LEZEREffEN
w
hun
aardij
meer
waan
Maar
aan.
er ju
lezer;
Voor onze^
Jonge
EN
5
Q
O
RAADSEL.
verschil tusschen
KLEINE BROER.
14 -
uap
UBA
Wat is het
Zondag?
De
Catha
tersbu
duizen
„Ma
eens!"
„0/
kunt 1
Eve
er eer
gevra
(faster
verzo,
brack
dium
„Mt
„zoo’n
„Mr
vreest
klein
Toei
neef c
hem,
•uajstw
'ua|[HA JW* aP
Hop uaiapat do uarj Mnaaug :Xutsso|d()
Sor
gewo
ben
uit d'
niet
beklir
instin
woon
gerd"
mens,
verdii
We
zóó
opkoi
Waar
tien 1
nentr
thans
achte
keur
hierar
ten g
onbev
dat h
and f
Nó;
groot
bij v<
ker k
een 1
tot ni
Wa
de be
gewo<
ter 2
beerd
Hij
en vo
1 in de
den li
In
zich
„da,
„maar
kende
11
afhankelijk was van
haar spreken, dan zou
gewichtigste taal van
door één kwart van alle menschen wordt
sproken.
JSnpuoy ramu
liaansch door ongeveer vijftig millioen menschen
gesproken, maar het spraakgebied blijft toch
begrensd tot het eigen land.
Tegen de hierboven genoemde talen valt onze
eigen moedertaal, wat verspreiding betreft, wel
erg in het niet! Ze wordt alleen in ons vader
land, en in onze koloniën door onze landge-
nooten, gesproken! Maar tochhoe prettig
klinkt ze ons in de ooren! En hoe aange
naam is het ons, wanneer wij, van een
buitenlandsche reis teruggekeerd, ons weer in
cnze eigen taal hooren toespreken! En.... hoe
dwaas is het, om onze eigen taal te willen
bedelven onder een lappendeken van allerlei
vreemde woorden! Door het gebruik van vreem
de woorden dienen wij onze beschaving niet;
dit doen wij alleen, wanneer wij een vreemde
taal grondig aanleeren, opdat wij daarin kunnen
lézen en er ons, zoo noodig, in kunnen verstaan
baar maken! Want wie veel talen spreekt, heeft
zijn geestelijken horizon natuurlijk veel meer»
uitgebreid dan iemand, die alleen maar zijn
eigen taal spreekt. Dit neemt echter niet weg,
dat wij ons, zoo mogelijk, alleen maar van onze
eigen taal en dan liefst zoo zuiver mogelijk,
moeten bedienen! Alleen wie zijn moedertaal
eerbiedigt, kan zichzelf eerbiedigen!
WELKE WERELDTALEN ZIJN ER ALZOO?
Chineesch is de meest verbreide taal der wereld.
hineesch wordt gesproken door vierhonderd
L millioen menschen; Engelsch door twee-
honderd millioen; Russisch door honderd-
dertig millioen; Duitsch door honderd millioen;
Spaansch door tachtig millioen; Fransch, Ja-
pansch en Italiaansch door vijftig millioen en
Portugeesch door veertig millioen menschen.
Indien dus de beteekenis van een taal alleen
het aantal millioenen, die
Chineesch verreweg de
de wereld zijn, omdat het
ge-
EEN AARDIG SPELLETJE.
Dubbele woorden.
Uit niet al te dik, liefst wit karton, snijdt ge
een aantal alle even groote rechthoeken, onge
veer ter giootte van een dominosteen. Ieder
stukje verdeelt ge daarna, door een potlood
streep precies in het midden te trekken, in twee
gelijke, naast elkaar liggende helften (dus óók
zooals bij een domino-steen). Hierpa worden nu
alle, laten we zeggen vijftig, stukjes karton on
der de spelers verdeeld. Indien er dus vijf spelers
zijn, krijgt ieder er tien. Bovendien moet ieder
nog een potlood hebben.
Nu wordt er geloot, wie zal mogen beginnen.
