mi met boven. naar teruggekomen. WATERLELIES. - EEN FOTOGRAFISCHE STUDIE. probeert te kind?” het (Wordt vervolgd). :hend toen, Idari eau niet WM' r on- alles ia te band meer tame i zijn oor- >men haar ogen aam eken >pen toen ijker elijk har- r de der- hen eins- ika zijn zou san té sd i spre ad >nge een huis, hten. kaar, i. En je had ijden ge- t een amer ge- ge- hem oven bben „Hoe het maar sinds het aan zijn bed om. Ver gader?" er kind?” vroeg hij daarom aan- en. er was een hoopvolle klank in ze zich misschien bedacht en eens oogen. heesch. „Ik weet het niet, vader! Maar ik kan dat hijdat hij het heeft niet gelooven, willen doen....” „Maar waarom niet? Heb je ergens met hem over gesproken?" „Neen, natuurlijk niet, vader. Dat kan ik toch niet doen. Maar waarom praat u niet eens met hem? Waarom probeert u niet eens, zijn geheugen weer wakker te roepen?” „Zijn geheugen zal vanzelf wel weer terug- keeren, kind," antwoordde de dokter, terwijl hij zich omwendde en ontmoedigd naar buiten staarde. „Maar wat dan nóg? Het kan ons be trekkelijk weinig interesseeren, wie of wat hij is.... Het was onze plicht hem te helpen, en daarmede uit. En dat hij zichzelf heeft willen doodenja, waarom wil je daaraan twijfe len? Toen Bergson hem vond, was er niemand op de heele hei te zien en bovendien lag de re volver, waarmee hij „Hoe wéét uvader, dat het z ij n revolver was? U heeft het wapen opgeborgen, zonder dat hij het weet en hij heeft er nooit naar ge vraagd. ,4e vergeet, dat hij zijn geheugen kwijt is en al zou dit niet het geval zijn, dan nog zou hij natuurlijk niet over het gebeurde spre ken en nog veel minder naar zijn revolver vragenAls hij dat deed, zou hij zichzelf immers verraden? Maar bovendien, kind, het is niet de vreemdeling, over wien wij ons zorgen hebben te maken. Wanneer die zijn ge heugen terug heeft en geheel hersteld is, zal hij hier natuurlijk vandaan gaanMisschien 3 De dokter huiverde onwillekeurig, toen hij dacht aan hetgeen de gevolgen zouden zijn, in dien Daisy zijn assistent afwees. Catlin zou on middellijk zijn geld terugeischen; ze zouden hun huis uit moeten en bovendien nog moei lijkheden krijgen met de politie Opeens bedacht hij, dat Catlin den vreemde ling over een goed uur reeds zou ontmoeten aan de lunch. „Dat kan niet,” mompelde hij. „We kunnen hen niet aan één tafel zetten. Ik moet er met Daisy over spreken Hij wendde zich om en liep naar de deur en het was alsof hij in den korten tijd, die ver- loopen was sinds de komst van Catlin, jaren ouder was geworden. Langzaam begaf hij zich naar het kamertje van zijn dochter. Daisy zat nog steeds voor het raam. Ze hoorde niet eens, dat haar vader binnenkwam. Deze bleef op den drempel staan en liet zijn blikken op haar rusten. Hij zag, hoe ze treurig voor zich uitstaarde en als bij intuïtie begreep hij, waarover ze dacht. Natuurlijk over Catlin enHij maakte zijn gedachtengang niet af, want opeens herinnerde hij zich, wat hij had gedacht, toen hij haar ongeveer een kwartier geleden met den vreemdeling op de hei had „Twee gelieven, wier zaak ho- een De dokter deed volle blik verdween als bij tooverslag uit zijn „Wat bedoel je, kind?” vroeg hij iand zich zijn onte ide- otn rom oms ver zou be- i en ant- En kter liets icht, zien loopen peloos staatDe woorden sneden als scherp mes door zijn hersenen. Zijn dochter Daisy.... verliefd op een.... zelfmoordenaar? Een man, van wien ze niets wisten dan dat hij een eind aan zijn leven had willen maken „Daisy,” fluisterde hij bijna, en zijn stem trilde, „Daisy Verrast wendde het meisje zich strooid keek ze haar vader aan zei ze slechts vragend. „DaisyCatlin is teruggekomen. Een kwartier geleden zoowat. Even voordat jij met met den vreemdeling bent thuisgekomen Daisy’s oogen vergrootten zich va’n schrik. „Is hij nü al terug?” vroeg ze. en ze had haar stem nauwelijks in bedwang. „Maar hij zou toch pas. 4a kind, dat dacht ik ook. Maar hij is er al. Hij is met Bergson meegereden en weet, dat we dien vreemdeling in huis hebben! Hij schijnt bovendien te weten, dat hij zelfmoord heeft willen plegen, al heeft hij het niet met even zooveel woorden gezegd. Toen hij jullie samen op de hei zag loopen....” „Vader....” Daisy stond op en trad lang zaam op den ouden man toe. Ze zweeg echter opeens en bleef bij de tafel staan. De doktei keek haar in spanning aan. Wat kon ze hem te zeggen hebben? Waarom had ze opeens haar blikken naar den grond geslagen en zweeg ze, alsof ze niet durfde uiten, wat er in haar om ging? „Wat is moedigend zijn stem. Had zou ze Catlin willen accepteeren? Als dat waar was! Dan zouden al zijn zorgen opeens van hem zijn afgenomen. Dan hoefden ze hun huis niet uit en zouden ze ook geen moeilijk heden met de politie krijgen.... „Wat is er kind?” herhaalde hij, teiwijl hij op haar toetrad en haar vol verwachting aankeek. „Vader,” zei Daisy en ze vermeed het nog steeds op te zien, „vaderhoe weet u eigen lijk, dat de.eh.... dat de vreemdeling zelf moord heeft willen plegen? Ik De dokter deed een stap achteruit. De hoop- is hij op een goeden morgen als we opstaan wel uit schaamte verdwenenMaar wij Daisy, wij kunnen niet verdwijnen en Catlin weet alles...." De dokter sloeg zijn handen voor zijn gezicht als wilde hij een akelig visioen verdrijven. Hij herstelde zich echter onmiddel- hjk weer en vervolgde: „Begrijp je niet, wat dat zéggen wil, Daisy?” Het meisje keek haar vader zwijgend aan. Toen zei ze: „Ja, vader. En daarom lijkt het me nu méér dan ooit noodzakelijk, dat u met den vreemdeling praat en probeert te weten te komen, wie hij is.... Ik kan niet gelooven, dat hij het zelf heeft gedaan, vader," vervolgde ze opeens, hartstochtelijk sprekend, kwam, weet ik niet, vader, oogenblik, dat ik voor het eerst heb gezeten, heb ik.... heb ik...." Ze zweeg opeens verward. „Wat heb je?” wilde de dokter weten. „Ik weet het eigenlijk niet, vader, maar tel kens wanneer ik aan den vreemdeling dacht, moest ik óók aan Catlin denken en dan was het alsof er een bepaald verband tusschen hen be stond en alsof een inwendige stem mij toe fluisterde, dat Catlin er tusschen zat....” „Maar kind....” met hem te trouwen! Wat er ook het gevolg O

Tijdschriftenbank Zeeland

Zeeland. Geïllustreerd Weekblad | 1931 | | pagina 3