvoorbeeld even goed was ontwikkeld als dat van den hond, die er voorwerpen mee weet te vinden, van welker bestaan wij niet eens een vermoeden hebben Wat al sporen weet diè met zijn neus aan het dag licht te brengen. Dank zij zijn neus vindt hij zelfs zijn huis terug, al is hij er uren ver van daan en al is de weg hem totaal onbekend Als wij de kracht hadden van den oor worm, de lenigheid van den aap en de snel heid van de zwaluw, de oogen van den adelaar en den neus van den hond en het gehoor van de vogels. dan zouden wij nóg niet zijn, waar we graag wilden wezen. Want dan ontbrak ons nog de dikke huid van den oli fant, waar alles op afstuit en waar alles langsglijdt. En die hebben wij misschien wel het meest van alles noodig om onze gemoedsrust te kunnen bewaren bij alle wederwaardigheden des levens ste dier is de oorworm De g lichaamskrachten, die een leeuw en een oli fant kunnen ontwikkelen, zinken gewoonweg in het niet, vergeleken bij die, waarover dit nietige insect beschikt. Gelooft u het niet? leeuw eens probeeren, een vracht voort te. sleepen, die 530 maal zoo 1 eigen gewicht. Het zal hun niet lukken De lijke pret als hij we van den dorst. De kameel kan echter wekenlang zonder water leven in de bran- juist dendste hitte. Een wekenlange marsch in de dorre, door de zon verschroeide Sahara is voor hem een wandelingetjeZooiets als voor ons een blokje huizen «m, vóór we slapen gaan. Konden we zoo goed buiten vraagt u O neen, die evenminHet sterk- zóó konden springen Weet u wel, dat u dan bewoond zijn houdt, dat ruim duizendmaal zwaarder is den indruk ben geraakt van het beroemde de leeuw kans toe zien. Een bewijs dus, dat brandende zon hebben geloopen, versmachten een oorworm veel sterker is dan zij. Natuurlijk i naar verhouding Ja, die kleine dieren Daar móet u j zoodat ik’t niet verder behoef te citeeren. Veel dergelijke verrassingen van verwachten. We i staan soms versteld als we zien, wat diè voor hem een 1 pas dezer dagen is gebleken, dat ik me schro- eigenlijk niet allemaal presteeren Als wij voor ons een blokje huizen ®m, eens zoo veel konden slapen gaan. Konden we zoo g Daar hebt u bijvoorbeeld de vloo Als wij drinken als de kameel, de woestijn zou allang geweldige met gemak en met één sprong boven op den ïa’ er zÜn noS heel wat dieren, die toren van den Utrechtschen Dom kon zitten wij om het een of ander zouden kunnen Als een vloo zoo groot was als wij, sprong hij benijden. Als^ wij bijvoorbeeld honderd meter ver Wat zou hij niét moeten lachen als hij eens kon zien, welke moeite Toch is het zoo, want laat een olifant of een wij hebben om twee meter hoog te springen Trouwensvan uitlachen gêsproken, de zwaar is als zijn aap moet ook wel eens grinniken van heime- r._t -L Lij ons een trap ziet bestijgen hoeft dit echter niet te doen Hij loopt per .w^.i Want als we zoo goed konden klimmen als seconde achttien meter of bijna vijf en zestig zijn hij, hadden we geen trap en geen lift noodig kilometer per uur Hij komt cr d™ eigen gewicht voort. Net zoo gemakkelijk Een touw, neerhangend van de bovenste npt *nn pauw al« wn m anti niet het sterkste dier. -

Tijdschriftenbank Zeeland

Zeeland. Geïllustreerd Weekblad | 1931 | | pagina 11