Degeen, die de gelukkige' is, bedenkt een dubbel
woord en schrijft dit op zijn stukje karton, de
eene helft links en de andere rechts van de pot
loodstreep, bijvoorbeeld markt-kantoor. Dit
stukje karton legt hij op de tafel. Degeen, wiens
beurt het nu is, moet op een van zijn eigen stuk
jes karton eveneens een dubbel-woord schrijven,
en wel een, dat öf met kantoor begint óf met
markt eindigt, dus bijvoorbeeld: kantoor-stoe!
of vee-markt.
Evenals bij het dominospel worden de stukjes
karton „aangezet". Wie binnen een vooraf vast-
gestelden tijd geen dubbel-woord kan bedenken,
moet zijn beurt voorbij laten gaan. De winnaar
is hij, die zijn stukjes karton het eerst allemaal
heeft aangezet.
In de keuze der dubbel-woorden mag men,
om het spel niet te moeilijk te maken, niet erg
bekrompen zijn Zoo mag men bijvoorbeeld op
groente-boer gerust boeren-stand laten volgen
en op zee-ster sterre-wacht!
Dit is echter niet het geval, want de betee
kenis van een taal hangt in de eerste plaats af
van haar beschavingswaarde, d.w.z. van haai
letterkunde en haar verbreiding als omgangs-
en handelstaal. Hierdoor komt het, dat minder
verbreide talen, die door een betrekkelijk gering
aantal menschen worden gesproken, veel be-
langrijker zijn dan het Chineesch.
Na het Chineesch wordt Engelsch het meest
gesproken, en deze taal zou men daarom met
recht de wereldtaal kunnen noemen. Er is dan
ook bijna geen land ter wereld, waar men met
Engelsch niet terecht kan, althans zich niet be
helpen kan. Engelsch breidt zich bovendien
voortdurend uit.
Na de Engelsche taai volgt onmiddellijk de
Russische en Duitsche taal. Ofschoon het Rus
sisch als beschavingstaal bij Duitsch ten achter
staat, heeft het toch een groot voordeel, omdat
het over zoo n groot gebied wordt gesproken.
Het Russische taalgeoied strekt zich van de
Oostzee tot aan de Japansche Zee uit, waardoor
do U99[JU
het Russisch, mede in verband met de voort
durende uitbreiding der Russische bevolking
zelf, een groote toekomst moet hebben.
Duitsch wordt eigenlijk alleen maar in het
centrum van Europa gesproken. Het feit, dat
Duitschland na den oorlog zijn overzeesche ko
loniën heeft moeten afstaan, draagt er niet
weinig toe bij, dat de Duitsche taal niet verder
verbreid is. Toch is het als beschavingstaal zeer
belangrijk, vooral ook, omdat er werken van
groote letterkundige schoonheid in zijn ge
schreven.
Na het Duitsch volgt het Spaansch, dat door
minde*r menschen wordt gesproken en tevens als
beschavingstaal minder beteekenis heeft. Toch
heeft het een groote toekomst, omdat het veel
in de Zuidelijke landen van de Nieuwe Wereld
wordt gesproken en deze staten voortdurend
in beteekenis toenemen.
Fransch behoorde vroeger tot de allervoor
naamste talen; tegenwoordig neemt de beteeke
nis er van echter hoe langer hoe meer af. Wel
wordt het nog door een vijftig millioen men
schen gesproken, die over heel de wereld ver
spreid leven, en heeft het als beschavingstaal
ook groote beteekenis, maar het is toch niet
meer zooals vroeger de internationale omgangs
taal. Dit neemt echter niet weg, dat bijna alle
beschaafde menschen over de heele wereld
Fransch kunnen spreken.
Met het Portugeesch, dat door ongeveer veer
tig millioen menschen wordt gesproken,, die over
een groot deel van de wereld verspreid leven,
en dat daarom in aardrijkskundig opzicht groo
te beteekenis heeft, is de rij der wereldtalen af
gesloten.
De andere talen hebben slechts plaatselijke
beteekenis. Wel wordén het Japansch en het Ita-
sneeuw